Studiegids

nl en

Latijn: retorica

Vak
2023-2024

Toegangseisen

Dit college is een verplicht onderdeel van de BA-opleiding Griekse en Latijnse taal en cultuur (jaar 1).

Beschrijving

Retorica was in de late Romeinse republiek en in de keizertijd een discipline die ieder lid van de maatschappelijke elite diende te beheersen: door middel van effectieve welsprekendheid kon men immers carrière maken als advocaat en politicus en grote invloed op de politieke ontwikkelingen van Rome uitoefenen. Cicero is in dit opzicht een emblematische figuur: het toonbeeld van welsprekendheid, de zelfverklaarde uitvinder van het filosofisch Latijn, een republikeinse held – en een van de zeer weinige mensen in wiens privéleven wij een kijkje kunnen nemen. Als homo novus bereidde hij zijn entrée in de politiek voor door optredens in spraakmakende processen, en als politicus maakte hij het woord tot een scherp wapen tegen politieke tegenstanders (denk aan zijn strijd tegen Catilina in 63 v.Chr.). In dit college staat Cicero echter niet als redenaar, maar als leermeester in de retorica centraal – hij was immers ook de eerste die uitvoerige traktaten over retorica in het Latijn schreef, en latere/volgende generaties retorici hebben hem steeds als belangrijste voorganger en model beschouwd.
Na een kort overzicht van Cicero’s carrière en werken zal tijdens deze cursus Cicero’s meesterwerk De oratore een promine te plaats innemen – een werk waarin hij retorische theorie nauw met politieke en filosofische kwesties verbindt en zich indirect in het debat rondom de politieke crisis tijdens het triumviraat van Caesar, Pompeius en Crassus mengt. Daarnaast zullen ook andere werken van hem zoals De inventione en Brutus kort de revue passeren. Eveneens zullen we naar de belangrijkste retoricus van de eerste eeuw n.Chr., Quintilianus, kijken, die een zelfverklaarde Cicero-bewonderaar was. Daarbij zullen m.n. de volgende onderdelen aan de orde komen: de retorische theorie; de literaire vorm van de dialogen en traktaten over retorica, en hun maatschappelijke relevantie. Daarnaast zal ook aandacht worden besteed aan de handschriftelijke overlevering van Cicero’s retorische werken en hierdoor een eerste kennismaking met de rijke Bijzondere Collectie van de Leidse Universiteitsbibliotheek georganiseerd worden.
Er zijn twee colleges per week: a) een gemeenschappelijk inhoudelijk college over een belangrijk onderwerp of aspect van de te bespreken teksten en b) een werkcollege (in kleinere groepen) waarbij een specifieke Latijnse tekstpassage zal worden bestudeerd en besproken. Hierbij zal ook aandacht worden besteed aan een verdiepende herhaling van de in semester 1 aangeleerde Latijnse syntaxis en grammatica, m.n. aan verschillende soorten ingebedde predicaties. Bovendien zullen de resterende 50 pp. uit Babeliowski’s woordenlijst, die niet in de colleges Taalverwerving op het programma stonden, onderdeel van het tentamen zijn.

Leerdoelen

Kennis en inzicht
De student:

  • leert de bij Taalverwerving Latijn (1 en 2) opgedane kennis van morfologie en syntaxis toe te passen bij het lezen en interpreteren van retorische teksten (I.i; II.i/iii);

  • beschikt over elementaire kennis van antieke retorische theorie;

  • beschikt over elementaire kennis van leven en werken van de centrale politicus, redenaar en retoricus Cicero en van de retoricaprofessor Quintilianus (I.ii/vii);

  • beschikt over elementaire kennis van de politieke situatie in de late Romeinse republiek en de impact van politieke ontwikkelingen op de Latijnse literatuur (I.ii);

  • is zich bewust van het belang van de retorica voor de antieke literatuur (I.ii);

  • vergroot de kennis van de woordenschat in het Latijn;

  • maakt ersted kennis met handschriftelijke overlevering van antieke teksten.
    Vaardigheden
    De student leert:

  • actief te participeren in de discussie n.a.v. de op college behandelde teksten (mondelinge vaardigheden);

  • zelfstandig Latijnse teksten te lezen met behulp van een commentaar (II.i /schriftelijke vaardigheden);

  • lees- en vertaalvaardigheden van Latijns proza: het formuleren van een korte vertaling gelezen en ongelezen stof uit het werk van Cicero (II.ii);

  • eenvoudige open vragen over grammaticale en syntactische verschijnselen binnen een Latijnse tekst en over de inhoud van de gelezen stof te beantwoorden (II.i);

  • de op college behandelde (achtergrond)informatie te verwerken in korte essayvragen. (schriftelijke presentatievaardigheden);

  • het retorisch apparaat te gebruiken voor tekstanalyse (II.iii);

  • de kennis over de historische context toe te passen op tekstanalyse (II.iii).

Rooster

De roosters zijn beschikbaar via My Timetable.

Onderwijsvorm

  • Hoorcollege

  • Werkcollege

Toetsing en weging

Toetsing

  • Tussentoets (syntaxis, grammatica, eventuel een korte vertaling)

  • Schriftelijk tentamen (vertalingen en open vragen over gelezen primaire en secundaire literatuur)

Weging

  • Tussentoets: 30%

  • Schriftelijk tentamen: 70%
    Het eindcijfer voor de cursus komt tot stand door de bepaling van het gewogen gemiddelde van alle toetsonderdelen, met als aanvullende eis dat er voor elk onderdeel minstens een 5,5 behaald moet worden en dat de vertaalopdracht voor het eindtentamen voldoende moet zijn.

Herkansing

Een onvoldoende tussentoets en/of tentamen kunnen tevens worden herkanst.

Inzage en nabespreking

Uiterlijk bij het bekendmaken van de uitslag van het tentamen wordt aangegeven op welke wijze en op welk tijdstip de nabespreking van het tentamen plaatsvindt. Er wordt in ieder geval een nabespreking georganiseerd indien een student hiertoe verzoekt binnen 30 dagen na bekendmaking van de uitslag.

Literatuurlijst

Studenten dienen aan te schaffen/te bezitten:

  • A.S. Wilkins (ed.) (1892 of later) Cicero: De Oratore I-III. [recente herdruk bij Bristol Classical Press, 2002, maar elke andere herdruk is ook prima];

  • G.F. Diercks en N.H.C. Loenen, Kleine Latijnse grammatica (Bussum, meest recente druk);

  • C. Kroon,* Inleiding tot de Latijnse syntaxis*. Structuur van zin en tekst (Amsterdam, meest recente druk).

  • Alle studenten moeten daarnaast in het bezit zijn van een volledige vertaling van Cicero's De oratore, bij voorkeur de Nederlandse vertaling van A.D. Leeman en H.W.A. van Rooijen-Dijkman onder de titel De ideale redenaar of de Engelse vertaling van J.M. May en J. Wisse onder de titel On the ideal orator. Wie al een andere vertaling bezit, kan deze eveneens gebruiken.
    Verdere literatuur wordt beschikbaar gesteld.

Inschrijven

Inschrijven via MyStudyMap is verplicht.
Informatie over het inschrijven voor vakken en tentamens kun je hier vinden

Contact

  • Voor inhoudelijke vragen, neem contact op met de docent (rechts in informatiebalk).

  • Voor informatie over inschrijvingen, toelating, etc: Onderwijsadministratie Arsenaal

Opmerkingen

De deelnemers wordt dringend verzocht om vóór het begin van de collegereeks alvast De oratore in vertaling te hebben gelezen.