D.m.v. bezoeken aan het RMO (Rijksmuseum van Oudheden) wordt aan de hand van concrete objecten de kennis van de materi? cultuur uitgebreid en verdiept, waarbij diverse aspecten (archeologische, kunsthistorische, etc.) uitvoerig aan bod komen.
Rooster
*2e semester, tweede blok *Voor het rooster en latere eventuele wijzigingen klik hier.
Onderwijsvorm
Hoor- en responsiecollege.
A la carte- en contractonderwijs
Mits Egyptische cultuurgeschiedenis I (EG11EC1) en Materiële cultuur I (EG11MC1) zijn afgerond.
Belangstellenden die deze cursus in het kader van Contractonderwijs willen volgen (met tentamen), vinden hier meer informatie over kosten, inschrijving, voorwaarden etc.
Dit college is niet beschikbaar voor A la carte onderwijs.
Leerdoelen
Het vergroten van de in het college Egyptische Cultuurgeschiedenis (EG11EC1) en Materiële cultuur I (EG11MC1) opgedane basiskennis met verdere feitenkennis, maar ook inzicht hoe men artefacten kan benaderen. Het verkrijgen van een veelzijdig, gedetailleerd, analyserend en kritisch observatievermogen is een hier mee samenhangend evenwaardig doel. Egyptische archeologie I-II (EG21EA1 resp. EG32EA2) en Egyptische Kunstgeschiedenis (EG22EKG) volgen hierna en bouwen hierop voort.
Literatuur
W. Stevenson Smith, 1981 _The Art and Architecture of Ancient Egypt _(3e herziene druk door W.K. Simpson, Harmondsworth 1998; ook in paperback, Penguin Books).
P. Janosi, Die Gräberwelt der Pyramidenzeit, Mainz, Philipp von Zabern 2006, 3-32.
S. Ikram, A. Dodson, The Mummy in Ancient Egypt. Equipping the dead for eternity (London, 1998), chapter 7: Coffins (193-243), chapter 8, Sarcophagi (244-275).
J.H. Taylor, Death & the Afterlife in Ancient Egypt (London, 2001), chapter 7, The chest of life: coffins and sarcophagi (214-243).
D.A. Aston, Die Keramik des Grbaungsplatzes Q1. Teil 1: Corpus of Fabrics, Wares and Shapes, Mainz, Philipp von Zabern 1998, 27-59.
A.M. Roth, Opening of the Mouth, in: D.B. Redford (ed.), The Oxford Encyclopedia of Ancient Egypt vol. 2, Oxford 2001, 605-609.
D. Klemm e.a., Die pharaonischen Steinbrüche des silifizierten Sandsteins in Ägypten und die Herkunft der Memnonkolosse, _MDAIK _40 (1984), 207-220.
R. Stadelmann, Die Herkunft der Memnon-kolosse: Heliopolis oder Aswan, _MDAIK _40 (1984), 291-296.
M.Lehner, The development of the Giza necropolis: The Khufu Project, MDAIK 41 (1985), 109-143.
C.A. Hope, Egyptian Pottery, 2e editie, Shire Egyptology, Princes Risborough 2001.
Collegestof.
Moederkopieën van de te bestuderen hoofdstukken en artikelen zijn via de balie van de NINO-bibliotheek te consulteren.
N.B. Het is van belang dat men naast het gebruik van fotokopieën ook de oorspronkelijke publicaties raadpleegt i.v.m. de kwaliteit van (kleuren)foto’s!
Toetsing
Schriftelijk tentamen aan het einde van het tweede blok met (invul)vragen over een reeks afbeeldingen en essayvragen over de bestudeerde literatuur en de collegestof. Beiden wegen even zwaar. Herkansing op afspraak: mondeling of schriftelijk, afhankelijk van het aantal deelnemers.
Informatie
Bij de docent Nico Staring, MA
Blackboard/webpagina
Niet van toepassing.
Overzicht
Het betreft zeven wekelijks terugkerende colleges van ieder 2 uur waarin een specifieke artefact(groep) geanalyseerd wordt en in een (bredere) culturele context geplaatst. De dynamiek van de cursus bestaat uit een interactie tussen de docent en het gehoor waarbij beide partijen in een zekere mate van dialoog elkaar vragen/problemen voorleggen betreffende de artefact(groep) die besproken wordt.Ook hier ligt daarom de exacte volgorde van te behandelen onderwerpen niet vast. Iedere student dient 1 keer een gegeven opdracht/vraag uit te werken en kort te presenteren.
1-2. Grafontwikkeling tot en met het Oude Rijk met aandacht voor de mastabakapel van Hetepherachty en andere OR graffragmenten.
3-4. Idem van Nieuwerijks graffragmenten: Horemheb, Paatonemheb, Merymery, Hatyai.
5-6. Ontwikkeling van de sarkofaag/mummiekist vanaf het Oude Rijk tot de Grieks-Romeinse tijd.
- Ontwikkeling van de shabty en de tempel van Taffeh.
Opmerkingen
*Aanmelden via U-twist. *Voor deze cursus is een zeker ingangsniveau vereist. Wie deze cursus als contractstudent wil volgen wordt daarom verzocht voor inschrijving contact op te nemen met de docent. *Omwille van een goede toegankelijkheid voor alle deelnemers tot de behandelde objecten is de groepsgrootte op 15 personen gesteld, waarbij hoofdvakstudenten Egyptologie voorrang krijgen. Eventuele restplaatsen zijn beschikbaar voor keuzevakkers en/of toehoorders.
Toelatingseisen
Studenten die deze cursus willen volgen, dienen de cursussen Egyptische Cultuurgeschiedenis (EG11EC1) en Materiële cultuur I (EG11MC1) te hebben afgerond.