Studiegids

nl en

Romeins Recht - Goederenrecht

Vak
2020-2021

Toegangseisen

Voor studenten van Rechtsgeleerdheid geldt dat zij het propedeusevak Romeins recht reeds moeten hebben behaald. Zie het kopje 'Verhouding tot het reguliere vak 'Romeins recht' (BA I)' hieronder voor een nadere toelichting. Voor studenten van andere faculteiten gelden geen toegangseisen.

Beschrijving

Het Romeinse recht is het fraaiste monument dat Rome aan West-Europa heeft nagelaten. Dit geldt niet alleen de inhoud, maar ook de vorm die dat recht heeft aangenomen, als het resultaat van een historische ontwikkeling waarin het recht van een stadstaat veranderde in dat van een wereldrijk. Iedere keer dat een jurist naar een wetboek grijpt, is hij schatplichtig aan de Romeinse keizers.

Het Romeinse privaatrecht in het bijzonder vormt de verbindende schakel tussen het privaatrecht van de Europese landen. Alle codificaties daarvan bouwen voort op de structuur en begrippen van het Romeinse vermogensrecht, dat tot diep in de negentiende eeuw werd beschouwd als het “gemeenschappelijke recht” (ius commune). Een inleiding op het Romeinse vermogensrechtelijke systeem is daarom niet alleen een goede inleiding op de structuur van het hedendaagse Nederlandse vermogensrecht. Zij vormt tevens een voorwaarde voor begrip van het privaatrecht van de omliggende landen.

In deze cursus wordt aandacht besteed aan die delen van het Romeinse privaatrecht die doorgaande betekenis hebben voor het moderne recht. Hierbij wordt jaarlijks gewisseld tussen het goederenrecht en het verbintenissenrecht. In 6 hoorcolleges en werkgroepen komt in het collegejaar 2020-2021 het goederenrecht aan bod. Tot slot wordt in hoorcollege 7 ingegaan op de staatkundige ontwikkeling die het Romeinse rijk heeft doorlopen om te komen tot een codificatie. Daarnaast wordt ook de receptie in West-Europa behandeld, die ertoe heeft geleid dat het Romeinse fenomeen van een wetboek én de inhoud daarvan duurzamer zijn gebleken dan brons.

Verhouding tot het reguliere vak 'Romeins recht' (BA I)
In het propedeusevak 'Romeins recht' wordt jaarlijks gewisseld tussen twee varianten, waarbij in het ene jaar het goederenrecht en in het andere jaar het verbintenissenrecht wordt onderwezen. Het keuzevak 'Romeins Recht - Goederenrecht' is toegankelijk voor rechtenstudenten die de verbintenisrechtelijke variant van het vak Romeins recht hebben gevolgd en met goed gevolg hebben afgerond en nu de goederenrechtelijke variant als keuzevak willen volgen. Dit betekent dat studenten die in mei of juli 2017 of in mei of juli 2019 (i.e. in collegejaar 2016-2017 resp. 2018-2019) het tentamen Historische ontwikkeling van het Recht of Romeins Recht met goed gevolg hebben afgelegd NIET in aanmerking komen voor dit keuzevak. Ook studenten die het vak Historische Ontwikkeling van het Recht in collegejaar 2015-2016 of eerder hebben afgerond komen niet in aanmerking voor dit keuzevak.

NB. Wanneer u zich inschrijft voor dit keuzevak gaat u ermee akkoord dat de onderwijsadministratie van de rechtenfaculteit (het OIC) controleert of u het propedeusevak Romeins recht of Historische ontwikkeling van het Recht reeds met goed gevolg heeft afgerond en over welke variant u tentamen hebt afgelegd.

Keuzevakstudenten van andere faculteiten
Het keuzevak 'Romeins Recht - Goederenrecht' is ook toegankelijk voor studenten van andere faculteiten. De cursus kan zonder enige voorkennis van het Romeinse recht worden gevolgd.

Leerdoelen

Doel van het vak:

  • Het verkrijgen van kennis en inzicht in de beginselen van het Romeinse staatsrecht.

  • Het verkrijgen van kennis en inzicht in het systeem van het Romeinse vermogensrecht, in het bijzonder het goederenrecht.

  • Het verkrijgen van kennis en inzicht in het proces van doorwerking van het Romeinse publiek- en privaatrecht in moderne rechtsstelsels.

Na afronding van het vak heeft u de volgende kwalificaties verworven:

  • U kunt de belangrijkste Romeinse staatsinstellingen, staatstheorieën en rechtsbronnen benoemen en hun onderlinge relatie duiden, alsmede hun ontwikkeling en doorwerking door de receptie van het Romeinse recht verklaren.

  • U bent in staat om de elementaire leerstukken van het Romeinse erfrecht te benoemen en in een systematisch kader te plaatsen.

  • U kunt de structurele elementen van het Romeinse eigendomsbegrip benoemen en in een systematisch kader plaatsen.

  • U bent in staat om de structurele elementen van de Romeinse leerstukken van bezit, bezitsbescherming en bezitsverschaffing te benoemen en in een systematisch kader te plaatsen.

  • U kunt de structurele elementen van het Romeinse systeem van overdracht en de rol van het titelbegrip benoemen en in een systematisch kader plaatsen.

  • U bent in staat om de structurele elementen van de Romeinsrechtelijke regeling van verkrijgende verjaring te benoemen en in een systematisch kader te plaatsen.

  • U kunt de structurele elementen van de verschillende Romeinsrechtelijke beperkte genotsrechten benoemen en in een systematisch kader plaatsen.

  • U bent in staat om de structurele elementen van de verschillende Romeinse vormen van zekerheid te benoemen en in een systematisch kader te plaatsen.

  • U kunt een eenvoudige casus naar Romeins goederenrecht oplossen.

Rooster

Zie de opleidingspagina van de website.

Onderwijsvorm

Hoorcolleges

  • Aantal à 2 uur: 7.

  • Namen docenten: prof. mr. E. Koops

  • Vereiste voorbereiding door studenten: bestuderen van in de leidraad per week aangegeven verplichte studiestof.

  • Het hoorcollege dient ter ondersteuning, aanvulling en correctie van de verplichte studiestof en is geen vervanging voor de bestudering hiervan.

Werkgroepen

  • Aantal à 2 uur: 6

  • Namen docenten: prof. mr. E. Koops

  • Vereiste voorbereiding door studenten: bestuderen van de in de leidraad per week aangegeven verplichte studiestof en het voorbereiden van opgaven daarover.

Toetsing

  • Tentamen: 3 uur

  • Nabespreking: 2 uur

Toetsing

Toetsvorm(en)

  • Schriftelijk tentamen, bestaande uit 30 meerkeuzevragen en één open vraag. Bij de berekening van het cijfer tellen de meerkeuzevragen mee voor 80% en de open vraag voor 20%. Er wordt een gokcorrectie toegepast.

Examenstof
Tot de examenstof behoort de verplichte literatuur, het werkboek en hetgeen behandeld is tijdens hoorcollege, werkgroep en tijdens eventuele andere onderwijsvormen.

Literatuur

Verplicht studiemateriaal
Literatuur:

  • J.H.A. Lokin en F. Brandsma, Prota - Vermogensrechtelijke leerstukken aan de hand van Romeinsrechtelijke teksten, 10e druk, Den Haag: Boom Juridische Uitgevers 2016.

  • W.J. Zwalve, Beknopte geschiedenis van het Romeinse recht, Den Haag: Boom Juridische Uitgevers 2004.

Leidraad:
De leidraad voor dit vak zal tijdig ter beschikking worden gesteld via Readeronline en als pdf via Brightspace.

Aanmelden

U kunt zich voor dit keuzevak alleen aanmelden door een e-mail te sturen aan het secretariaat van de vakgroep Rechtsgeschiedenis (rechtsgeschiedenis@law.leidenuniv.nl).

Contact

  • Vakcoördinator: mw. mr. drs. E.S. Daalder

  • Werkadres: KOG, Steenschuur 25, Leiden, kamer A3.10

  • Telefoon: 071 527 6851

  • E-mail: e.s.daalder@law.leidenuniv.nl

Instituut/afdeling

  • Instituut: Metajuridica

  • Afdeling: Rechtsgeschiedenis

  • Kamernummer secretariaat A3.14

  • Openingstijden: maandag en donderdag van 9.00-15.00 uur en dinsdagochtend van 09.00-13.00 uur

  • Telefoon secretariaat: 071 527 7442

  • E-mail: rechtsgeschiedenis@law.leidenuniv.nl