Studiegids

nl en

Bachelorproject (10 ECTS)

Vak
2021-2022

Toegangseisen

Studenten die hun Bacheloropleiding Bestuurskunde zijn gestart in september 2014 of later schrijven hun scriptie voor 10 EC. Studenten die gestart zijn met hun Bacheloropleiding Bestuurskunde vóór september 2014 dienen de scriptie te schrijven voor 15 ECTS.

Het Bachelorproject vindt tweemaal per jaar plaats: in het najaarssemester en in het voorjaarssemester. Standaard is dat studenten het Bachelor project in het voorjaar volgen.

Hieronder staan de ingangseisen voor een scriptie van 10 ECTS.
Voor deelname aan het Bachelor project dienen studenten 120 ECTS behaald te hebben op de peildatum. Deze 120 ECTS bestaat uit de volledige Propedeuse, de vakken Kwalitatieve Methoden, Kwantitatieve Methoden en BBO2 of EBM2 (afhankelijk van de track) en daarnaast nog 45 ECTS aan tweede- en/of derdejaars BSK-vakken.
De peildatum is 15 juli voor semester 1 (najaarstraject) en 20 januari voor semester 2 (voorjaarstraject).

Overige informatie (voor alle studenten):
Toelating en inschrijving:

  • Om inzicht te krijgen in hoeveel werkgroepen nodig zijn om alle studenten deel te kunnen laten nemen aan het Bachelor project, geldt dat studenten gevraagd wordt vooraf kenbaar te maken dat zij willen deelnemen. Studenten ontvangen hierover nader bericht per email (mei/juni voor het najaarstraject en september/oktober voor het voorjaarstraject).

  • Om deel te mogen nemen aan het Bachelor project schrijven studenten zich in voor het vak ‘Bachelor project’ én voor 1 specifieke werkgroep via uSis. Aan deze inschrijving is een inschrijvingstermijn met een deadline gekoppeld. Inschrijven na de deadline is niet mogelijk. Wie zich niet voor de deadline heeft ingeschreven kan niet meer deelnemen aan het Bachelor project van dat semester. De inschrijvingstermijn voor het najaarstraject is 15 juli tot en met 15 augustus (deadline inschrijving is 15 augustus). De inschrijvingstermijn voor het voorjaarstraject is 15 december tot en met 15 januari (deadline inschrijving is 15 januari).

  • Bij de inschrijving in uSis voor een werkgroep schrijven studenten zich in voor een werkgroep met een specifiek thema, gekoppeld aan een werkgroep docent met expertise op dat thema. Alle werkgroepen hebben een maximale capaciteit (deze kan variëren per werkgroep). Let er bij de inschrijving op dat sommige werkgroepen enkel open staan voor studenten uit de EBM-track, dan wel enkel de BBO-track of uit de beide tracks.

  • Bij de inschrijving geldt een principe van 'first come, first serve'. Je kunt je slechts inschrijven voor 1 werkgroep.

  • Na de inschrijftermijn worden alle studenten gecontroleerd op toelaatbaarheid. Pas nadat je van de Studieadviseur een mail krijgt dat je officieel toegelaten bent, kan je ervan uitgaan dat je de werkgroep mag volgen. Een inschrijving voor de werkgroep betekent dus niet dat je automatisch toegelaten bent. Je krijgt uiterlijk 31 augustus (najaarstraject) dan wel 31 januari (voorjaarstrajct) bericht over je toelating van de Studieadviseurs op je umail.

Stage en studieplan:

  • Het is niet mogelijk om een scriptie en stage tegelijkertijd te combineren. Het schrijven van de Bachelorscriptie vergt veel tijd en is daarom niet te combineren met stage lopen.

  • Het Bachelor project vormt de afsluiting van je Bacheloropleiding Bestuurskunde. Het wordt daarom sterk aangeraden om pas deel te nemen aan het Bachelorproject wanneer je je opleiding bijna hebt afgerond en niet te veel vakken hebt openstaan. Kijk ook altijd of je je deelname aan het Bachelorproject op een realistische manier kunt combineren met overige activiteiten (vakken uit eerdere jaren, werk, verenigingsleven, etc.). Voor het opstellen van een realistisch studieplan kunnen studenten altijd contact opnemen met de studieadviseurs.

Uitzonderingen:

  • Voldoe je niet aan de ingangseisen én zijn er persoonlijke omstandigheden? Neem dan contact op met de studieadviseur om te kijken welke procedure je moet volgen om mogelijk een uitzondering te krijgen: studieadviseurbsk@fgga.leidenuniv.nl.

  • Studenten die op de peildatum van 20 januari 115 EC hebben behaald en daarmee nog 5 EC missen aan vakken die alleen in semester 2 worden aangeboden, kunnen een uitzondering aanvragen om toch toegelaten te worden voor het Bachelor project. Neem hiervoor contact op met studieadvies

Beschrijving

Het Bachelorproject vormt de afronding van de Bacheloropleiding Bestuurskunde. Tijdens dit vak ontwerpen studenten een eigen empirisch onderzoek. Tijdens de uitvoering van het onderzoek maken zij gebruik van kwalitatieve en/of kwantitatieve onderzoeksmethoden. Het onderzoek is verklarend van aard en kan een deductief of inductief karakter hebben. In het Bachelorproject integreren studenten de inhoudelijke kennis opgedaan tijdens de verschillende vakken van de gehele Bacheloropleiding en bouwen ze op de opgedane methodologische vaardigheden.

Studenten kunnen bij het schrijven van hun Bachelorscriptie kiezen uit verschillende werkgroepen die gekoppeld zijn aan een thema. Binnen dat thema bakenen ze een specifieker onderwerp af. Omdat het voorjaar de reguliere periode is om de scriptie te schrijven en de groep deelnemende studenten dus hoger ligt, kunnen studenten in het voorjaar uit meer thema’s kiezen dan in het najaar. De thema’s zijn gekoppeld aan de onderzoeksexpertise van de begeleidende werkgroep docent en gekoppeld aan specifieke bestuurskundige vraagstukken. Bij het schrijven van hun scriptie zal een deel van de studenten vanuit hun specifieke track meer nadruk leggen op EBM-elementen en een deel meer op BBO-elementen. Een deel van de werkgroepen is expliciet gekoppeld aan thema’s/vakken uit de EBM/BBO tracks en enkel toegankelijk voor studenten vanuit die tracks. Een ander deel van de werkgroepen raakt aan de meer centrale Bestuurskunde vakken en is toegankelijk voor studenten vanuit beide tracks. Echter, ook binnen deze meer ‘centrale’ thema’s kiezen studenten hun eigen (eventueel EBM/BBO) invalshoek. De maximale groepsgrootte van de werkgroep kan variëren en ligt doorgaans tussen maximaal 6 en maximaal 15 studenten.

De voertaal bij het Bachelorproject is Nederlands. Dat betekent dat de scriptie in principe in het Nederlands wordt geschreven en dat hoorcolleges/webinars en werkgroepen Nederlandstalig zijn. Per semester kan echter wel (minimaal) één Engelstalige werkgroep worden aangeboden waarbinnen ook de scriptie in het Engels wordt geschreven.

Leerdoelen

Na het volgen van dit vak zijn studenten in staat om:

  • zelfstandig in een scriptie verschillende onderdelen uit de Bachelor te integreren. Dat wil zeggen dat tijdens het Bachelorproject algemene theoretische kennis uit verschillende onderdelen van de bacheloropleiding dient te worden gebruikt om een empirisch probleem te analyseren;

  • een verklarende onderzoeksvraag over dat probleem te formuleren;

  • zelfstandig empirisch onderzoek te doen in een vooraf vastgestelde tijdsperiode, waarbij door gebruik van methoden en technieken die in verschillende fasen van de Bacheloropleiding zijn gedoceerd, originele data worden verzameld en geanalyseerd;

  • schriftelijk over dat onderzoek te rapporteren;

  • mondeling de resultaten van het empirisch onderzoek toe te lichten;

  • een peer review uit te voeren van een onderzoeksopzet van een medestudent.

Rooster

Op de openingspagina van de opleiding vind je aan de rechterzijde van de E-gids doorlinkmogelijkheden naar de website en de roosters, uSis en Brightspace.

Onderwijsvorm

Dit project bestaat uit hoorcolleges, webinars over hoe een scriptieonderzoek uit te voeren en op te zetten, interactieve workshops, werkgroep bijeenkomsten, individuele spreekuren en zelfstudie. De webinars worden verder ontwikkeld gedurende het academisch jaar 2021-2022, waardoor een verschil kan ontstaan in de onderwijsvorm tussen semester 1 en semester 2.

Tijdens het Bachelorproject worden diverse opdrachten gemaakt die deels becijferd en/of verplicht zijn. Zie onder toetsing. Daarnaast geldt voor deelname aan de spreekuren dat deelname slechts mogelijk is indien bepaalde opdrachten zijn ingeleverd. Nadere informatie hierover staat in de vakwijzer.

Studielast

De totale studielast voor het Bachelorproject bedraagt 10 x 28 uur = 280 uur. Deze kan opgesplitst worden naar de volgende onderdelen:

  • Contacturen: (ongeveer) 12 uur hoorcolleges (fysiek en/of digitaal), (maximaal) 8 uur workshops, 7 uur werkgroepbijeenkomsten, 2 uur individuele begeleiding door werkgroepdocent.

  • Uren zelfstudie: 251 uur. Dit bestaat uit het voorbereiden van colleges/werkgroepen, bestuderen van literatuur, voorbereiden van (becijferde) opdrachten, uitvoeren van onderzoek, schrijven van de onderzoeksopzet en de uiteindelijke Bachelorscriptie).

  • De werkgroepbijeenkomsten zijn verplicht. Indien in de gemiste werkgroep een opdracht gepresenteerd had moeten worden voor een cijfer, dan volgt een 0 voor deze gemiste opdracht. Indien sprake is van persoonlijke omstandigheden kan in individuele gevallen en per uitzondering in overleg met de docent gekeken worden naar het inhalen van de opdracht op een later moment, tot uiterlijk 1,5 week na de gemiste bijeenkomst. Indien in de gemiste werkgroep geen opdracht gepresenteerd had moeten worden voor een cijfer, dan geldt dat de student een vervangende opdracht moet maken waarin een reflectie wordt gegeven op het thema van de werkgroep. Deze opdracht wordt nader gespecificeerd door de docent.

Toetsing en weging

Het eindcijfer van het Bachelorproject bestaat uit de volgende onderdelen:

  • Scriptie (75% van het eindcijfer, schriftelijk);

  • Peer review van het werk van een andere student uit de werkgroep (10% van het eindcijfer, schriftelijk);

  • Presentatieopdracht waarin de onderzoeksbevindingen worden gepresenteerd (15% van het eindcijfer, mondeling via fysieke presentatie dan wel een korte video met daarin een pitch van het onderzoek, ondersteund door slides/poster).

Haalbaarheids-en voortgangsadvies
Naast de becijferde opdrachten wordt ongeveer halverwege het scriptietraject een haalbaarheids- en voortgangsadvies gegeven op basis van een tussentijds ingeleverde versie. Op basis van dit advies kan de student inschatten waar hij/zij staat in het traject en met de begeleider bespreken hoe verder te gaan. Uitgebreide informatie hierover valt terug te vinden in syllabus van het vak.

Voor het succesvol kunnen afronden van het vak gelden de volgende regels:

  • het eindcijfer van het vak moet voldoende zijn (cijfer >5,5);

  • het cijfer van de scriptie moet voldoende zijn (cijfer >5,5);

  • de onderdelen van 10% en 15% kunnen niet herkanst worden. Voor de scriptie is wel een herkansing mogelijk;

  • voor het haalbaarheids- en voortgangsadvies is het eerste deel van de scriptie ingeleverd;

  • wanneer het vak Bachelor project niet met een voldoende eindcijfer wordt afgerond, geldt dat de student het vak opnieuw moet volgen tijdens een volgend semester. De student moet daarbij deelnemen met een nieuw onderwerp. Het is dus niet mogelijk om met een scriptie die becijferd is met een onvoldoende door te gaan in het daaropvolgende Bachelor project. Behoud van deelcijfers is daarbij niet mogelijk; alle onderdelen dienen opnieuw gemaakt en afgerond te worden.

Behaalde deelcijfers zijn alleen geldig in het lopende academisch jaar. Deelcijfers vervallen na kans en herkansing van het vak.

Literatuurlijst

Voor het Bachelorproject wordt geen algemene literatuur voorgeschreven. Wel moeten studenten uiteraard literatuur gebruiken voor het opstellen van het theoretisch kader van hun onderzoek. Deze literatuur hangt samen met het thema van de werkgroep en het specifieke onderwerp dat daarbinnen gekozen wordt. Voor aanvang van het vak ontvangen studenten via hun werkgroep docent enkele literatuursuggesties om zich in te kunnen lezen op het thema van de werkgroep.

Inschrijven

Schrijf je in uSis in voor het vak ‘Bachelorproject’ en de werkgroep van jouw voorkeur (let op of de werkgroep open staat voor jouw track). Doe dit op tijd (voor het najaarstraject vanaf 15 juli tot en met 15 augustus en voor het voorjaarstraject vanaf 15 december tot en met 15 januari): de werkgroepen kennen een limiet. Let op! Je kunt je enkel inschrijven voor 1 werkgroep. Inschrijven na de deadline is niet meer mogelijk; studenten die zich niet hebben ingeschreven voor een werkgroep kunnen niet meer deelnemen.

Vanaf het academisch jaar 2020-2021 is Brightspace de digitale leeromgeving van de Universiteit Leiden. Na je inschrijving voor een vak in uSis ben je ook ingeschreven voor de Brightspace omgeving van het vak. Bij het Bachelor project wordt je zowel ingeschreven voor de hoofdpagina in Brightspace voor het vak, als voor een aparte pagina die is gekoppeld aan de specifieke werkgroep.

Contact

Dr. Carola van Eijk
E-mail: c.j.a.van.eijk@fgga.leidenuniv.nl
Telefoon: 070-8009489

Opmerkingen

Door middel van een e-mail zullen potentiële deelnemers aan het Bachelorproject geïnformeerd worden over de start en inhoud van het project en over de procedure rondom de inschrijving. De e-mail met informatie over de aanmelding voor het najaarstraject zal verstuurd worden in mei/juni. De e-mail met informatie over de aanmelding voor het voorjaarstraject zal verstuurd worden in september/oktober. Wanneer studenten geen e-mail hebben ontvangen, dienen studenten contact op te nemen met de coördinerend docent (stuur een e-mail naar c.j.a.van.eijk@fgga.leidenuniv.nl). Zorg dat je je op tijd aanmeldt!

*Voor potentiele deelnemers wordt een informatiebijeenkomst georganiseerd. Deze bijeenkomst vindt plaats in juni en november voor, respectievelijk, het najaars- en het voorjaarstraject. *

Wanneer je je Bachelorproject hebt afgerond en ook de rest van je studiepunten hebt gehaald, kan je je afstuderen aanvragen.