Studiegids

nl en

Egyptische archeologie I

Vak
2008-2009

Kennismaking met moderne archeologische theorie? methoden en technieken van onderzoek in de Egyptische archeologie. Dit gebeurt voornamelijk aan de hand van case studies uit de literatuur.

Rooster

Voor het rooster en latere eventuele wijzigingen klik hier.

Onderwijsvorm

Hoor- en werkcollege.

A la carte- en contractonderwijs

Mits Materiële Cultuur I (EG11MC1) en Egyptische Cultuurgeschiedenis I (EG11EC1) zijn afgerond, en bij voorkeur ook Materiële Cultuur II (EG12MC2).

Belangstellenden die deze cursus in het kader van Contractonderwijs willen volgen (met tentamen), vinden hier meer informatie over kosten, inschrijving, voorwaarden etc.

Dit college is niet beschikbaar voor A la carte onderwijs.

Leerdoelen

  1. Het verwerven van kennis van en inzicht in een selectie van moderne theoretische en methodologische probleemstellingen en aspecten van de archeologie.

  2. Het begrijpen van het belang van de moderne archeologische theorieën voor de Egyptische archeologie en in staat te zijn ze toe te passen op concrete Egyptische gevallen.

  3. Het vermogen de centrale inhoud van een deel van de te bestuderen literatuur hierover in een kort (15 min.) referaat aan een publiek duidelijk te maken. Ook hier ligt daarom de exacte volgorde van te behandelen onderwerpen niet vast.

Het college verdiept de colleges Materiële cultuur I en II (EG11MC1, EG12MC2) en bereidt voor op Egyptische archeologie II (EG32EA2).

Literatuur

· M. Bietak, Urban archaeology and the ‘town problem’ in Ancient Egypt, in K.R. Weeks (ed.) Egypt and the Social Sciences. (Cairo 1979), 97-144.

· Idem, _Avaris the capital of the Hyksos. Recent excavations at tell el Dab‘a _(London, 1996).

· D.L. Clarke, Analytical Archaeology. Revised edition (London 1978), xv-xviii; 1-41.

· W.Kaiser & G. Dreyer, Umm el-Qaab, Nachuntersuchungen in frühzeitlichen Königsfriedhof. 2. Vorbericht, MDAIK 38 (1982), 211-169.

· B.Kemp, Dating Pharaonic cemeteries I. Non-mechanical approaches to seriation, _MDAIK _31 (1982), 259-291.

· Idem, Automatic Analysis of Predynastic Cemeteries: a new method for an old problem, JEA, 68 (1982), 5-15.

· Idem, The Amarna Workmen’s Village in retrospect, _JEA _73 (1987), 21-50.

· D. Polz, Excavation and recording of a Theban Tomb, some remarks on recording methods, in J. Assmann e.a. (ed.), _Problems and Priorities in Egyptian Archaeology _(London 1987), 119-140.

· S.J. Seidlmayer, Wirtschaftliche und gesellschaftliche Entwicklungen im Übergang vom Alten zum Mittleren Reich, ein Beitrag zur Archäologie der Gräberfelder der region Qau-Matmar in der ersten Zwischenzeit, in idem, 175-217.

· C. Renfrew, P. Bahn, _Archaeology. Theories, Methods and Practice, _London na 2000: Introduction, hoofdstuk 4, 5, 10 en 12.

· Collegestof.

Moederkopieën van de te bestuderen hoofdstukken en artikelen zijn via de balie van de NINO-bibliotheek te consulteren.

· N.B. Het is van belang dat men naast het gebruik van fotokopieën ook de oorspronkelijke publicaties raadpleegt i.v.m. de kwaliteit van (kleuren)foto’s!

Toetsing

Zie leerdoelen, 3. Schriftelijk tentamen van essayvragen aan het einde van het eerste blok. Beiden wegen even zwaar. Herkansing op afspraak: mondeling of schriftelijk, afhankelijk van het aantal deelnemers.

Informatie

Bij de docent dr. R. van Walsem.

Blackboard/webpagina

Niet van toepassing.

Overzicht

Het betreft zeven wekelijks terugkerende colleges van ieder 2 uur. Tijdens het hoorgedeelte van het college introduceert de docent met gebruikmaking van (uitvoerig) beeldmateriaal de diverse onderwerpen. Vanaf week 2 zullen de studenten zelf een referaat van max. 15 minuten houden over de bestudeerde literatuur, of schriftelijk commentaar op te bestuderen literatuur toeleveren met mondelinge toelichting.

· 1-2. Algemene theoretische en methodologische beschouwingen over de archeologie als zelfstandige discipline: classificatieproblematiek, modellen, moderne daterings- en prospectiemethoden. In hoofdlijnen de verschillende theoretische stromingen binnen de archeologie.

· 2-3. Handmatige datering en computerseriatie als dateringsmiddel a.d.h.v. Egyptische voorbeelden.

· 4-6. Gedetailleerde behandeling van een aantal hoofdlocaties binnen de recente opgravingen door Kemp bij en in Amarna: een “arbeidersdorp” en directe omgeving (‘main quarry’, ‘main chapel’) en de relatie tot de stad en de Atontempel.

· 6-7. Leidse opgravingen te Saqqara 1975-2007 (indien de tijd dit toelaat).

Opmerkingen

Aanmelden via U-twist.

Toelatingseisen

Studenten dienen colleges Materiële Cultuur I (EG11MC1) en Egyptische Cultuurgeschiedenis I (EG11EC1) te volgen dan wel afgerond te hebben. Bij voorkeur hebben ze ook het college Materiële Cultuur II (EG12MC2) afgerond.