Coördinator
Dr. J. Mesman
Doel en inhoud
In zowel onderzoek als in de klinische praktijk is de gestructureerde observatie van ouder-kind interacties van groot belang. Kennis van verschillende observatietechnieken is nodig voor een goed begrip van de interactiepatronen tussen ouders en kinderen en voor het adequaat in kaart brengen van dergelijke patronen.
In dit vak maken studenten kennis met de basiskennis en –vaardigheden voor de gestandaardiseerde observatie van gezinsinteracties. Tijdens de colleges worden video’s van ouders en kinderen in verschillende settings (thuis en lab) en in verschillende situaties (o.a. vrij spel, gestructureerde taken, frustratietaken) bekeken en gecodeerd. Oudergedragingen zoals sensitiviteit en disciplineren en kindgedragingen zoals agressie, gehoorzaamheid en prosociaal gedrag komen aan bod. Codeersystemen voor de babytijd, de vroege kindertijd en de adolescentie worden besproken. Zowel macro- als micro-codeersystemen worden gepresenteerd, alsmede de voor- en nadelen van verschillende typen codeersystemen (zoals schalen en gedragsfrequenties). Ten slotte zullen methoden voor het berekenen van intercodeursbetrouwbaarheid aan bod komen.
Eindtermen: 1-3-4-8-10-11-14-15-16-17-19
Onderwijsvormen
Interactieve colleges waarin de literatuur wordt besproken en veel videomateriaal wordt getoond om het coderen te oefenen.
Werkgroepen waarin studenten zelf codeersystemen ontwikkelen voor verschillende typen ouder-kind interacties.
Wekelijkse huiswerkopdrachten waarin observatietechnieken worden geoefend aan de hand van videomateriaal.
Literatuur
Boek: wordt later bekend gemaakt
Full-text artikelen die tijdens de cursus beschikbaar worden gemaakt via Blackboard
Toetsing
Tentamen (50%)
Observatiehuiswerk (50%)