Studiegids

nl en

Inleiding straf- en strafprocesrecht

Vak
2008-2009

Doel van het vak

Doel van het vak is het bieden van een introductie in het strafrecht en strafprocesrecht met de nadruk op het strafprocesrecht.

Korte omschrijving van het vak

De rol van het straf(proces)recht in onze democratische rechtsstaat staat in het vak centraal. Dit betekent dat studenten kennis krijgen van en inzicht verwerven in thema’s als het concept van de rechtsstaat, het evenwicht tussen de staatsmachten (checks en balances in de Trias Politica), de bevoegdheden van de justiti? overheidsfunctionarissen en -organen en de grondrechten en vrijheden van burgers (waaronder verdachten). Hierdoor ontstaat tevens kennis van en inzicht in de grondslagen, de dragende beginselen en de systematiek van het straf(proces)recht. De strafrechtelijke thema’s worden geplaatst in de maatschappelijke en ethische context waarin het recht zich ontwikkelt en manifesteert, waardoor de studenten inzicht krijgen in de wijze waarop het systeem van het recht en het recht met elkaar verbonden zijn. Strafrecht is publiekrecht: de overheid treedt op ter bescherming van de rechtsorde, hetgeen impliceert dat de overheid ook treedt in de plaats van de getroffen burger, het slachtoffer. Bescherming betekent echter ook dat de overheid hiertoe vergaand in het leven van burgers kan ingrijpen. Strafrecht vraagt daarom uitdrukkelijk om legitimerende theorie?en brengt steeds rechtspolitieke keuzes met zich mee. De nadruk ligt in het eerste jaar op het formele strafrecht. Het materiële strafrecht wordt in enkele van de onderwijsweken geintroduceerd maar krijgt meer nadruk in het derde jaar.

Eindkwalificaties (eindtermen van het vak)

Na afronding van het vak hebben studenten de volgende kwalificaties verworven:

  1. Cognitieve vaardigheden, zoals het aanleren en stimuleren van zelfstudie, het aanleren van synthetisch notuleren van hetgeen in de hoorcolleges aan bod komt en het leren onderscheiden van feiten en meningen.
  2. Onderzoeksvaardigheden, waarbij studenten basisvaardigheden aanleren die hen in staat stellen zelfstandig juridisch materiaal op te zoeken. Met het trainen van deze onderzoeksvaardigheden worden de studenten de basisbeginselen bijgebracht welke noodzakelijk zijn als basiskennis om strafrechtelijk onderzoek te kunnen doen.
  3. Juridische vaardigheden: de studenten leren juridische teksten zoals wetgeving en rechtspraak begrijpen en analyseren, mede aan de hand van juridische literatuur en overige documentatie. Het vak is erop gericht het analytisch vermogen en het (“technisch juridisch” en creatief) oplossend denken te ontwikkelen en de studenten te leren een en ander ook toegankelijk te maken voor niet-juristen.
  4. Communicatieve vaardigheden: schriftelijke en mondelinge uitdrukkingsvaardigheid in de Nederlandse taal. Studenten dienen hun antwoorden te verwoorden in een duidelijk opgebouwd betoog, waarin een probleemstelling wordt geformuleerd en juridische argumenten worden besproken op grond waarvan een goed onderbouwde conclusie getrokken kan worden. Studenten leren een beargumenteerde positie in te nemen in een juridisch debat. Passieve kennis van de Engelse taal is vereist voor het lezen van Europese rechtspraak.
  5. ICT-vaardigheden: het kunnen omgaan met het (snel) zoeken en vinden van electronische juridische bronnen in juridische databanken.

Coördinator

Naam: Mr. drs. P.M. Schuyt
Werkadres: Steenschuur 25, 2311 ES Leiden, KOG kamer C1.09
Bereikbaarheid: Tijdens spreekuur; zie Blackboard en per e-mail.
Telefoon: 071 – 527 7526
p.m.schuyt@law.leidenuniv.nl

Departement/afdeling

Departement: Strafrecht en Criminologie
Afdeling: Strafrecht en Strafprocesrecht
Kamernummer secretariaat: C1.01
Openingstijden: ma. t/m do. van 9.00 – 13.00 uur
Telefoon secretariaat: 071 – 527 7529
E-mail: strafrechtalgemeen@law.leidenuniv.nl

Onderwijsvormen

Hoorcolleges

  • Aantal à 2 uur: 10, gedurende 10 onderwijsweken

  • Namen docenten: Prof. mr. J.L. de Wijkerslooth.

  • Vereiste voorbereiding door studenten: Bestudering van de in het werkboek en op Blackboard per onderwijsweek aangegeven verplichte hoorcollegestof. De stof van de hoorcolleges wordt op het tentamen bekend verondersteld; deze stof valt niet altijd samen met de stof uit de verplichte literatuur.

  • Inzet Blackboard: De in de hoorcolleges gebruikte sheets worden op Blackboard geplaatst, waar nodig worden ook actuele wetgeving, jurisprudentie en andere teksten waaraan op de hoorcolleges wordt gerefereerd op Blackboard geplaatst.

Werkgroepen

  • Aantal à 2 uur: 10, verspreid over 10 onderwijsweken

  • Namen docenten: Mr. J.H. Crijns, Mr. M. Dubelaar, Mr. P.P.J. van der Meij, Mr. dr. F.P. Ölçer, Mr. Drs. P.M. Schuyt

  • Vereiste voorbereiding door studenten: Bestudering van de in het werkboek en op Blackboard per onderwijsweek aangegeven verplichte werkgroepstof alsmede voorbereiding van de per onderwijsweek voorgeschreven werkgroepopdrachten.

  • In de werkgroepen staat de bevordering van het juridisch vakmanschap van de student door middel van een analyse en praktische toepassing van delen van de voorgeschreven stof (wetgeving, jurisprudentie en literatuur) centraal. Deelname aan de werkgroepen is verplicht. Dit betekent voor studenten dat van hen wordt verwacht dat zijn zich voorbereiden op het onderwijs en daaraan (inter)actieve deelnemen Bovendien mag de student gedurende de tien weken waarin onderwijs wordt gegeven maximaal twee keer afwezig zijn. . De studenten krijgen in het werkboek wekelijks een afgebakende opdracht met bijbehorende studeeraanwijzing die aangeeft wat ter voorbereiding van de werkgroep van hen wordt verwacht. Alle studenten krijgen toegang tot een algemene Blackboard omgeving voor extra onderwijsmateriaal en sheets.

  • Inzet Blackboard: de verplichte studiestof wordt op Blackboard aangegeven, eventuele aanvullingen op of wijzigingen in studiestof en/of hoorcolleges/werkgroeponderwijs worden via Blackboard kenbaar gemaakt.

Andere onderwijsvorm(en)

  • Omschrijving: gestructureerde zelfstudie

  • Aantal à 2 uur: n.v.t.

  • Namen docenten: n.v.t.

  • Vereiste voorbereiding door studenten: zelfstandig bestuderen van de in het werkboek en op Blackboard per onderwijsweek aangegeven verplichte gestructureerde zelfstudiestof. Voor de jurist levert zelfstandige verwerking van literatuur en rechtspraak de belangrijkste bagage. Gelet op de per definitie beperkte hoeveelheid contacturen tussen docent en studenten is het bovendien niet mogelijk alle onderdelen van de voorgeschreven stof gedurende die contacturen (volledig) te behandelen. Een en ander brengt met zich mee dat gestructureerde zelfstudie een wezenlijk onderdeel uit maakt van dit vak. De stof die daarvoor wordt voorgeschreven dient door de student zelfstandig te worden verwerkt; deze onderdelen worden niet tijdens het hoorcollege- / overzichtscollege- of werkgroeponderwijs behandeld of besproken. Studenten krijgen per week de beschikking over een selectie algemene vragen (inclusief de vindplaatsen) in het werkboek die als leidraad kan dienen bij de bestudering van de (gestructureerde zelfstudie)stof.

Studiemateriaal

Verplicht studiemateriaal

Literatuur:

  • P.A.M. Mevis, Capita Strafrecht. Een thematische inleiding_, 5e druk, Nijmegen: Ars Aequi Libri 2006;

  • F.A.J. Koopmans, Het beslissingsmodel van 348/350 Sv_, 10e druk, Deventer: Kluwer 2007;

  • Prof. mr. C.P.M. Cleiren, Prof. mr. Th. A. de Roos, Jurisprudentie Strafrecht Select. _, 3e druk, Den Haag: Sdu Uitgevers 2008;

  • Mr. M. Bosch, Prof. mr. S.A.M. Stolwijk, Arresten strafrecht/strafprocesrecht met annotaties_, 16e druk, Deventer: Kluwer 2008;

  • Wetteneditie 2008-2009, Kluwer of Vermande;

  • Verplichte jurisprudentie zelfstandig op te zoeken via de Nederlandse Jurisprudentie of via www.rechtspraak.nl

Werkboek:

  • Werkboek Inleiding straf- en strafprocesrecht 2008-2009

Toetsing

Toetsvorm(en)

  • Een schriftelijk eindtentamen.

Examenstof

Tot de examenstof behoort de verplichte literatuur, het werkboek en hetgeen behandeld is tijdens hoorcollege en tijdens eventuele andere onderwijsvormen.

Eis voor deelname aan tentamens
Voor propedeuse voltijdstudenten die met ingang van 1 september 2008 de opleiding volgen, geldt als ingangseis voor het tentamen dat 80% van de werkgroepbijeenkomsten moet zijn voorbereid en bijgewoond. Deelname aan het hertentamen is slechts mogelijk wanneer voor het eerste tentamen minimaal het cijfer vier is behaald.

Voor alle propedeuse deeltijdstudenten én voor voltijdstudenten die vóór 1 september 2008 zijn begonnen, geldt geen aanwezigheidsplicht voor de werkgroepen. Deelname aan het hertentamen is mogelijk zonder het eerste tentamen te maken. Echter, studenten die het eerste tentamen maken moeten minimaal het cijfer 4 halen, om deel te mogen nemen aan de herkansing. Deze studenten dienen zichzelf aan te melden voor werkgroeponderwijs en tentamens via U-twist.

Ingangseis

Geen

Rooster

Via de facultaire website: www.law.leidenuniv.nl

Inschrijving

Via U-Twist

Digitale leeromgeving

Bij dit vak wordt gebruik gemaakt van Blackboard.