Toegangseisen
Beschrijving
‘Vraagstukken Borst en Nier’ is het 6e blok van jaar 2 bachelor in het curriculum geneeskunde en duurt 7 weken. Aandoeningen van de thorax, en wel met name van de inwendige thoraxorganen bij adolescenten en volwassenen komen aan bod: hart, longen en mediastinum. Hart- en longaandoeningen bij kleine kinderen hebben veelal een andere genese en vereisen een andere aanpak, die aan de orde komt in jaar 4. Daarnaast komen stemproblemen, dyspneuklachten vanuit de bovenste luchtwegen als mede de thema's afwijkende urine en nierinsufficiëntie aan bod.
Het blok bouwt hiermee verder op de opgedane kennis in de eerstejaars blokken van basis tot homeostase en de tweedejaarsblokken ziektemechanismen I en II. Om de kennis hierover op te frissen kun je het studiemateriaal van de relevante blokken uit het eerste en tweede jaar nog eens hierop naslaan.
De stof wordt opgehangen aan een beperkt aantal vraagstukken. Voor elk vraagstuk wordt een eenvoudig schema gepresenteerd van klinisch differentiaaldiagnostisch denken op het moment van een eerste kennismaking met die klacht of afwijking. De diverse ziektebeelden die in zo’n schema passen worden aan de hand van casuïstiek bestudeerd. Deze casuïstiek is merendeels direct uit de praktijk geselecteerd, en alleen ten behoeve van privacy aangepast qua persoonsgegevens
Leerdoelen
De student is in staat om
1. kennis betreffende anatomie, etiologie, pathogenese, pathofysiologie, symptomatologie en epidemiologie toe te passen op casuïstiek betreffende de belangrijkste aandoeningen die luchtweg, thoracale en nefrologische klachten kunnen geven.
2. thoracale, nefrologische en bovenste luchtweg klachten en symptomen te herleiden tot een klinische entiteit met de bijbehorende differentiaaldiagnostiek. De student kan de daarbij behorende differentiaal diagnostische overwegingen aangeven en een eerste aanvullend onderzoek voorstellen ter differentiatie en analyse.
3. lichamelijk onderzoek betreffende thoracale, nefrologische en luchtweg klachten te kunnen beredeneren en interpreteren.
4. het benodigde diagnostische aanvullend onderzoek te beschrijven, toe te passen en te interpreteren. De student kan daarbij de te verwachten afwijkingen benoemen alsook bij de interpretatie rekening houden met meetfouten en voorspellende waarden.
5. kennis over de gedragsmatige, maatschappelijke, genetische, psychosociale en biologische determinanten van het ontstaan en voorkomen van long-, hart- en nierziekten toe te passen op casuïstiek en een beredeneerd voorstel te doen voor maatregelen die de gezondheid betreffende deze ziekten van individu en groepen bevorderen.
6. op grond van pathofysiologisch inzicht en klinisch epidemiologisch onderzoek aan te geven welke niet-medicamenteuze en medicamenteuze behandeling ingesteld dient te worden en wat het te verwachten effect daarvan is.
7. de indicatie, werkingsmechanisme en bijwerkingen van niet-medicamenteuze en medicamenteuze behandeling, zoals beschreven in de kernmedicatie lijst te benoemen en toe te passen op casuïstiek.
8. ethische dilemma’s betreffende orgaandonatie te herkennen en rekening te houden met de afhankelijke positie van de patiënt.
9. de geneeskunde op een ethisch verantwoorde manier te beoefenen en de medische, juridische en professionele verplichtingen van te respecteren.
10. de juiste zoektermen te gebruiken met betrekking tot een controversieel onderwerp binnen de discipline long-, hart-, en nierziekten en aan de hand daarvan een beperkt literatuuronderzoek uit te voeren, waarbij de student in staat is argumenten vanuit een gegeven perspectief te selecteren, te evalueren op inhoudelijke relevantie en zodanig (mondeling) te presenteren in een pro-con discussie dat het standpunt over het controversiële onderwerp overtuigend en inhoudelijk correct wordt overgebracht.
Rooster
Het rooster kun je raadplegen via MyTimeTable.
De tentamendata zijn vastgesteld door het opleidingsbestuur en staan vermeld in het rooster.
In het rooster en/of op Brightspace wordt bekend gemaakt wanneer en op welke wijze de inzage en nabespreking van het tentamen plaatsvindt.
Onderwijsvorm
In dit blok wordt gebruik gemaakt van hoorcolleges, patiëntdemonstratiecolleges, responsiecolleges, werkgroepen, en ICT-onderwijs/practica. Tevens is er patiëntencontactonderwijs.
Toetsing en weging
Toetsing geschiedt door middel van een deeltoets en een eindtoets, welke bestaan uit Multiple Choice en Extended Matching vragen. Tevens wordt een presentatie tijdens één van de werkgroepen beoordeeld met een cijfer (5% eindcijfer). Als aanvullende eis moeten een viertal BB en on-line modules gevolgd worden als mede een snijzaal practicum.
De tentamendata zijn beschikbaar op de roosterwebsite.
Voor nabespreking en inzage; zie Brightspace.
Literatuurlijst
Voor de volledige literatuurlijst van de bachelor Geneeskunde, zie de Studiematerialenlijst GNK 2024-2025.
Inschrijven
Inschrijving vindt plaats via MyStudyMap. Voor dit vak gelden de standaard inschrijftermijnen die genoemd worden in het Protocol Inschrijven voor onderwijs en tentamens van de Universiteit Leiden. Voor meer informatie, zie de studentenwebsite.
Contact
Mw. dr. E.F.A. van ’t Wout
Dhr. dr. T.N. Bonten
Secretariaat Onderwijs Interne Geneeskunde borst-en-nier@Lumc.nl