Het eindwerkstuk is de wetenschappelijke finale van de studie Taalwetenschap. De student kiest in overleg met docenten een taalkundig domein, een vraagstelling op dat domein en een begeleider, en maakt een werkplan. Deze keuzes markeren de specialisatie van de student. De activiteiten monden uit in een uitvoerig schriftelijk werkstuk. Dit werkstuk anayseert het gekozen probleem, doet verslag van studie naar de bestanddelen van de vraagstelling en levert op basis daarvan een oorspronkelijke bijdrage aan een oplossing. De nadruk ligt op scherpte en diepgang van de taalkundig analyses en redeneringen. Tijdens de werkzaamheden vindt regelmatig overleg plaats met de begeleider. Het werkstuk wordt uiteindelijk gepresenteerd in een colloquium.
De opleiding laat de keuze voor het onderwerp van het eindwerkstuk over aan studenten. Het BA-eindwerkstuk is het grootste en belangrijkste werkstuk van de bacheloropleiding. Het is het schriftelijk verslag van een onderzoek dat een student heeft verricht in de door hem of haar gekozen discipline onder begeleiding van een docent van zijn of haar opleiding. Het werkstuk heeft in de regel een omvang van maximaal 8500 woorden (inclusief noten, bibliografie en bijlagen). De regeling van het BA-eindwerkstuk is te vinden op www.hum.leidenuniv.nl/studenten/reglementen/
De opleiding organiseert in het tweede semester een scriptieseminar, waarin studenten begeleiding krijgen bij het schrijven van het BA-eindwerkstuk. Het seminar heeft alleen betrekking op vorm, opzet, uitwerking en presentatie van het eindwerkstuk. Er zijn 6 bijeenkomsten tijdens het tweede semester en een informatieve bijeenkomst tijdens het eerste semester. Studenten die in het eerste semester hun BA-eindwerkstuk willen schrijven worden doorverwezen naar het facultaire scriptieseminar van het EAV. Deelname aan een scriptieseminar is verplicht en maakt deel uit van de 10 EC voor het eindwerkstuk.
Onderwijsvorm
Zelfstudie
Toetsing
BA-eindwerkstuk
Literatuur
Naar keuze van het onderwerp