Prospectus

nl en

Tijd, aspect en modaliteit

Course
2008-2009

De vorm en betekenis van tempus, aspect en modaliteit houdt taalkundigen en filosofen al een aantal eeuwen van de straat. Dat is niet zo gek aangezien temporele, aspectuele en modale informatie in elke uiting aanwezig is, maar tegelijkertijd nogal ongrijpbaar is: er is in dit semantisch domein zelden een ? op ? relatie tussen een bepaalde vorm en een bepaalde betekenis; niet alle talen geven op dezelfde manier (of in dezelfde mate) uitdrukking aan de drie noties en ‘vergelijkbare’ vormen in verschillende talen kunnen toch weer heel verschillende gebruiksmogelijkheden hebben – denk alleen al aan het verschil tussen het Engels en het Nederlands in het gebruik van de werkwoordstijden of de modale werkwoorden.
In het eerste deel van de collegereeks proberen we een duidelijk beeld te krijgen van de drie afzonderlijke categorie?tijd, aspect en modaliteit door het lezen van de ‘klassiekers’ op dit terrein en een aantal moderne bijdragen aan de discussie, uit verschillende taalkundige kaders (formele en niet-formele taalkunde). Voor elk college passen de studenten de theorie toe op data uit hun eigen taal: wat is bijvoorbeeld in het Nederlands nou precies het verschil tussen hij deed het en hij heeft het gedaan of tussen hij las een boek en hij was een boek aan het lezen en hij zat een boek te lezen?
In het tweede deel van de collegereeks gaan we onderzoeken hoe tijd, aspect en modaliteit met elkaar interageren. Zo kan de verleden tijd in het Nederlands gebruikt worden om een modale notie als irrealis uit te drukken (als ik jou was..). Het aspectuele onderscheid tussen ‘gebeurtenissen’ en ‘toestanden’ speelt een rol bij het onderscheid tussen epistemische en niet-epistemische lezingen van modale werkwoorden (hij moet op tijd thuis zijn vs. Hij moet ziek zijn). En waarom kan de voltooide tijd van modale werkwoorden eigenlijk niet epistemisch zijn (hij heeft ziek moeten zijn), terwijl een modaal werkwoord met een voltooid complement juist bij voorkeur epistemisch wordt ge?erpreteerd (hij moet ziek geweest zijn)?
In de loop van deel 2 voeren de deelnemers een eigen onderzoek uit, waarvan ze verslag uitbrengen op college en in een afsluitende nota.

Timetable

1e semester, blok 1 en 2, do. 9-11 uur

Method of Instruction

werkcollege

Course objectives

Door bestudering van de literatuur over tijd, aspect en modaliteit ontwikkelen en vergroten de studenten hun vaardigheden in het kritisch lezen en interpreteren van taalkundige teksten uit verschillende kaders (formele en niet-formele taalkunde). Aan het eind van de cursus hebben ze een goed beeld van de stand van het onderzoek in dit domein en zijn ze in staat om zelfstandig relevante literatuur te bestuderen en daarop kritisch te reflecteren. In de wekelijkse opdrachten leren ze de theorie te vertalen naar concrete onderzoeksvragen die aan de hand van authentieke taaldata getoetst kunnen worden. Op deze manier wil de cursus ook expliciet voorbereiden op het schrijven van de MA-scriptie.

Required reading

Wordt nader opgegeven.

Examination

Actieve deelname, presentaties, nota.

Information

r.j.u.boogaart@let.leidenuniv.nl

Remarks

Deze werkgroep is ook bedoeld voor studenten die de Researchmaster Linguistics volgen; de voertaal op het college zal daarom mogelijk Engels zijn.