Debatten heb je in zeer verschillende verschijningsvormen over zeer uiteenlopende onderwerpen. Van het zeer vrije debat over de beste voetbalclub van Nederland in een willekeurige sportkantine tot het zeer geleide en gereglementeerde, maar soms ook emotionele, debat in de Tweede Kamer, zoals dat over de nationaliteit van Hirsi Ali.
Hoe vrij een debatvorm ook kan zijn, over het algemeen wordt aangenomen dat debaters zich aan een aantal – soms impliciete maar vaak ook expliciete – regels moeten houden. Die regels hebben bijvoorbeeld betrekking op hoe de debatbeurten worden gewisseld, welke soorten argumentatie naar voren kunnen of moeten worden gebracht en welke retorische middelen kunnen of moeten worden ingezet. Per debatvorm (bijvoorbeeld: het beleidsdebat, het academisch debat, enzovoort) kunnen die regels verschillen.
In deze cursus bespreken we de verschillende debatvormen en hun regels. We besteden aandacht aan zowel de historische wortels van de regels die ervoor gelden als de theoretische rechtvaardiging daarvan. We gaan ook in op de maatschappelijke waarde van debatteren. Dit doen we in het eerste semester, waarin ook een eerste debatsessie zal plaatsvinden (deel I).
In het tweede semester (deel II) gaan we het geleerde in het eerste semester verder en uitgebreider in praktijk brengen in de vorm van een debatpracticum. Na een intensieve praktische debattraining zullen we aan de hand van een aantal casussen zelf gaan debatteren.
Rooster
1e semester, blok 1 en 2 blok 1 en 2 in beide semesters, woensdag 15-17 uur
Onderwijsvorm
Werkcollege
A la Carte- en Contractonderwijs
Belangstellenden die deze cursus in het kader van Contractonderwijs willen volgen (met tentamen), vinden hier meer informatie over kosten, inschrijving, voorwaarden etc.
Dit college is niet beschikbaar voor A la carte onderwijs.
Leerdoelen
Het verwerven van theoretische kennis over de aard van debatten en de rol van argumentatie en retorica daarin.
Het verwerven van inzicht in de maatschappelijke betekenis van debatten.
Het vergroten van de eigen mondelinge debatvaardigheid in uiteenlopende debatvormen op basis van een intensieve inhoudelijke voorbereiding.
Literatuur
Wordt later bekendgemaakt.
Toetsing
De delen I en II worden apart getoetst en moeten beide met een voldoende worden afgerond. Het eerste semester wordt afgesloten met een schriftelijk tentamen, dat voor 80% het eindcijfer bepaalt; de overige 20% wordt bepaald door het uitvoeren van een debatopdracht.
Het tweede semester wordt getoetst op basis van de verschillende debatopdrachten; het eindcijfer wordt bepaald op basis van het gemiddelde van de verschillende debatopdrachten (voorbereiding en uitvoering).
Informatie
Bij de docent: t.van.haaften@hum.leidenuniv.nl
Blackboard/webpagina
Ja