Het onderwijs rondom Farmacotherapie is rondom de volgende ziektebeelden georganiseerd:
Diabetes #
Hypertensie
Astma
Depressie
Pijn
Je leert per ziektebeeld over onder andere anatomie, fysiologie, aangrijpingspunten voor geneesmiddelen, bijbehorende systemen in het lichaam, werking en bijwerkingen van bijbehorende geneesmiddelen, pathofysiologie en het ontstaan van het ziektebeeld.
Elke week staat in het teken van een ziektebeeld, waarbij in een introductiecollege een kader wordt geschetst tot welke groep aandoeningen het ziektebeeld behoord. In een gastcollege wordt de klinische kant belicht en wordt o.a. ingegaan op de pathofysiologie van het ziektebeeld. Aanvullend wordt per ziektebeeld een college over de toegepaste farmacotherapie gegeven. Je gaat vervolgens zelf aan de slag met de studiestof (o.a. in de vorm van zelfstudieopdrachten), waarna een werkcollege volgt. Tijdens de werkcolleges vindt verdere verdieping van de studiestof plaats; je gaat aan de slag met casuïstiek uit de farmaceutische praktijk. Het zwaartepunt van dit vak ligt bij de zelfstudie.
# Diabetes wordt alleen door de Farmacie studenten gevolgd. De studenten van de minor CADSDT starten met het ziektebeeld hypertensie.
Leerdoelen
De student dient onderstaande leerdoelen voor ieder behandeld ziektebeeld te beheersen:
De student kan de meest toegepaste geneesmiddelen bij het ziektebeeld onderverdelen op basis van werkingsmechanisme, bijwerkingen, toepassing en aangrijpingspunt(en).
De student kan bij het ziektebeeld een effectieve, beargumenteerde keuze maken tussen de meest toegepaste geneesmiddelen, op basis van het verschil in aangrijpingspunt.
De student kan het werkingsmechanisme van verschillende geneesmiddelgroepen uitleggen aan de hand van kennis over het ziektebeeld op moleculair, cellulair en systemisch niveau.
De student kan een gefundeerd advies uitbrengen over de geschiktheid van verschillende geneesmiddelen behorende bij het ziektebeeld voor specifieke patiëntengroepen;
De student kan interacties van de meest toegepaste geneesmiddelen behorende bij verschillende ziektebeelden verklaren aan de hand van de aangrijpingspunten;
De student kan een beargumenteerde keuze maken tussen niet-medicamenteuze en medicamenteuze behandeling op basis van kennis over pathofysiologie, beloop, prognose en risicofactoren van het ziektebeeld;
De student kan verbanden tussen verschillende ziektebeelden identificeren;
De student kan de anatomie en fysiologie van het ziektebeeld in eigen woord en beeld uitleggen;
De student heeft kennis van de klinische toepassing van de meest voorgeschreven geneesmiddelen bij het ziektebeeld;
De student kan interacties van de meest toegepaste geneesmiddelen behorende bij verschillende ziektebeelden verklaren aan de hand van de aangrijpingspunten en de farmacokinetiek;
De student heeft kennis en inzicht met betrekking tot de farmacokinetiek en farmacodynamiek van de meest toegepaste geneesmiddelen bij de behandelde ziektebeelden.
Literatuur
Vander’s Physiology
Rang and Dale’s Pharmacology
KNMP Kennisbank
NHG-standaarden
Farmaceutisch Kompas via internet.
Coordinator
Mevr. F. Lghoul, MSc
Doelgroep
Studenten van de afstudeerrichting BFW en Farmacie
Onderwijsvorm
Hoorcollege, werkcollege
Toetsing
Schriftelijk tentamen (100%) ≥ 5.5
Rode draad project: actieve participatie en aanwezigheidsplicht
Ingangseisen
Het vak Farmacotherapie is alleen toegankelijk voor BFW studenten die zijn geselecteerd voor de afstudeerrichting [Bio-Farmaceutische Wetenschappen en Farmacie] (https://studiegids.universiteitleiden.nl/studies/5859/specialisatie-farmacie). Deze selectieprocedure is in april 2017 afgerond.
Het vak Farmacotherapie is bovendien toegankelijk voor studenten van de Minor 'Computational Approaches to Disease, Signaling and Drug Targets' die dit als keuzeoptie binnen deze Minor hebben. Voor deze studenten duurt het vak een week korter en omvat minder studiestof (dit wordt op Blackboard nader gespecificeerd). Daarom bedraagt het aantal toe te kennen studiepunten voor deze studenten slechts 5 ECTS.