Studiegids

nl en

In het kielzog van Vergilius: Valerius Flaccus’ Argonautica

Vak
2021-2022

Toegangseisen

Dit college is bestemd voor studenten Griekse en Latijnse taal en cultuur jaar 3. Deelnemers moeten over een propedeusebul GLTC beschikken.

Beschrijving

Valerius Flaccus’ Argonautica is een (onvoltooid) epos, geschreven tijdens het bewind van Vespasianus (69-79 n.Chr.). Het verhaalt van de mythische expeditie van de Argonauten en Jasons liefdesrelatie met Medea, met wier hulp de Argonauten het Gulden Vlies weten te bemachtigen.
Uiteraard was de Hellenistische Argonautica van Apollonius Rhodius (samen met de verloren Argonautica van Varro Atacinus vermoedelijk) voor Valerius een cruciaal literair model. Maar zijn epos treedt ook voortdurend in dialoog met Vergilius’ Aeneis: tijdens de colleges zullen we ons concentreren op de intertekstuele relaties tussen het Flavische en het Augusteïsche epos, waarbij we zullen onderzoeken hoe Valerius’ creatieve reacties op Vergilius niet alleen de betekenis van zijn eigen poëzie verrijken, maar ook gelezen kunnen worden als ‘commentaar’ op Vergilius.
In de loop van het semester zullen we een aantal passages van de Argonautica (en hun Vergiliaanse modellen) in het Latijn bestuderen m.b.v. commentaren en andere secundaire literatuur. De rest van het epos lezen we in vertaling. Hoewel we ons, zoals gezegd, zullen concentreren op Valerius’ creatieve omgang met Vergilius, zullen ook andere kwesties aan bod komen, zoals de politieke ‘boodschap’ van het epos en de vraag hoe Valerius zijn epos had willen voltooien.
Het Latijnse pensum zal worden getoetst d.m.v. een schriftelijk tentamen (30%). Daarnaast houdt iedere student een mondelinge presentatie over een passage van Valerius’ epos in relatie tot Vergilius (en evt. andere modellen) (30%). Deze presentatie wordt naderhand uitgewerkt tot een paper (40%). Uiteraard worden alle deelnemers geacht om actief aan de colleges deel te nemen.

Leerdoelen

Kennis en inzicht

  • Kennis van de Griekse en Latijnse literaire traditie rond de Argonauten;

  • Kennis van en inzicht in Latijnse epiek (stijl, metriek, generische kenmerken, etc.);

  • Kennis van en inzicht in metapoetics;

  • Kennis van en inzicht in intertekstualiteit in het algemeen en de intertekstuele relaties tussen Valerius en Vergilius in het bijzonder;

Vaardigheden

De student leert

  • tekstpassages te analyseren en interpreteren met kritisch gebruik van commentaren en secundaire literatuur (II.i, iii, iv; III.i, ii);

  • de in BA2/3 verworven vaardigheden te verdiepen (heuristische vaardigheden, kritische evaluatie van primaire en secundaire literatuur, toetsing van verschillende soorten bronnen, het uitwerken van een onderzoeksvraag). (I.vi, vii; III.i, onderzoeksvaardigheden);

  • het formuleren van een onderzoeksvraag m.b.t. de relatie tussen Valerius’ epos en Vergilius’ Aeneis (en evt. andere literaire modellen) en de onderzoeksresultaten te presenteren, zowel mondeling (m.b.v. handout en/of powerpoint) als schriftelijk (in een helder en overtuigend paper van max. 3500 woorden) (II.iii, iv, presentatie en schriftelijke vaardigheden).
    Zie voor een overzicht van de algemene academische vaardigheden die studenten bij dit vak leren het leerlijnenoverzicht in de syllabus Academische vaardigheden GLTC.

Rooster

De roosters zijn beschikbaar via My Timetable.

Onderwijsvorm

Werkcollege.

Toetsing en weging

Toetsing

Het vak telt drie toetsonderdelen:

  • Schriftelijk tentamen, bestaande uit vertalingen en begripsvragen m.b.t. een nader te bepalen pensum uit Valerius Flaccus Argonautica en Vergilius Aeneis;

  • Referaat met volledige hand-out (en evt. powerpoint) over een passage van Valerius’ epos in relatie tot Vergilius (en evt. andere literaire modellen);

  • Paper (max. 3500 woorden) over het onderwerp van het referaat.

Weging

  • Schriftelijk tentamen: 30%

  • Referaat: 30%

  • Paper: 40%
    Het eindcijfer wordt bepaald op basis van het gewogen gemiddelde. Alle toetsonderdelen (schriftelijk tentamen, referaat en paper) dienen voldoende te zijn (minimaal 5,5).

Herkansing

Alle toetsonderdelen kunnen worden herkanst.

Inzage en nabespreking

Uiterlijk bij het bekendmaken van de uitslag van de toets wordt aangegeven op welke wijze en op welk tijdstip de nabespreking plaatsvindt. Er wordt in ieder geval een nabespreking georganiseerd indien een student hiertoe verzoekt binnen 30 dagen na bekendmaking van de uitslag.

Literatuurlijst

Verplicht:

  • een Latijnse editie van Vergilius Aeneis, bij voorkeur de OCT-editie van Mynors (Oxford 1969);

  • een Nederlandse (of Engelse, Duitse etc.) vertaling van Vergilius Aeneis, bijv. de vertaling van Piet Schrijvers (Groningen 2011);

  • Latijnse tekst van Valerius Flaccus Argonautica: de (oude) Loeb-editie van Mozley (1934) is handig wanneer we door de tekst navigeren; voor het pensum zullen we de Teubner-editie van Ehlers gebruiken (digitaal beschikbaar via de UB);

  • een Nederlandse of Engelse vertaling van Apollonius Rhodius Argonautica, bij voorkeur de (nieuwe) Loeb-editie van Race (2009)

Aanbevolen:

  • de Nederlandse vertaling van Valerius Flaccus Argonautica door Stefan van den Broeck (Leiden 2015)

Inschrijven

Inschrijven via uSis is verplicht.
Algemene informatie over uSis vind je op de website.

Aanmelden Studeren à la carte en Contractonderwijs

Niet van toepassing

Contact

  • Voor inhoudelijke vragen, neem contact op met de docent (rechts in informatiebalk).

  • Voor informatie over inschrijvingen, toelating, etc: Onderwijsadministratie Arsenaal

Opmerkingen

Om de studielast te verkleinen en het studieplezier te vergroten, verdient het aanbeveling om voor aanvang van het semester alvast de Argonautica van (Apollonius Rhodius en) Valerius Flaccus in vertaling te lezen.