Toegangseisen
Dit vak is geen keuzevak. Bijvakstudenten en gaststudenten mogen hier niet aan deelnemen.
Alleen studenten, voor wie dit vak verplicht is, kunnen dit vak volgen:
- criminologie
Beschrijving
Centraal in het vak staan de begrippen ‘staat’, ‘rechtsstaat’, ‘overheidsbevoegdheid’ en ‘beleid’. Dat betekent dat aan de orde komt wat een staat eigenlijk is, hoe de overheidsorganen (onder meer regering en parlement) samengesteld zijn, welke bevoegdheden die overheidsorganen hebben, op welke manier er (door de volksvertegenwoordiging en door de rechter) controle wordt uitgeoefend op de uitoefening van die bevoegdheden en welke beginselen aan de verhouding tussen overheid en burger ten grondslag liggen (bijvoorbeeld respect voor de rechten van de mens).
Het Nederlandse staats- en bestuursrecht kan niet meer los gezien worden van bovennationale regelgeving en internationale juridische ontwikkelingen. Daarom biedt het vak tevens inzicht in de gevolgen van Europese en internationale rechtsregels voor het nationale recht en de bevoegdheden van de nationale overheidsorganen.
Voorts worden enkele professionele vaardigheden ontwikkeld, zoals het gebruik van wetboeken en het analyseren van jurisprudentie, in aansluiting op de training van deze vaardigheden in Leiden Law Practices.
Leerdoelen
Doel van het vak:
Kennismaking met de belangrijkste staatsrechtelijke, staatkundige en bestuursrechtelijke begrippen en hun betekenis. Overzicht krijgen van de bronnen van het constitutionele recht en het bestuursrecht en aan de hand daarvan de werking en het systeem van het constitutionele recht en het bestuursrecht (inclusief de rechtsbescherming tegen overheidshandelen) in Nederland doorgronden. Het kunnen beschrijven van de hoofdlijnen van de staatkundige organisatie van Nederland (koninkrijksverhoudingen en concept van de gedecentraliseerde eenheidstaat) van de belangrijkste actoren (staatsmachten/overheidsorganen of -ambten) en van het functioneren van het staatkundige bestel (o.m. de verhouding tussen regering en volksvertegenwoordiging en de procedures langs welke overheidsbeslissingen tot stand komen). Bewustwording van de internationale en Europese context waarbinnen het constitutionele recht en het bestuursrecht functioneren en van de manier waarop het internationale en Europese recht consequenties heeft voor het nationale recht en de bevoegdheden van nationale overheidsorganen. Verwerving van inzicht in (het functioneren en belang van) de beginselen die aan het constitutioneel systeem ten grondslag liggen: democratie, gelijkwaardigheid van burgers, rechtsstaat, begrenzing van staatsmacht, spreiding van overheidsbevoegdheden, verantwoordingsplicht en controle op overheidsoptreden. Verwerving van inzicht in het systeem van de Algemene wet bestuursrecht en de daarop gebaseerde rechtsbescherming tegen overheidsoptreden.
Eindkwalificaties (eindtermen van het vak)
Na afronding van het vak heft u de volgende kwalificaties verworven:
U kunt de dragende beginselen van het constitutionele recht en van het bestuursrecht definiëren/beschrijven en u kunt aanduiden waarom die van belang zijn;
U kunt de bronnen van het constitutionele recht en het bestuursrecht herkennen en benoemen, u kunt daarbinnen de regels en beginselen die voor een bepaalde casus (met een afgebakend probleem) identificeren en u kunt uitleggen wat de implicaties van toepassing van die regels en beginselen op die casus zijn (tot welke uitkomst/oplossing/consequentie leiden ze in dit geval?);
U kunt de belangrijke begrippen binnen het constitutionele recht en het bestuursrecht definiëren en u kunt aangeven waar die definities te vinden zijn en welke implicaties ze hebben voor het functioneren van het rechts- of regeringssysteem;
U kunt de belangrijkste actoren/organen binnen de staatkundige organisatie van Nederland noemen en u kunt beschrijven hoe die functioneren (welke bevoegdheden hebben ze, via welke procedures worden beslissingen tot stand gebracht en hoe vindt controle plaats op de uitoefening van die bevoegdheden?);
U kunt kan aanduiden op welke wijze Europese en internationale rechtsregels en besluiten consequenties hebben voor het nationale recht en voor de (begrenzing van) bevoegdheden van de nationale overheidsorganen;
U bent geoefend in enkele basale professionele vaardigheden: het snel vinden van relevante wetten/wetsartikelen in een wettenbundel of via de geëigende overheidsportals op internet, het vinden van relevante informatie via juridische databanken, het ordenen en analyseren van kamerstukken of jurisprudentie, het opschrijven van een antwoord op een staatsrechtelijke vraag op een manier die ‘to the point’ is en niet nodeloos uitweidt over bijzaken;
U kunt een beknopt en goed gestructureerd staats- en bestuursrechtelijk betoog schrijven over een aangedragen onderwerp of probleem, in correct Nederlands.
Rooster
Kies voor propedeuse of bachelor en master.
Onderwijsvorm
Hoorcolleges
Aantal à 2 uur: 10
Namen docenten: mr. dr. M.L. van Emmerik, mr. dr. P.C. Adriaanse
Vereiste voorbereiding door studenten: Bestuderen van de in het werkboek en op Blackboard per week aangegeven verplichte studiestof.
Werkgroepen
Aantal à 2 uur: 9
Namen docenten: mr. dr. J.P. Loof, Mr. S. Bakker, mr. R. Passchier, e.a.
Vereiste voorbereiding door studenten: Het zich door middel van zelfstudie eigen maken van de in het werkboek en op Blackboard per week aangegeven verplichte studiestof en voorbereiden van opgaven daarover. Dit mede met het oog op tijdens de werkgroepen gehanteerde werkvormen, waaronder discussie. Voorts dient gedurende de cursus, op de in het werkboek aangegeven momenten, een beknopte tussentijdse schriftelijke opdracht te worden ingeleverd.
Toetsing
Toetsvorm(en)
Schriftelijk tentamen, deels bestaand uit meerkeuzevragen (ongeveer 75%) en deels uit essayvragen (ongeveer 25%).
Inleverprocedures
Het tussentijdse schriftelijke werkstuk dient bij de eigen werkgroepdocent te worden ingeleverd. Zie verder het werkboek.
Examenstof
Tot de examenstof behoort de verplichte literatuur, het werkboek en hetgeen behandeld is tijdens hoorcollege, werkgroep en tijdens eventuele andere onderwijsvormen.
Blackboard
Bij dit vak wordt gebruik gemaakt van Blackboard.
Literatuur
Verplicht studiemateriaal
Literatuur:
A.D. Belinfante & J.L. de Reede/ L. Dragstra e.a., Beginselen van het Nederlandse staatsrecht, Deventer: Kluwer (17e druk)
G.A.C.M. van Ballegooij e.a., Bestuursrecht in het Awb-tijdperk, Deventer: Kluwer (6e druk)
A.M.M.M. Bots e.a. (red.), Staats- en bestuursrecht. Jurisprudentie 1849-2011, Nijmegen: Ars Aequi Libri (4e herziene editie)
Actuele wetteneditie: Kluwer Collegebundel 2013-2014 of Sdu Verzameling Nederlandse Wetgeving 2013-2014.
Werkboek:
- Werkboek Inleiding staats- en bestuursrecht (studiejaar 2013-2014)
te bestellen via readeronline.
Aanbevolen studiemateriaal
Van abdicatie tot zetelroof. Begrippen uit het staatsrecht verklaard door Max de Bok, brochure van de rijksoverheid, opgenomen in de Blackboardomgeving van het vak.
Aanmelden
De aanmelding verloopt via uSis . Voltijd eerstejaars studenten, die gestart zijn vanaf september 2011, worden aangemeld door het Onderwijs Informatie Centrum.
Contact
Vakcoördinator: mr. dr. J.P. Loof
Werkadres: Steenschuur 25, kamer A 1.57
Bereikbaarheid: Op afspraak via het secretariaat
Telefoon: 071 – 527 7711
E-mail: j.p.loof@law.leidenuniv.nl
Instituut/afdeling
Instituut: Publiekrecht
Afdeling: Staats- en bestuursrecht
Kamernummer secretariaat: B 1.21
Openingstijden: Maandag t/m vrijdag: 9.00 – 17.00 uur
Telefoon secretariaat: 071 – 527 7713