Omschrijving
Dit vak is een verdieping en vervolg op Bestuurskunde I. Studenten bestuderen in Bestuurskunde II de bestuurskunde als wetenschappelijke discipline en bestuderen daarbij en daarnaast verschillende klassieke bestuurskundige teksten over kernonderdelen in de bestuurskunde, zoals bureaucratie, organisatie theorie, ethiek en beleid.
Leerdoelen
Na afloop van de cursus dienen de studenten kennis te hebben van enkele van de belangrijkste en meest vormende bestuurskundige auteurs, begrippen, theorieën en inzichten uit de geschiedenis van de bestuurskunde.
Na afloop dienen studenten eveneens kennis te hebben van de ontstaansgeschiedenis en ontwikkeling van de Bestuurskunde als vakgebied.
Na afloop dienen studenten theorie en inzichten te kunnen
koppelen aan actuele casuïstiek.
Rooster
Het (voorlopig) rooster staat op de eerste pagina van de e-Gids.
Onderwijsvorm
Het vak bestaat uit hoor- en werkcolleges.
De hoorcolleges behandelen de hoofdlijnen van de stof. Zij gaan over de ontstaansgeschiedenis van de bestuurskunde als vakgebied en over manieren om betekenis en plaats van de bestuurskudne te kunnen bepalen. Daarnaast worden klassieke teksten en auteurs globaal besproken, aan elkaar verbonden en in context geplaatst.
In de werkcolleges worden deze klassieke teksten en auteurs intensief besproken. Er zal in beide onderwijsvormen een verbinding gelegd worden tussen klassieke en tijdloze vragen en actuele vraagstukken. Onderwerpen worden nader uitgewerkt met behulp van opdrachten, discussies over stellingen en simulaties. Ook worden de studenten getraind in het schrijven van korte wetenschappelijke teksten over bestuurskundige onderwerpen. De werkcolleges zijn uitsluitend bestemd voor studenten bestuurskunde en dus niet voor keuzevak studenten.
NB: Alle werkcollegebijeenkomsten zijn verplicht. Mis je een bijeenkomst, dan word je uitgesloten van de werkgroep. Je krijgt dan géén cijfer voor de werkcolleges en kunt het vak niet meer afronden, ook niet in de herkansing. Alleen in zeer uitzonderlijke gevallen kunnen uitzonderingen worden gemaakt en dan alleen als je schriftelijk aantoonbaar goede redenen hebt om meer bijeenkomsten te missen. Dit dient altijd vooraf besproken te worden met de studieadviseur én de coördinator van het vak. Zij zullen de werkgroepdocent adviseren over de mogelijke verdere deelname aan de werkgroep. Indien dit het geval is, moet dan in overleg met de docent een vervangende opdracht gemaakt worden.
Toetsing
Voor dit vak zijn de volgende toetsmethoden van toepassing:
Wekelijkse leesvragen. Deze moeten allemaal naar behoren en voorafgaand aan het werkcollege zijn ingeleverd alvorens een eindcijfer voor het vak kan worden gegeven.
Een paper. Dit paper telt voor 30% van het eindcijfer.
Een tentamen. Dit telt voor 70% van het eindcijfer.
NB: Compensatie tussen onderdelen is niet mogelijk. Alle onderdelen dienen afzonderlijk voldoende te zijn alvorens een gewogen eindcijfer kan worden gegeven.
Blackboard
Docent maakt gebruik van Blackboard. Deze cursus is in Blackboard beschikbaar vanaf 10 oktober 2013.
Literatuur
De literatuur voor dit vak bestaat uit twee boeken:
J.M. Shafritz, A.C. Hyde and S.J. Parkes, Classics of Public Administration, Belmond, California, 7th edition, 2012.
Selectie van teksten.
De inleiding van elk deel van het boek is ook verplichte literatuur.
De vorige, zesde editie van dit boek is eveneens bruikbaar.
Dit boek bevat, zoals de titel al vermeldt, een bundeling primaire klassieke bestuurskundige teksten.
Rutgers, M. (2004), Grondslagen van de bestuurskunde. Historie, begrippen en kennisintegratie, Bussum: Coutinho. ISBN 90-6283-367
Deel 1: hfst 4 t/m 6
Deel 2: hfst 7 t/m 10
Aanmelden
Via usis
Contact
dr. Toon Kerkhoff
E-mail: a.d.n.kerkhoff@cdh.leidenuniv.nl.
Spreekuur docent:
Spreekuur 1 (datum + tijd) Spreekuur 2 (datum + tijd)
Blok 1 n.v.t: geen onderwijs in BA n.v.tt geen onderwijs in BA
Blok 2 Woensdag 11 – 12 wekelijks 30/10 tot 18/12 (totaal 7 uur voor dit vak)
Blok 3 Nnb Nnb
Blok 4 Nnb Nnb
Opmerkingen
Van de studenten wordt verwacht dat zij de voor de werkcolleges opgegeven literatuur hebben gelezen voorafgaand aan de werkcolleges.
Van de studenten wordt verwacht dat zij een actieve bijdrage leveren aan de discussie in de werkcolleges.
Studenten dienen gebruik te maken van de eerste kans om hun paper in te leveren voordat zij recht op een herkansing hebben.
Studenten dienen voorafgaand aan ieder werkcollege enkele leesvragen in te leveren (zie eerder). Uitzondering is week 1. Deze teksten (zie blackboard / vakwijzer) moeten wel gelezen worden en vormen ook tentamenstof maar er hoeft geen leesvraag over te worden gemaakt.