Studiegids

nl en

Brieven als literatuur. Cicero, Plinius en de Latijnse epistolografie

Vak
2021-2022

Toegangseisen

Dit college is bestemd voor studenten Griekse en Latijnse taal en cultuur (jaar 3). De deelnemers moeten over een propedeusebul GLTC beschikken.

Beschrijving

Cicero heeft, voor zover wij weten, zijn brieven niet tijdens zijn leven gepubliceerd. Voor hem waren ze geen onderdeel van de door hem geautoriseerde literaire werken die hij aan het nageslacht wilde nalaten. Pas later zijn ze in omloop gekomen. Het verhaal gaat dat zijn vrijgelatene Tiro de correspondentie na Cicero’s dood in verschillende corpora heeft samengevoegd (wij kennen nog de Epistulae ad familiares, ad Atticum, ad Quintum fratrem en ad Brutum; in de oudheid waren er ook verzamelingen van brieven geadresseerd aan Julius Caesar en aan Octavianus). Het duurde echter nog minstens 50 jaar voordat de brieven in de literaire kringen van de keizertijd bekend werden en als literaire werken werden gelezen. Als zodanig werden zij een belangrijk model voor latere literaire brievencollecties, zoals die van Plinius de Jongere.
In dit college gaan we Latijnse brieven als literaire teksten onder de loep nemen. Na enkele inleidende colleges over brieven in de oudheid beginnen we uiteraard bij Cicero en zijn verschillende collecties met brieven. We zullen ze met verschillende methode’s bestuderen: een keer lezen we een reeks brieven met narratologische middelen; een andere keer gaan we één enkele brief nauwkeurig voor zijn literaire en politieke implicaties onderzoeken; dan weer kijken we naar talige middelen waarmee Cicero een verband met zijn addressaat probeert te leggen. In een tweede gedeelte van het college schakelen we (na een kleine omleiding via Seneca) over naar Plinius. We kijken naar manieren waarop hij Cicero als voorbeeld van zijn eigen collectie heeft genomen; we onderzoeken hoe hij zijn boeken als literaire eenheid concipeerde; en we kijken uiteraard ook naar enkele beroemde brieven, o.a. de Vesuvius-brief en de genrediscussie die daarin gevoerd wordt. Als deelnemers willen, kunnen we aan het eind van het college ook een of twee voorbeelden van latere literaire briefcollecties lezen (uit de late Oudheid of de Renaisance) om aan te tonen hoe invloedrijk het genre in de Europese literatuur gebleken is.

Leerdoelen

Kennis en inzicht

De student leert:

  • kennis van de genrekenmerken van de brief in de oudheid

  • historische, politieke en culturele context van een selectie van Romeinse briefcorpora uit de late Republiek en de keizertijd

  • verdieping van kennis op het gebied van literaire methodiek en theorie

  • brieven als middel van auctoriale zelfpresentatie kennen

  • kennis van receptiefenomenen binnen de oudheid

Vaardigheden

De student ontwikkelt de volgende vaardigheden verder:

  • tekstpassages nauwkeuring te lezen, te analyseren en te interpreteren met kritisch gebruik van commentaren en secundaire literatuur

  • een concrete afgebakende vraag te bestuderen en daarvan verslag te doen in een helder en goed beargumenteerd mondeling referaat, ondersteund door een hand-out en/of powerpoint (mondelinge vaardigheden)

  • de in BA2 verworven vaardigheden te verdiepen (heuristische vaardigheden, kritische evaluatie van secundaire literatuur, toetsing van verschillende bronnen, het uitwerken van een onderzoeksvraag)

  • de leesvaardigheid van Latijnse teksten verder te ontwikkelen

  • actief te participeren in wetenschappelijke discussies en het reflectievermogen op die discussies te vergroten (mondelinge en samenwerkingsvaardigheden)

Rooster

De roosters zijn beschikbaar via My Timetable.

Onderwijsvorm

  • Werkcollege
    N.B.: Deelname aan de colleges en actieve participatie (incl. een goede voorbereiding) is verplicht en een voorwaarde om de cursus succesvol af te ronden.

Toetsing en weging

Toetsing

  • Mondelinge presentatie (incl. actief leiding geven aan de volgende groepsdiscussie)

  • Mondeling of schriftelijk tentamen (afhankelijk van de groepsgrote)

  • Uitgewerkte notulen van een sessie

Weging

  • Mondelinge presentatie: 40%

  • Mondeling of schriftelijk tentamen: 40%

  • Notulen: 20%
    Het eindcijfer komt tot stand op basis van het gewogen gemiddelde op basis van de deelcijfers, met daarbij als aanvullende eis dat de presentatie en het tentamen allebei voldoende (min. 5.5) moeten zijn.

Herkansing

Een onvoldoende tentamen wordt herkanst door middel van een nieuw mondeling tentamen. Een onvoldoende mondelinge presentatie wordt herkanst door middel van een nieuwe presentatie (eventueel alleen voor de docent, als er geen gezamenlijke sessie meer georganiseerd kan worden). De notulen kunnen niet herkanst worden.

Inzage en nabespreking

Uiterlijk bij het bekendmaken van de uitslag van het tentamen wordt aangegeven op welke wijze en op welk tijdstip de nabespreking van het tentamen plaatsvindt. Er wordt in ieder geval een nabespreking georganiseerd indien een student hiertoe verzoekt binnen 30 dagen na bekendmaking van de uitslag.

Literatuurlijst

Cicero’s en Plinius’ brieven zijn niet in een heel goedkope editie beschikbaar. De resp. Loeb-edities omvatten meerdere delen; kritische edities (bij OUP of Teubner) zijn duur. Daarom zullen de te lezen teksten in een reader samengesteld worden.
Het belangrijkste commentaar op Cicero’s correspondentie is geschreven door Shackleton Bailey (in meerdere delen per corpus); op Plinius bestaat nog geen volledig commentaar (Sherwin White, The letters of Pliny. A historical and social commentary, 1966 is alleen een deelcommentaar).
Voor wie zich alvast een beetje wil inlezen, zijn de volgende titels aan te bevelen (aanschaffen niet nodig):

Algemeen:
R. Morello/A.D. Morrison, Ancient letters. Classical and late antique epistolography, Oxford 2007.
Cicero:

  • J. Hall, Politeness and politics in Cicero's letters, Oxford 2009.

  • G. Hutchinson, Cicero's correspondence. A literary study, Oxford 1998.

  • P. White, Cicero in letters epistolary relations of the late republic, New York 2010.
    Plinius:

  • R. Gibson/R. Morello, Reading the Letters of Pliny the Younger. An introduction, Cambridge 2012.

  • I. Marchesi, The art of Pliny's letters. A poetics of allusion in the private correspondence, Cambridge 2008.

Inschrijven

Inschrijven via uSis is verplicht.
Algemene informatie over uSis vind je op de website.

Aanmelden Studeren à la carte en Contractonderwijs

Niet van toepassing.

Contact

  • Voor inhoudelijke vragen, neem contact op met de docent (rechts in informatiebalk).

  • Voor informatie over inschrijvingen, toelating, etc: Onderwijsadministratie Arsenaal

Opmerkingen

Deelname aan colleges is verplicht en een voowaarde om de cursus succesvol af te ronden. Wie meer dan een keer zonder goede redenen afwezig is, kan van de toetsing uitgesloten worden.