Studiegids

nl en

Economie, Bestuur en Management II: Integratief project bedrijfsmatig werken in de publieke sector (EBM 2012-2013)

Vak
2011-2012

Economie, Bestuur en Management II: Integratief project bedrijfsmatig werken in de publieke sector, ECON/BSK

Docent(en):
Drs. A.P. Ros, drs. O.P. van Vliet, Dr. L. Fransen, Dr. W. van Noort

Vakbeschrijving:
Net als in het vak EBM I analyseren studenten in dit vak in kleine groepen zelfstandig een bestuurlijk-economisch vraagstuk. Zij doen verslag van hun onderzoek in een paper, die zij in een afsluitende bijeenkomst presenteren. Centraal staat het thema Bedrijfsmatig werken in de publieke sector.

Van publieke en semi-publieke organisaties wordt in toenemende mate gevraagd dat zij doelmatig en doeltreffend werken, dat zij transparant zijn in hun handelen en dat door de bestuurders adequaat verantwoording wordt afgelegd. Running government as a business lijkt het devies te zijn. Aan bedrijfsmatig werken bij de (semi-)overheid zitten echter nogal wat haken en ogen. Het simpelweg kopiëren van bedrijfsmatige technieken en procedures op (semi-)publieke instellingen kan ongewenst gedrag uitlokken, kan stuklopen op onwil van betrokkenen, kan tot ongewenste resultaten leiden en kan onevenredig hoge uitvoeringskosten opleveren. Het onderzoek kiest een onderwerp op dit terrein en onderwerpt dit aan een economische en bestuurlijke analyse. Enkele voorbeelden van mogelijke onderwerpen zijn: – Hoe kunnen de kosten van grote projecten (zoals de Noord-Zuidlijn, de Betuweroute of de HSL) beter worden beheerst? – Welke mogelijkheden en beperkingen zitten er aan (het gebruik van) de vermogens van de woningcorporaties? – Hoe kan de regeldruk van een te kiezen ministerie echt worden verminderd en wat zijn daarvan de gevolgen? – Heeft het zin om het Rijk een bedrijfseconomisch begrotingsstelsel te laten gebruiken? – Hoe kunnen omvangrijke ombuigingen het best tot stand komen? – Sinds enige tijd probeert het Rijk in de begrotings én in de verantwoording een relatie te laten zien tussen doelstellingen, activiteiten en kosten. Dat gaat echter vaak erg moeizaam. Kan dit worden verbeterd, zo ja hoe, en zo nee waarom niet? – In 2008 greep de staat voor enkele tientallen miljarden euro’s in in de bankensector. Hoe kreeg deze operatie precies vorm, had dat beter gekund, en zijn hier lessen uit te trekken voor een eventuele volgende gelegenheid?

Bij het beantwoorden van de onderzoeksvragen maken studenten gebruik van kennis die zij tot dan toe hebben opgedaan. Daarmee is ook dit project een moment van kennisintegratie, met zowel economische als bestuurlijke aspecten.

Onderwijsvormen:
Seminar. Groepjes studenten kiezen een opdracht die wordt uitgewerkt in een paper. Deze paper dient als basis voor hun presentatie, commentaar, aanvulling en evaluatie door docenten en medestudenten.

Studiemateriaal:
N.t.b.

Toetsing:
Participatie, de paper en de presentatie daarvan.

Eindtermen:

  • Na afronding van het vak heeft de student een tweede zelfstandige schriftelijke en mondelinge oefening achter de rug inzake een belangrijk (actueel) vraagstuk, dit keer op bedrijfsmatig terrein.

  • De student heeft zich geoefend in het (snel) verzamelen, interpreteren en schriftelijk verwerken van economische en bestuurlijke informatie, zowel in papieren als in digitale versies.