Toegangseisen
Dit college is een verplicht onderdeel van de bachelor Griekse en Latijnse taal en cultuur (jaar 3) en kan gevolgd worden indien studenten in het bezit zijn van de propedeuse GLTC en nadat het vak Latijnse literatuurgeschiedenis en pensum is afgerond.
Studenten kiezen ofwel het pensum Grieks ofwel het pensum Latijn.
Beschrijving
Het pensum Latijn bestaat uit de volgende onderdelen:
Voor allen verplicht:
Tacitus Annales 15.33-74 (en de rest van het 15de boek in vertaling) met de commentaar van Rhiannon Ash. N.B. haar introductie is verplichte lectuur;
Suetonius Nero 19-57 (en de rest van de Nero-biografie in vertaling) met een commentaar naar keuze (aanbevolen: Kierdorf).
Naar keuze:
ofwel Petronius Satyrica 26.7-78.8 (Cena Trimalchionis) met de commentaar van Martin Smith;
ofwel Horatius Satiren 1.4 en 1.5 en Juvenalis Satiren 1, 2 en 3 met de commentaren van respectievelijk Emily Gowers en Susanna Braund.
Studenten moeten tijdig aan de docent doorgeven welk keuzeonderdeel ze lezen voor het BA3 pensum.
Tijdens een bijeenkomst aan het begin van het semester zullen de betreffende teksten en commentaren (zie beneden, onder Literatuur) kort worden geïntroduceerd. Ook zal worden besproken op welke manier de commentaren efficiënt kunnen worden gebruikt.
Leerdoelen
Kennis en inzicht
De student beschikt over:
kennis van de taalkundige kenmerken en bijhorend begrippenapparaat (o.a. morfologie, syntaxis) van het Latijn en van een redelijk breed vocabulaire Latijn. (I.i, vii);
kennis van historiografie (Tacitus), literatuurtheorie (Horatius) en de Latijnse roman (Satyricon) of satire (Juvenalis) en heeft inzicht in de specifieke eigenschappen van deze verschillende genres. (I.ii, II.iii)
Vaardigheden
De student leert:
- bovengenoemde teksten met behulp van wetenschappelijke hulpmiddelen (woordenboeken, commentaren) zelfstandig te lezen en in hun context te interpreteren. (II.i)
Rooster
Kijk op MyTimetable.
Onderwijsvorm
Zelfstudie
Toetsing en weging
Toetsing
Dit studieonderdeel wordt getoetst d.m.v. een schriftelijk tentamen, bestaande uit vertaalopdrachten (2/3 cijfer) en vragen over taal, stijl, inhoud en context (1/3 cijfer). Hierbij weegt beheersing van de tekst het zwaarst.
N.B. 1: Een voldoende voor de vertaalopdrachten is een condicio sine qua non om voor het tentamen te kunnen slagen.
N.B. 2: Er zijn geen deeltoetsen; het tentamen is alleen schriftelijk en in zijn geheel af te leggen.
Weging
Schriftelijk tentamen bepaalt het eindcijfer volledig. N.B. Een voldoende voor de vertaalopdrachten is een condicio sine qua non om voor het tentamen te kunnen slagen (ziehierboven).
Herkansing
Het pensum kent per jaar drie toetsmomenten. Studenten die nominaal studeren maken het tentamen in januari.
Voor data zie Tentamenrooster Griekse en Latijnse taal en cultuur.
Inzage en nabespreking
Uiterlijk bij het bekendmaken van de uitslag van het tentamen wordt aangegeven op welke wijze en op welk tijdstip de nabespreking van het tentamen plaatsvindt. Er wordt in ieder geval een nabespreking georganiseerd indien een student hiertoe verzoekt binnen 30 dagen na bekendmaking van de uitslag.
Literatuurlijst
R. Ash (ed.) Tacitus Annals Book XV. Cambridge 2017.
W. Kierdorf (ed.) Lebes des Claudius und Nero. 1992.
K.R. Bradley (ed.) Suetonius' Life of Nero: An Historical Commentary, Brussel 1978.
B.H. Warmington (ed.) Suetonius: Nero. Londen 1999.
M.S. Smith (ed.) Petronii Arbitrii Cena Trimalchionis, Oxford 1975.
S.M. Braund (ed.) Juvenal: Satires Book I, Cambridge 1996.
E. Gowers (ed.) Horace: Satires Book I. Cambridge 2012.
Inschrijven
Inschrijven via uSis is verplicht. N.B. Studenten schrijven zich voor dit vak zelf in voor het tentamen waaraan ze willen deelnemen (januari, juni, augustus).
Algemene informatie over uSis vind je op de website.
Aanmelden Studeren à la carte en Contractonderwijs
Niet van toepassing.
Contact
Opmerkingen
Beide talen – Grieks en Latijn – moeten in je BA3 programma vertegenwoordigd zijn met ten minste 5 EC. Houd hier dus rekening mee bij de keuze voor het BA3 pensum en de bachelorwerkcolleges en het bachelorwerkstuk. Wanneer je bij één van de talen een werkcollege volgt, bijvoorbeeld bij Latijn, en het onderwerp van je bachelorwerkstuk tevens over Latijn gaat, dien je het pensum Grieks te lezen (en vice versa). Indien bij beide talen een werkcollege gevolgd wordt mag je kiezen of je het pensum bij Grieks of Latijn leest.