Toegangseisen
De BSA-norm is behaald en beide Themacolleges zijn met een voldoende afgerond.
Beschrijving
Onze voorouders werden van tijd tot tijd geteisterd door epidemieën en pandemieën. Een tot de verbeelding sprekend voorbeeld betreft de pestpandemie van de veertiende eeuw die via havensteden Europa bereikte en waarbij naar schatting een kwart van de bevolking overleed. Ook als er geen epidemie heerste, waren infectieziekten in zo goed als alle steden tot ver in de negentiende eeuw de belangrijkste doodsoorzaak. Veel zuigelingen stierven al voor hun eerste verjaardag, met name aan maagdarminfecties zoals diarree. Als kinderen het eerste jaar wel overleefden, lagen ‘kinderziekten’ als mazelen en kinkhoest op de loer. Veel volwassenen bezweken aan tuberculose en ook cholera teisterde van de tijd tot tijd de stad. Tegen het einde van negentiende eeuw zette een daling van de sterfte aan infectieziekten in die in zo goed als alle grote steden merkbaar was. Die daling was vooral te danken aan hygiëne-maatregelen die door een groep vooruitstrevende artsen werden bepleit bij de stedelijke autoriteiten. Ondanks de Spaanse grieppandemie van 1918 maakte diepe angst voor besmettelijke ziekten geleidelijk aan plaats voor optimisme – mede dankzij de baanbrekende medische ontdekkingen van de twintigste eeuw. Pas met de AIDS epidemie in de jaren tachtig van de twintigste eeuw in steden als San Francisco en Los Angeles en de recente SARS, Ebola en Corona-pandemie kwam aan dit optimisme een einde.
In deze cursus gaan we op zoek naar het hoe en waarom van infectieziekte- en sterftepatronen van de vroegmoderne tijd tot het recente verleden. De nadruk ligt daarbij op de stad. Naast historische ontwikkelingen in tijd en plaats kijken we naar historiografische debatten en methodologische vraagstukken. Zijn er lokale, regionale en internationale verschillen in ziekteverspreiding en letaliteit? Zijn er verschillen in infectielast en sterftekansen tussen verschillende sociale groepen (leeftijd, gender, etniciteit/migrant, sociale klasse en religie)? Zien we verschillen in ziektepatronen en reacties tussen bepaalde typen steden, zoals havensteden, industriesteden of steden die landinwaarts lagen? Hoe is in de loop van de tijd gereageerd op bedreigingen van de stedelijke volksgezondheid? Waar, hoe en door wie werd de daartoe benodigde kennis verworven? Na een introductie op het onderwerp verdiepen we ons aan de hand van literatuur in verschillende thema’s. Studenten verrichten zelfstandig literatuuronderzoek naar een zelfgekozen onderwerp, houden een referaat en schrijven een werkstuk.
Dit college is gekoppeld aan het Kerncollege ‘Grenzen aan de macht'. Staten en overheden beïnvloeden welvaart, levensstandaard en gezondheid in belangrijke mate. De democratie lijkt de beste vorm van bestuur voor de volksgezondheid al zien we ook dat, vooral in de strijd tegen infectieziekten, dictaturen op adequatere wijze vergaande maatregelen weten te nemen, waarbij soms de volksgezondheid zwaarder weegt dan burgerrechten. Kunnen we lessen trekken uit het verleden?
Leerdoelen
Algemene leerdoelen
De student kan:
1) een gezamenlijke opdracht succesvol uitvoeren;
2) een onderzoek met een beperkte omvang opzetten en uitvoeren, en daarbij:
a. vakliteratuur zoeken, selecteren en ordenen;
b. relatief grote hoeveelheden informatie organiseren en verwerken;
c. een wetenschappelijk debat analyseren;
d. het eigen onderzoek in het wetenschappelijk debat plaatsen3) reflecteren op de primaire bronnen waarop de literatuur is gebaseerd;
4) een probleemgestuurd werkstuk schrijven en een referaat houden naar het format van de eerstejaars Themacolleges, en daarbij;
a. een realistische planning hanteren;
b. een probleemstelling en deelvragen formuleren;
c. een beargumenteerde conclusie formuleren;
d. feedback geven en ontvangen;
e. aanwijzingen van de docent verwerken.5) participeren in de discussies tijdens colleges.
Leerdoelen, specifiek voor de afstudeerrichting
6) De student heeft kennis opgedaan van de afstudeerrichting(en) waartoe het BA-Werkcollege behoort;
bij de afstudeerrichting Sociale Geschiedenis voor de verklaring van verschillen tussen groepen vanuit een vergelijkend (lokaal, regionaal of internationaal; klasse, gender, etniciteit en religie) en de rol van individuen, groepen, bedrijven en (internationale) organisaties (inclusief kerken) in processen van insluiting en uitsluiting vanaf ca. 1500 tot nu;7) De student heeft kennis van en inzicht in de kernbegrippen, de onderzoeksmethoden en –technieken van de afstudeerrichting, met speciale aandacht bij de afstudeerrichting Sociale Geschiedenis voor de toepassing van sociaal-wetenschappelijke concepten en het verwerven van inzicht in de interactie in sociale processen op basis van onderzoek in kwalitatieve als kwantitatieve primaire bronnen.
Leerdoelen, specifiek voor dit college
De student:
8) verwerft kennis en inzicht in de oorzaken en gevolgen van sociale, demografische en epidemiologische ontwikkelingen in de periode 1500-heden en in de historische debatten daarover;
9) is in staat kritisch te reflecteren (mondeling en geschreven) op literatuur en theorie met betrekking tot sociale ongelijkheid in historisch-demografische en epidemiologische ontwikkelingen.
Rooster
De roosters zijn beschikbaar via My Timetable.
Onderwijsvorm
- Werkcollege met aanwezigheidsplicht
Dit houdt in dat studenten bij alle werkcolleges aanwezig moeten zijn. Indien je toch verhinderd bent dien je dit vooraf te melden aan de docent. De docent bepaalt vervolgens of, en zo ja, hoe het gemiste college door een vervangende opdracht kan worden ingehaald. Als er specifieke beperkingen zijn bij een college dan maakt de docent dat aan het begin kenbaar. Indien je niet voldoet aan voornoemde voorwaarden, word je uitgesloten van deelname.
Toetsing en weging
Toetsing
Werkstuk (5.000-6.000 woorden gebaseerd op literatuur; exclusief voorblad, inhoudsopgave, bibliografie, voetnoten)
getoetste leerdoelen: 2-4, 6-9Mondelinge presentatie
getoetste leerdoelen: 3-4, 6-9Participatie en collegeopdrachten
getoetste leerdoelen: 1, 5-9
Weging
Werkstuk: 70%
Mondelinge presentatie: 20%
Participatie: 10%
Het eindcijfer komt tot stand op basis van het gewogen gemiddelde op basis van de deelcijfers, met daarbij als aanvullende eis dat het werkstuk voldoende moet zijn.
Deadlines
Voor het inleveren van deopdrachten en het werkstuk geldt de deadline, zoals aangegeven in de corresponderende Brightspace cursus.
Herkansing
Het werkstuk kan worden herkanst. Hiervoor geldt de deadline zoals aangegeven in de corresponderende Brightspace cursus.
Inzage en nabespreking werkstuk
Uiterlijk bij het bekendmaken van de uitslag van het werkstuk wordt aangegeven op welke wijze en op welk tijdstip de inzage en nabespreking van het werkstuk plaatsvindt.
Literatuurlijst
Literatuur wordt via Brightspace bekend gemaakt. Kijk een week voor aanvang van het college op Brightspace voor de literatuur voor de opdracht van week 1.
Inschrijven
Inschrijven via MyStudyMap is verplicht.
Contact
Voor inhoudelijke vragen, neem contact op met de docent (rechts in informatiebalk).
Voor informatie over inschrijvingen, toelating, etc: Onderwijsadministratie Huizinga.
Opmerkingen
Niet van toepassing.