Studiegids

nl en

Privatissimum en practicum: Bestuursrecht in de Europese rechtsorde

Vak
2016-2017

Toegangseisen

Bachelor Rechtsgeleerdheid (zie ook OER).

Beschrijving

Het Europese recht (EVRM en EU-recht) heeft grote invloed op het nationaal bestuursrecht. Deze invloed doet zich niet alleen gevoelen in het algemeen deel van het bestuursrecht, maar geldt ook voor de bijzondere delen, zoals het milieurecht (stopgezette bouwprojecten wegens Europese normen voor fijn stof), het mededingingsrecht (het optreden van de NMa tegen bouwbedrijven i.v.m. verboden prijsafspraken), het financieel bestuursrecht (Nederlandse subsidies moeten van de Europese Commissie worden teruggevorderd omdat zij verboden staatssteun opleveren) en het vreemdelingenrecht (het Hof van Justitie heeft bepaald dat de Nederlandse autoriteiten bij de beoordeling van een verzoek om erkenning als vluchteling niet mogen verwachten dat de asielzoeker in zijn land van herkomst zijn homoseksualiteit geheim houdt om vervolging te vermijden). Waar u straks ook als bestuursrechtjurist gaat werken: grondige kennis van de doorwerking van EU-recht in het nationale bestuursrecht is onmisbaar.

In de eerste weken van het vak staat de doorwerking van het EU-recht centraal. Om te beginnen maakt u nader kennis met de algemene Europeesrechtelijke beginselen die deze doorwerking beheersen, zoals voorrang, loyale samenwerking, de conforme interpretatie, rechtstreekse werking en de lidstaataansprakelijkheid. Ook is er aandacht voor de implementatie van het EU-recht in het algemeen en de concepten gedeeld en gemengd bestuur. Vervolgens verdiept u zich in de inkadering van het bestuurs(proces)recht door het EU-recht. Aan de orde komen de institutionele en procedurele autonomie, de beginselen van gelijkwaardigheid, doeltreffendheid en effectieve rechtsbescherming. Ook wordt de invloed van het EU-recht op de kernbegrippen van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) in beeld gebracht. Kunnen de in de Awb gehanteerde begrippen, zoals bestuursorgaan, belanghebbende en besluit onverkort worden gehandhaafd? En hoe beïnvloedt het EU-recht de algemene beginselen van behoorlijk bestuur, de handhaving en het bestuursprocesrecht? Vervolgens wordt de doorwerking van het EVRM in het nationale bestuursrecht besproken. Ook de relatie met de grondrechtenbescherming in de EU (Handvest EU) komt daarbij aan bod.

De laatste twee weken wordt de invloed van het EU-recht en het EVRM geïllustreerd aan de hand van drie bijzondere rechtsterreinen: de regulering van de deeleconomie en de Dienstenrichtlijn, het recht op compensatie bij vertraagde vluchten en het vreemdelingenrecht.

Leerdoelen

Doel van het vak:
Dit vak is zowel theoretisch-verdiepend als praktisch van aard. In de eerste plaats beoogt het vak u grondig kennis te laten nemen van het Europese recht en (vooral) de wijze van doorwerking in het nationale bestuursrecht en de consequenties daarvan. Daarnaast is veel plaats ingeruimd voor het bediscussiëren van uitspraken, waarbij begrip en kennis van de Europese invloeden centraal staan. Daardoor, maar vooral ook door het Europese perspectief van waaruit het nationale bestuursrecht wordt benaderd, vormt het vak een belangrijke verdieping van de bestuursrechtelijke kennis die in de bachelorfase is opgedaan en bereidt het u voor op de praktijk van het moderne bestuursrecht, mede via training van analytische, mondelinge en schriftelijke vaardigheden.

Na afronding van het vak hebben studenten de volgende vaardigheden verworven:

  • U hebt grondige juridische kennis over het Europese (bestuurs)recht en de invloed daarvan op het Nederlandse bestuursrecht.

  • U bent in staat ten aanzien van een Europeesrechtelijk onderwerp dat van invloed is op het Nederlandse bestuursrecht een standpunt in te nemen en dat uit te leggen en te verdedigen.

  • U bent in staat om zelfstandig ten aanzien van uitspraken waarin juridische vragen aan de orde zijn die zien op de Europese beïnvloeding van het bestuursrecht een standpunt in te nemen.

  • Uw onderzoeksvaardigheden zijn verbeterd door middel van de zelfstandige voorbereiding van casus en andere opdrachten. Daarvoor is literatuur- en jurisprudentieonderzoek en analyse van de gevonden resultaten nodig.

  • Uw schriftelijke vaardigheden zijn verbeterd door het maken van tussentijdse betoogopdrachten en het schrijven van een wetenschappelijke annotatie.

  • Uw mondelinge vaardigheden zijn verbeterd door het maken van een ‘vlog’ en door het presenteren van feedback op een ‘vlog’ van uw medestudent (peer-review).

  • Uw academische houding is verder gestimuleerd door socratische colleges waarin een actieve deelname wordt verwacht aan de (bespreking van) opdrachten en de naar aanleiding van deze opdrachten te houden debatten.

Rooster

Kies bachelor en master.

Onderwijsvorm

Hoorcolleges

  • Aantal à 2 uur: 10

  • Docent(en): Mr. dr. M.L. van Emmerik, MR. dr. A. Metselaar, Mr. dr. S. Ranchordas, Prof. mr. drs. W. den Ouden, Prof. mr. P.R. Rodrigues.

  • Vereiste voorbereiding door studenten: zie Blackboard

Werkcolleges

  • Aantal à 1 uur: 10

  • Docent(en): Mr. dr. M.L. van Emmerik, Mr. dr. A. Metselaar, Mr. dr. S. Ranchordas, Prof. mr. drs. W. den Ouden, Prof. mr. P.R. Rodrigues

  • Vereiste voorbereiding door studenten: zie Blackboard

Toetsing

Toetsvorm(en)

  • Praktische oefening 1: het, samen met een medestudent, opnemen van een ‘vlog’ waarin een analyse wordt gegeven van een vooraf bepaalde rechterlijke uitspraak.

  • Praktische oefening 2: het, samen met een medestudent, beoordelen van een ‘vlog’ van medestudenten en daarover mondeling verslag uitbrengen in de werkgroepbijeenkomst.

  • Deeltoetsen: het maken van twee tussentijdse schrijfopdrachten (essay/betoog) over de studiestof van de voorafgaande onderwijsweken.

  • Eindtoets: het schrijven van een wetenschappelijke annotatie.

Alle onderdelen (incl. praktische oefeningen) worden beoordeeld met een cijfer. Het eindcijfer is als volgt opgebouwd:

  • Eindtoets (40%), twee deeltoetsen van elk 15% (samen 30%), twee praktische oefeningen (vlog en peer-review) van elk 15% (samen 30%).

  • Deelname aan de eindtoets (annotatie) is alleen mogelijk, wanneer de student de deeltoetsen (tussentijdse schriftelijke opdrachten) heeft ingeleverd en aan de praktische oefeningen (vlog en presentatie peer-review) met goed gevolg heeft deelgenomen.

Let op: herkansing van de eindtoets, de deeltoetsen en de praktische oefeningen is niet mogelijk.

Inleverprocedures
Via Blackboard.

Examenstof
Tot de examenstof behoort de verplichte literatuur, zoals nader aangegeven op Blackboard, en hetgeen behandeld is tijdens de colleges en tijdens eventuele andere onderwijsvormen.

Blackboard

Bij dit vak wordt gebruik gemaakt van Blackboard.

Literatuur

Verplicht studiemateriaal

Literatuur:

  • J.H. Jans, S. Prechal & R.J.G.M. Widdershoven, Europeanisation of Public Law, Groningen: Europa Law Publishing 2015;

  • T. Barkhuysen & M.van Emmerik, Europese grondrechten en het Nederlandse bestuursrecht, Deventer: Wolters Kluwer 2017;

  • T. Barkhuysen e.a. (red.), AB Klassiek, Deventer Kluwer 2016;

  • Nog nader op Blackboard aan te geven literatuur en jurisprudentie;

  • Het voor de werkcollegeopdrachten zelfstandig te verzamelen materiaal.

Werkboek:

  • Geen (werkgroepopdrachten worden gepubliceerd op Blackboard)

Reader:

  • Geen.

Aanbevolen studiemateriaal

  • Geen.

Aanmelden

De aanmelding verloopt via uSis.

Contact

  • Vakcoördinator: Mr. dr. S.H. Ranchordas

  • Werkadres: KOG, Steenschuur 25, 2311 ES Leiden, kamer B 1.16

  • Bereikbaarheid:

  • Telefoon: 071 527 3044

  • E-mail: s.h.ranchordas@law.leidenuniv.nl

Instituut/afdeling

  • Instituut: Publiekrecht

  • Afdeling: Staats- en bestuursrecht

  • Kamernummer secretariaat: B1.21

  • Openingstijden: 9.00 – 16.00 uur

  • Telefoon secretariaat: 071 527 7760

  • E-mail: staatsenbestuursrecht@law.leidenuniv.nl

Opmerkingen

Studenten die het vak als conversievak gaan volgen, dienen zich voorafgaand aan het onderwijs te melden bij de coördinator van het vak.