Toegangseisen
n.v.t.
Beschrijving
De keuzeruimte in periode 3 stelt de student in staat zich te ontwikkelen in een voor de latere beroepsuitoefening relevant domein, hetzij door verdieping hetzij door verbreding. De invulling van de keuzeruimte weerspiegelt de overwogen en gemotiveerde keuze in het kader van de eigen (studie)loopbaan. De coassistent kan kritisch reflecteren op de keuze en toegevoegde waarde van de stage en hoe (de invulling van) de stage past in de eigen professionele ontwikkeling.
De keuzeruimte kent 4 varianten:
variant 1: keuzeruimte als verlenging van de wetenschapsstage.
variant 2: keuzeruimte als verlenging van het oudste coschap.
variant 3: keuzeruimte binnen het medisch domein in engere zin (intra-, extramuraal- curatief/ preventief).
variant 4: keuzeruimte buiten het medisch domein in engere zin (bijv. leiderschapsprogramma's).
Algemene criteria
De keuzeruimte:
stelt de coassistent in staat de algemene en zelfgeformuleerde leerdoelen van de keuzeruimte te realiseren
duurt 2x 5 of 10 weken.
heeft niveau 400-600 (Leids universitair register)
biedt begeleiding door een begeleider die onderdeel is van de staf c.q. opleidingsgroep
De invulling van de keuzeruimte is goedgekeurd door het duaal management c.q. gemandateerde commissie.
Voor alle externe stages is er een Leidse (LUMC/Universiteit Leiden) stagebegeleider.
Voor een verbredende stage buiten het LUMC is een lokale begeleider (LUMC/Universiteit Leiden) een voorwaarde.
Specifieke criteria voor de varianten 1-3:
is een stage in een door de CGS erkend specialisme.
vindt bij voorkeur plaats in de Leidse onderwijs- en opleidingsregio (OOR Leiden). Gemotiveerd zijn stages ook op andere locaties mogelijk.
heeft niveau 500 (Leids universitair register).
biedt begeleiding door een specialist die onderdeel is van de staf c.q. opleidingsgroep.
Specifieke criteria voor variant 4:
kent verschillende feedback- en beoordelingsinstrumenten die in het e-portfolio worden vastgelegd.
vindt bij voorkeur plaats in de Leidse onderwijs- en opleidingsregio (OOR Leiden). Gemotiveerd, zijn stages ook op andere locaties mogelijk.
biedt begeleiding door een begeleider die onderdeel is van de staf c.q. opleidingsgroep.
De begeleider (alle varianten):
begeleidt de coassistent ten behoeve van het realiseren van de leerdoelen/het zelfstandig bepalen van een leertraject en zijn/haar ontwikkeling zichtbaar te maken:
o door het organiseren van begeleidings- en evaluatie gesprekken overeenkomstig het toetsplan
o het actief laten gebruiken van het individueel ontwikkelplan (IOP) (formuleren van eigen doelen, vastleggen van doelen, een programma daarvoor samenstellen en het evalueren van de doelen)
o door het aanbieden van leersituaties waarin aan de verschillende competenties gewerkt kan worden
o geoefend kan worden met het geven en krijgen van feedbackdraagt zorg voor regelmatige directe observatie van de coassistent in praktijksituaties
creëert leersituaties voor de coassistent waarin deze zijn/haar kennis op een specifiek onderwerp kan uitbreiden en verdiepen en tevens kan delen met collega's en ondersteunende disciplines, bijvoorbeeld door middel van een presentatie of werkstuk.
Leerdoelen
Omdat de keuzeruimte zeer divers kan worden ingevuld heeft de student de ruimte om, in overleg met de begeleider, leerdoelen te formuleren en bijpassende activiteiten en bewijsvoering te kiezen.
Het toetsplan van de keuzeruimte moet daarom grotendeels zelf door de student in overleg met de begeleider worden ingevuld met leerdoelen op EPA’s (indien van toepassing), thema’s en leerdoelen in het IOP. Leerdoelen kunnen, in lijn met de doelstellingen van periode 3 van de master, ten doel hebben op bepaalde onderdelen dieper in te gaan, of ook hiaten weg te werken. De student kiest zelf leeractiviteiten/werkvormen, die bij de leerdoelen passen, en kiest ook voor een passende bewijsvoering.
Rooster
n.v.t.
Onderwijsvorm
n.v.t
Toetsing en weging
Tijdens de keuzeruimte worden datapunten verzameld in het portfolio door de student. De richtlijn is minimaal 2 datapunten met feedback van een begeleider per week. Er zullen ook start-, voortgangs- en eindgesprekken plaatsvinden waarvan een verslag in het portfolio wordt opgenomen. De datapunten vormen samen met de datapunten van de andere coschappen uit periode 3 de inhoud van het portfolio op basis waarvan de MasterBeoordelingsCommissie een besluit neemt.
Literatuurlijst
Voor de keuzeruimte is er geen verplichte literatuur. De student kan zelf een keuze maken voor literatuur en bronnen in het kader van zelf regulerend leren.
Inschrijven
n.v.t.
Contact
Coördinatoren:
dr. A.J. de Beaufort
dr. H.J. Siebelink
Opmerkingen
n.v.t.