Studiegids

nl en

Inleiding in de pedagogische en onderwijswetenschappen 1

Vak
2009-2010

Coördinator

Mw. dr. H.J. Vermeer.

Doel en inhoud

Doel
Een algemene oriëntatie bieden op het beroepsveld en op het vak- en wetenschapsgebied. Kennismaking met de resultaten van actueel (inter)nationaal empirisch pedagogisch onderzoek op het terrein van opvoeding, onderwijs en hulpverlening. Een eerste proeve leveren van schriftelijk rapporteren over een pedagogische vraagstelling met een actuele en een historische dimensie.
Eindtermen: 1.1, 1.3 t/m 1.5, 2.1, 2.2, 2.4 t/m 2.11, 3.1 t/m 3.4.

Inhoud
In deel A wordt verduidelijkt hoe klassieke theorieën en denkbeelden, maar ook nieuwe inzichten, het pedagogisch denken en handelen beïnvloeden. Aan de hand van voorbeelden wordt het belang aangegeven van empirisch onderzoek als wetenschappelijke toets van pedagogische theorieën en opvattingen. Zo kan bijgedragen worden aan een wetenschappelijk verantwoorde toepassing van de theorie in de opvoedingspraktijk, bijvoorbeeld door het geven van pedagogische adviezen aan ouders en opvoeders. Ingegaan wordt op belangrijke kenmerken van wetenschappelijk onderzoek, waaronder enkele basisbegrippen uit de onderzoeksmethodologie.

In deel B wordt een actueel overzicht geboden van de resultaten van theoretisch, cultuurvergelijkend en empirisch pedagogisch onderzoek in diverse werkvelden. Het betreft onder meer studies op het gebied van de algemene pedagogiek, de gezinspedagogiek, de orthopedagogiek en de onderwijspedagogiek. Vanuit een empirisch perspectief zal onder andere ingegaan worden op de invloed van erfelijkheid op de ontwikkeling van kinderen en de betekenis hiervan voor de rol van ouders en andere opvoeders, op kinderopvang en de opvoeding in kibboetsen in Israël en op de residentiële (jeugd)hulpverlening.

In het onderdeel ‘Meeneemopdracht’ staat het verwerken van inzichten en onderzoek uit de pedagogiek tot een eigen betoog centraal. Inhoudelijk spitst het onderdeel zich toe op de geschiedenis van het pedagogisch denken en handelen in de context van gezin, onderwijs en hulpverlening. Mondigheid is een centraal begrip en er is aandacht voor de categorisering van kinderen die om speciale aandacht in de opvoeding en het onderwijs vragen. Tevens komt aan de orde hoe sekseverhoudingen en etnische relaties niet alleen de maatschappelijke context vormen voor opvoeding en het onderwijs, maar er ook hun stempel op drukken.

Onderwijsvormen

Hoorcolleges, verdiepingscolleges en verplichte werkgroepen met tussentijdse opdrachten. In het bijzonder zal tijdens de werkgroepen aandacht worden besteed aan schrijfvaardigheid.

Literatuur

  • Ackermann, Margriet e.a. (2009). Zelf leren schrijven. Schrijfvaardigheid voor psychologie, pedagogiek en sociale wetenschappen. Amsterdam: Boom onderwijs (N.B.: dit boek wordt ook gebruikt binnen het tutoraat; aangezien er bij dit boek een specifieke code voor het computerprogramma hoort kan men niet gebruik maken van een tweedehandsboek)

  • IJzendoorn, M.H. van, & Frankrijker, H. de (red.) (2005; tweede, herziene druk). Pedagogiek in beeld. Inleiding in de pedagogische studie van opvoeding, onderwijs en hulpverlening. Houten: Bohn, Stafleu, Van Loghum. N.B.: Alleen de tweede, herziene druk uit 2005 wordt gebruikt!

  • IJzendoorn, M.H. van (2008). Opvoeding over de grens: Gehechtheid, trauma en veerkracht. Amsterdam: Boom.

  • Weijers, I. (2007). De creatie van het mondige kind. Geschiedenis van pedagogiek en jeugdzorg. Amsterdam: SWP.

  • Nader op te geven recente internationale artikelen.

Toetsing

Dit onderdeel heeft drie deeltoetsen. Deeltoets A is een schriftelijk tentamen met open vragen. Deeltoets B is een schriftelijk tentamen met open vragen, eventueel aangevuld met meerkeuze vragen. De derde deeltoets betreft een meeneemopdracht/paper. Voor elke deeltoets wordt een cijfer gegeven. Het eindcijfer voor het vak IPOW 1 als geheel is het rekenkundig gemiddelde van de drie deelcijfers, afgerond tot een geheel getal (.5 en hoger naar boven, .4 en lager naar beneden).

Rooster

Rooster IPOW1

Inschrijving

Inschrijving via U-twist voor ALLE vakken en tentamens is verplicht. Inschrijven voor een vak kan tot uiterlijk twee weken voor aanvang van het eerste college. Inschrijven voor het tentamen kan tot uiterlijk één week voor het tentamen. Zonder inschrijving kan men niet deelnemen aan het onderwijs of het tentamen.