Studiegids

nl en

Europese rechtsgeschiedenis (European legal history)

Vak
2008-2009

Doel van het vak

De student verwerft kennis van historische opvattingen betreffende de staatkunde in Europa en krijgt inzicht in de doorwerking van die idee?in het contemporaine staatkundig discours. De student wordt vertrouwd gemaakt met de historische wortels van moderne staatkundige begrippen en zal dientengevolge in staat zijn die begrippen beter op hun merites te boordelen.

Korte omschrijving van het vak

Langzaam maar zeker tekenen zich in Europa de contouren af van een bijzonder staatkundig fenomeen: een supranationale regering die op steeds meer terreinen de politiek (en dus ook het recht) van de in de Europese Unie deelnemende nationale staten bepaalt en soms zelfs domineert. In de grond gaat dit Europese streven naar unificatie terug op herinneringen aan oude universele “Europese” staatsstructuren – het Romeinse rijk, het middeleeuwse Heilige Roomse rijk, de Rooms-katholieke kerk – die er in hoge mate toe hebben bijgedragen dat in Europa (tot op zekere hoogte) kan worden gesproken van een gemeenschappelijke (juridische) cultuur. In vijf hoorcolleges zal Prof. Zwalve een aantal staatkundige integratiemodellen behandelen die in de Europese (rechts)geschiedenis een dominante rol hebben gespeeld, te weten die van het Romeinse rijk en het daarop voortbouwende middeleeuwse Heilige Roomse rijk; de federale staatsvorm zoals die oudtijds bestond in de voormalige Republiek der Verenigde Nederlanden en tegenwoordig in het Zwitserse Eedgenootschap en de Verenigde Staten van Noord Amerika; de doctrine van de “nationale staat” (die een vrucht is van de Franse revolutie) en de ineenstorting daarvan ten gevolge van de Wereldoorlogen. Tot slot wordt aandacht besteed aan het Europese integratieproces binnen het verband van de Europese Unie en de Raad van Europa. In vier afzonderlijke hoorcolleges zal daarnaast door mr. Elias in het bijzonder aandacht worden besteed aan de Franse revolutie en de gevolgen daarvan voor de staatkundige en juridische ontwikkelingen in verschillende Europese landen.

Eindkwalificaties (eindtermen van het vak)

De student heeft kennis van en inzicht in de grondslagen en dragende juridische beginselen van de Europese staatkunde. De student is vertrouwd met rechtshistorische opvattingen betreffende de staatkunde in Europa en heeft inzicht gekregen in de doorwerking van die idee?in het contemporaine staatkundig discours. Een academische houding wordt hierdoor bevorderd.

Coördinator

Naam: Mr. E. Koops
Werkadres: KOG, Steenschuur 25 kamer B3.36
Telefoon: 071 527 7239
Spreekuur: Maandag 10:00-11:00, kamer B3.36
E-mail: e.koops@law.leidenuniv.nl

Dept: Metajuridica
Afd.: Historische ontwikkeling van het recht
Adres secr.: Kog, Steenschuur 25 kamer B3.41, 2311 ES Leiden
Tel.: secr. 071 527 7442
Openingstijden: Maandag en woensdag, 9:00 – 17:00
E-mail: Historischeontwikkeling@law.leidenuniv.nl

Onderwijsvormen

Hoorcolleges

  • Aantal à 2 uur: 9 colleges gedurende 5 weken

  • Namen docenten: Prof.mr W.J. Zwalve, mr A.M. Elias

  • Vereiste voorbereiding door studenten: Een overzicht van de per week vereiste voorbereiding wordt uitgereikt op college en bekend gemaakt via Blackboard. Studenten die het keuzevak willen volgen doen er goed aan al vóór aanvang van het eerste college hoofdstuk III van het boek (zie hierna bij studiemateriaal) te hebben doorgelezen.

Werkgroepen
Geen

Andere onderwijsvorm(en)
Geen

Studiemateriaal

Verplicht studiemateriaal
Literatuur:

  • J.H.A. Lokin en W.J. Zwalve, Hoofdstukken uit de Europese codificatiegeschiedenis (derde druk), Deventer 2001.

Werkboek: Geen

Reader: Geen

Aanbevolen studiemateriaal
Geen

Toetsing

Toetsvorm(en)
Schriftelijk tentamen met open vragen

Examenstof
Tot de examenstof behoort de verplichte literatuur en hetgeen behandeld is tijdens hoorcollege.

Ingangseis

Geen.

Rooster

Zie facultaire website www.law.leidenuniv.nl.

Inschrijving

Via U-Twist onder “werkcolleges”

Digitale leeromgeving

Bij dit vak wordt gebruik gemaakt van Blackboard voor de publicatie van sheets en powerpoint-presentaties, het beantwoorden van vragen, en het geven van een overzicht van de vereiste voorbereiding.