Studiegids

nl en

Nederlandse literatuur en cultuur van de Romantiek

Vak
2014-2015

Toegangseisen

literatuurgeschiedenis.nl wordt bekend verondersteld.

Beschrijving

Huilbuien op een een verlaten begraafplaats, met bloed geschreven liefdesklachten, depressieve doodsgedachten, lofzangen op het vaderland, vrouwenromans, ondeugende ontboezemingen, vlijmscherpe kritieken en verzet tegen onrechtvaardigheid: je vindt het allemaal in de literatuur van de negentiende eeuw. In deze cursus maakt de student in een reeks hoor- en werkcolleges kennis met de Nederlandse cultuur en literatuur van de Romantiek, de periode 1750-1900. In de eerste plaats krijgt de student een literair-historisch overzicht van de voornaamste auteurs, werken en literaire stromingen (verlichting, romantiek, realisme, naturalisme). Daarbij staat met name het voor de moderne literatuur nog altijd belangrijke voortdurende conflict tussen autonomie en engagement centraal, dat aan de hand van diverse primaire teksten zal worden geïllustreerd. Hoewel in Duitsland al aan het eind van de achttiende eeuw ‘esthetische autonomie’ autonomie ontstond (l’art pour l’art), liet dit in Nederland langer op zich wachten. Dat had vooral te maken met de genootschapscultuur en de politiek-maatschappelijke omstandigheden. Veel literatuur-historici menen dat autonomie pas is ontstaan met het optreden van de Tachtigers, maar al eerder waren er tendensen zichtbaar die wijzen op het ontstaan van een moderne literatuur. Verder wordt in deze cursus stilgestaan bij cultuurhistorische aspecten, zoals gezin en samenleving, vorst en vaderland, kerk en godsdienst, seksualiteit en moraal, ziekte en dood, onderwijs en opvoeding en de standenmaatschappij. Tevens wordt aandacht besteed aan de grote paradigmatische omwentelingen van die tijd, zoals de veranderende positie van de kunstenaar, en aan invloedrijke ontwikkelingen op wetenschappelijk (Darwin), politiek (natievorming), maatschappelijk (gender, koloniale verhoudingen, technologische vooruitgang) en artistiek vlak. Tijdens het werkcollege worden diverse representatieve teksten nader (proza en poëzie) besproken. Ten slotte wordt er, aan de hand van opdrachten, gereflecteerd op het genre van de literatuurgeschiedschrijving. Welke vormen bestaan er, en wat zijn de voor- en nadelen hiervan?

Leerdoelen

Je hebt kennis van en inzicht in de belangrijkste ontwikkelingen van de Nederlandse literatuur uit de periode 1750-1900, in internationaal perspectief. Je kent de voornaamste auteurs, werken en stromingen en kunt de gelezen boeken en dichtbundels plaasten in het autonomie- en engagementdebat. Je bent op de hoogte van de cultuurhistorische en maatschappelijke context. Ten slotte kan je reflecteren op de verschillende vormen van literatuurgeschiedenis.

Rooster

Zie het rooster van de opleiding Nederlandse taal en cultuur

Onderwijsvorm

  • Hoorcollege

  • Werkcollege

  • Zelfstandige literatuurstudie

  • Excursie

Studielast

Totaal: 140 uur

  • Colleges (26 uur)

  • Opdrachten (26 uur)

  • Toetsing (3 uur)

  • Zelfstandige literatuurstudie (85 uur)

Toetsing

  • Schriftelijk tentamen met open en gesloten vragen (70%)

  • Drie schriftelijke opdrachten (30%)

  • Voor beide onderdelen moet minimaal een 5,0 worden gehaald.

  • Als het eindcijfer na de herkansing van het tentamen nog altijd onvoldoende is, moet het college in het daaropvolgende jaar opnieuw worden gevolgd.

Alleen het schriftelijke tentamen is te herkansen.

Blackboard

Powerpoints, leesopdrachten en opdrachten worden via Blackboard verspreid.

Literatuur

Secundaire literatuur:

Passages uit:

  • Willem van den Berg & Piet Couttenier, Alles is taal geworden. Geschiedenis van de Nederlandse literatuur 1800-1900. Amsterdam 2009.

  • Inger Leemans & Gert-Jan Johannes, Worm en donder. Geschiedenis van de Nederlandse literatuur 1700-1800. Amsterdam 2013.

  • Ton Anbeek, Geschiedenis van de literatuur in Nederland, 1885-1985. Amsterdam [etc.] 1999 (hoofdstuk 1 en 2, DBNL)

  • Thomas Vaessens, Geschiedenis van de moderne Nederlandse literatuur. Nijmegen 2013 (hoofdstuk 3, ‘Modern schrijverschap’ en hoofdstuk 5 over het romantische frame).

  • Anne Doedens, Yolande Kortlever & Liek Mulder, Geschiedenis van Nederland. Het verhaal van prehistorie tot heden. Zutphen 2014.

Primaire literatuur (voorlopige lijst):

  • E.M. Post, Het land, in brieven (DBNL)

  • Rhijnvis Feith: Julia (DBNL)

  • Jacob Haafner, Exotische liefde

  • Nicolaas Anslijn Nz: De brave Hendrik (DBNL)

  • Willem Bilderdijk: Leven, ach! Wat zijt ge toch? (bloemlezing)

  • Hendrik Tollens, De overwintering op Nova Zembla (DBNL)

  • Hildebrand: Camera obscura (daaruit: ‘De familie Stastok’) (DBNL)

  • Jacob van Lennep, De lotgevallen van Ferdinand Huyck (DBNL)

  • Piet Paaltjens: Snikken en grimlachjes (DBNL)

  • Multatuli, Max Havelaar (DBNL)

  • Marcellus Emants, Een nagelaten bekentenis (DBNL)

  • Gedichten die tijdens het college worden uitgedeeld en besproken (Bellamy, Tollens, Borger, Staring, De Schoolmeester, domineedichters, Kloos, etc.)

Aanmelden

Eerstejaars studenten worden aan het begin van het jaar in werkgroepen ingedeeld. Voor reguliere hogerejaars bachelor- en masterstudenten geldt dat zij verplicht zijn zich tijdig in te schrijven via uSis voor de hoorcolleges en de werkgroepen. Voor alle andere studenten geldt dat de inschrijving verloopt via de studiecoördinator: b.p.m.dongelmans@hum.leidenuniv.nl

Aanmelden Studeren à la carte en Contractonderwijs

Aanmelden voor Studeren à la carte via
Aanmelden voor Contractonderwijs via

Contact

Voor inhoudelijk vragen omtrent deze cursus kun je contact opnemen met

Dr. Rick Honings – r.a.m.honings@hum.leidenuniv.nl

Voor praktische vragen kun je je wenden tot het secretariaat van de Opleiding Nederlandse taal en cultuur/neerlandistiek. Dit valt onder de Onderwijsadministratie P.N. van Eyckhof 4, kamer 101A. Tel. 071 5272 2604. Het e-mail adres is ndd@hum.leidenuniv.nl.