Prospectus

nl en

Specialisatiecursus Archeozoölogie/Zoogdierpaleontologie

Course
2009-2010

Ingangseisen:

Zoölogisch practicum (Ecologie II) gevolgd hebben.

Beschrijving:

Onderzoek van overblijfselen van kleine en/of grote zoogdieren uit archeologische context vereist kennis op het gebied van het verzamelen, prepareren, conserveren en determineren van de Pleistocene en/of Holocene resten. Daarnaast is een gedegen kennis van de diversiteit van de evolutie van de verschillende diergroepen gedurende het Pleistoceen en Holoceen van belang. De uiteenlopende, toegepaste onderzoeksmethodes zullen tijdens de cursus uitgebreid aan bod komen.

Doelstelling:

Het vergroten van de zoölogische/paleontologische kennis.

Leerdoelen:

  • de student is in staat de skeletelementen (inclusie tanden en kiezen) van veel voorkomende diersoorten uit het Holoceen en Pleistoceen te herkennen en benoemen;

  • de student is in staat het archeozoölogisch materiaal te beschrijven volgende de standaard die gebruikelijk is voor dat vakgebied;

  • de student is in staat archeozoölogisch materiaal met behulp van bepaalde methodes (die geïntroduceerd worden in de specialisatiecursus) te onderzoeken;

  • de student is in staat karakteristieke, afwijkende kenmerken van archeozoölogisch materiaal en die van verschillende soorten bewerkingssporen op het materiaal te benoemen en te onderscheiden;

  • de student is in staat om onder begeleiding een archeozoölogisch onderzoek uit te voeren en de resultaten te combineren met andere aspecten van een archeologisch onderzoek;

  • de student is in staat om onder begeleiding te komen tot een basale rapportage van het (deel)onderzoek.

Onderwijsvorm:

Practicum

Toetsing:

Beoordeling van het onderzoek en het afsluitende werkstuk