Toegangseisen
Basiskennis van het Nabije Oosten in het eerste millennium v.C. wordt verondersteld. Voor studenten ONOS is dat succesvolle afronding van de cursus De eerste wereldrijken: Egypte en het Nabije Oosten (1ste Mill v.Chr. – 7de eeuw n.Chr.). Als je geinteresseerd bent in het vak, maar niet zeker weet of je voldoende kennis bezit, neem dan gerust contact op met de docent.
Beschrijving
Toen het Perzische Rijk (ca. 539 – 330 v.C.) ontstond, had er nog nooit een groter rijk bestaan. Op haar hoogtepunt strekte het zich uit van de Indus vallei tot en met west Turkije, en van Soedan tot en met de Kaukasus. Het zal dus niet verbazen dat de bronnen die deze staat heeft achtergelaten ook bijzonder divers zijn. Zo kunnen historici spijkerschrifttabletten bestuderen uit Babylonië en Iran; papyri uit Egypte en leer uit Afghanistan; ostraca uit de Levant; literaire verhalen uit Griekenland; en objecten vanuit het hele rijk. Elk van deze bronnen schenkt weer een ander (en soms tegenstrijdig) licht op het ontstaan en functioneren van de Perzische staat. Om deze te kunnen begrijpen, is een brede blik dus essentieel.
Het vak “Van Nijl tot Indus: de bronnen van het Perzische Rijk” geeft een inleiding tot een aantal van de belangrijkste tekstcorpora, monumenten en objecten uit de Perzische periode. Een groot onderdeel zal het lezen en interpreteren van primaire teksten zijn (in vertaling), alsmede het leren kritisch analyseren van dominante denkkaders en vraagstukken uit het vakgebied.
Leerdoelen
Na afronding van het vak zal de student:
gefundeerde kennis hebben van de geschiedenis van het Perzische Rijk
een grondig begrip hebben van de bronnen waar deze geschiedenis op gebaseerd wordt
inzicht hebben gekregen in een aantal belangrijke vraagstukken uit het vakgebied, en hoe deze kritisch te analyseren
zijn/haar schrijf- en presentatievaardigheden verder ontwikkeld hebben
Rooster
Kijk op MyTimetable.
Onderwijsvorm
- werkcollege
Toetsing en weging
Toetsing
Participatie (10%)
Tussententamen (30%)
Schrijfopdrachten (40%)
Presentatie (20%)
Weging
Het eindcijfer voor de cursus komt tot stand door de bepaling van het gewogen gemiddelde op basis van de deelcijfers.
Herkansing
Bij een onvoldoende kan de student het tussententamen en de schrijfopdrachten herkansen d.m.v. één tentamen dat de stof van beide beslaat. De cijfers voor participatie en presentatie kunnen niet herkanst worden.
Inzage en nabespreking
Indien een student hiertoe verzoekt, wordt er een nabespreking georganiseerd binnen 30 dagen na bekendmaking van de uitslag.
Literatuurlijst
De literatuur wordt viaBrightspace bekend gemaakt.
Inschrijven
Inschrijven via uSis is verplicht.