Studiegids

nl en

Experimenteel en Correlationeel Onderzoek

Vak
2009-2010

Deze cursus behandelt (1) de ins en outs van het opzetten van psychologische experimenten, en (2) de basismethoden die worden gebruikt bij de analyse van gegevens verkregen uit correlationeel en (quasi-)experimenteel onderzoek: (multipele) regressie-analyse en variantie-analyse. Op Blackboard (zie verderop) staat een gedetailleerde lijst van onderwerpen die in de cursus aan de orde komen. De rode draad van de cursus is de wens om met behulp van onderzoek zo goed mogelijk uitspraken te kunnen doen over causale relaties.

Coördinator

Dr. M. van der Leeden
Sectie Methoden en Technieken, kamer 3B21
Telefoon: 071 – 527 3763
E-mailadres: vanderleeden@fsw.leidenuniv.nl

Doelstelling(en)

  • Inzicht krijgen in de sterke en zwakke punten van verschillende soorten onderzoeksopzetten die in (experimenteel) psychologisch onderzoek gebruikt worden.

  • Leren kennen en kunnen toepassen van de criteria om onderzoeksopzetten met elkaar te vergelijken.

  • Kennis maken en practische vaardigheden verwerven met de statistische methoden voor het analyseren van (quasi-)experimentele gegevens, in het bijzonder regressie-analyse en variantie-analyse.

Studiemateriaal

  • Vocht, A de. (2009). Basishandboek SPSS 17. Utrecht, Bijleveld Press.

  • Leary, M.R. (2008). Introduction to behavioral research methods (5th edition). Boston, MA: Allyn and Bacon. Hoofdstukken worden nader bekend gemaakt.

  • Moore, D.S., McCabe, G.P. & Craig, B.A. (2009). Introduction to the practice of statistics (6th edition). New York: W.H. Freeman. Hoofdstukken worden nader bekend gemaakt.

  • Werkboek Experimenteel en Correlationeel Onderzoek. Verkrijgbaar bij de servicedesk.

De boeken zijn goedkoop verkrijgbaar via de boekenbalie van de studievereniging Labyrint op vertoon van je lidmaatschapspasje van Labyrint. Of anders bij de academische boekwinkels.

Toetsing

  • Tentamen bestaande uit 40 meerkeuzevragen met elk vier alternatieven.

  • Kennistoetsen aan het begin van iedere practicumbijeenkomst.

  • Tijdens de practicumbijeenkomst van de laatste week wordt een vaardigheidstoets afgenomen, die zowel de verschillende facetten van het werken met SPSS als ook het interpreteren van de analyse uitvoer betreft. De studiepunten voor de cursus worden alleen toegekend indien het resultaat van deze toets voldoende is.

Het eindcijfer is een combinatie van het tentamencijfer en het cijfer voor de kennistoetsen. De precieze berekeningswijze van het eindcijfer wordt in het werkboek bekend gemaakt. Voor nadere toelichting op de regeling en gang van zaken leest men het Voorwoord van het werkboek.

Binnen 30 dagen na bekendmaking van de uitslag van het tentamen, kan een afspraak gemaakt worden met de eigen werkgroepdocent om het tentamen na te bespreken.

De Faculteit Sociale Wetenschappen heeft per 1 januari 2006 het systeem Ephorus ingevoerd dat docenten kunnen gebruiken om werkstukken van studenten systematisch op plagiaat te controleren. Zie ook de Nadere regels en richtlijnen, paragraaf 6.

Ingangseis/advies

Een student kan zich alleen voor het tentamen inschrijven als hij de toets wiskunde met een voldoende heeft afgelegd of hier een vrijstelling voor heeft.

Inschrijven voor het tentamen kan via U-Twist tot een week voor het tentamen.

Onderwijsvormen

Het onderwijs voor het vak Experimenteel en Correlationeel Onderzoek is georganiseerd in acht opeenvolgende weken. Er zijn colleges, werkgroepen en computerpractica. Het college vormt steeds de start van een onderwijsweek. Op een van de dagen volgend op het college is de werkgroepbijeenkomst , voorafgegaan door het computerpracticum.

In de colleges wordt de stof geïntroduceerd en toegelicht. De student dient het college voor te bereiden door het bestuderen van de stof die voor iedere bijeenkomst op het weekprogramma staat. Tijdens het computerpracticum wordt dit met vijf kennisvragen getoetst. Het totaalcijfer voor deze toetsen telt mee bij de bepaling van het eindcijfer.

In de werkgroepbijeenkomsten werken docenten de opdrachten uit het werkboek uit en bespreken deze. Bij het volgen van de werkgroepbijeenkomsten dient men het werkboek en het boek bij zich te hebben.

In het computerpracticum wordt data-analyse beoefend met het programma SPSS. De practica worden begeleid door studentassistenten en zijn, omdat het vaardigheidsonderwijs is, verplicht.

Benodigdheden voor het Computerpracticum(SPSS)

Voor de eerste bijeenkomst van het computerpracticum dient men te beschikken over een opslagmedium (diskette of memory stick).Tevens dient men mee te nemen het werkboek, met daarin de opdrachten voor het practicum, de SPSS handleiding en een schrift om de resultaten in bij te houden en de vragen te beantwoorden.

Inschrijving

Eerstejaars studenten zijn automatisch ingeschreven voor de de practica en de werkcolleges. Ouderejaars dienen zich voor de practica en de werkcolleges in te schrijven via U-TWIST. Voor de vakken van het eerste semester kan dit vanaf maandag 1 juli 10.00 uur tot maandag 21 augustus 10.00 uur. Inschrijving voor de werkgroepen van het tweede semester vindt plaats in januari 2010.

NB: Inschrijving voor het tentamen en hertentamen gaat niet automatisch. Inschrijven voor het (her)tentamen doe je uiterlijk 1 week van te voren via U-TWIST. Wie zich niet inschrijft, kan niet meedoen aan het (her)tentamen.

Blackboard

Experimenteel en Correlationeel Onderzoek maakt gebruik van Blackboard.

Rooster