Studiegids

nl en

Ecologie

Vak
2020-2021

Toegangseisen

n.v.t.

Contact

Coördinator: Prof.dr.ir. T.M. Bezemer
Email: t.m.bezemer@biology.leidenuniv.nl

Beschrijving

Ecologie bestudeert de interacties van organismen (ook van de mens) die bepalend zijn voor de veranderingen van hun aantallen, voor hun ruimtelijke verspreiding, voor de verandering van hun eigenschappen via natuurlijke selectie en evolutie en ook voor biodiversiteit. De interactieprocessen zijn onder meer eten en gegeten worden (ziekten, planteneters, rovers en aanpassingen daartegen zoals immuunsystemen), concurreren met soortgenoten en niet-soortgenoten (en specifieke aanpassingen). Inzicht in deze processen vormt de basis voor duurzaam oogsten van populaties (visserij, jacht), maar ook voor biologische alternatieven voor chemische bestrijding van plagen en voor de onderbouwing van natuurbeheer. Ook de invloed van abiotische factoren op organismen behoren tot het domein van de ecologie en spelen een zeer belangrijke rol bij de b.v. de verspreiding van soorten en hun populatiedichtheid. Basale kennis over het klimaat op verschillende schalen is dan ook een essentieel onderdeel van de ecologie. Naast de hoorcolleges is er een veld practicum waarin biodiversiteitsmetingen gedaan worden in de duinen, en deze data worden klassikaal geanalyseerd.

Leerdoelen

Doelstellingen:
Het verschaffen van een overzicht over en inzicht in basisconcepten en ecologische/evolutionaire theorieën (de invloed van het klimaat op biodiversiteit en het voorkomen van soorten, kosten en baten en mechanismen van aanpassingen (optimalisatie); mechanismen intra- en interspecifieke concurrentie; mechanismen van populatiefluctuaties en draagvermogen milieu; de betekenis en werking van dichtheidsafhankelijkheid; eilandtheorie/biodiversiteit; evolutie van resistentie). De maatschappelijke context van de wetenschap ecologie.

Eindtermen:
1. In staat zijn de globale klimaatzones te beschrijven
2. In staat zijn te omschrijven wat bedoeld wordt met ecologische begrippen zoals: habitat, niche, bioom, levensgemeenschap
2. Bekend zijn met populatie- en concurrentiemodellen.
3. Onderscheid kunnen maken tussen proximate en ultimate mechanismen.
4. In staat zijn hypotheses op te stellen voor ecologische experimenten\
5. In staat zijn om op basis van de behandelde theorieën experimenten te ontwerpen om hypotheses te toetsen.

Rooster

Zie rooster BLOK 6

Onderwijsvorm

Colleges, zelfstudie

Toetsing

Multiple choice tentamen zonder deelcijfers

Inzage en feedback op het tentamen

Wordt tijdens de cursus bekend gemaakt

Brightspace

Brightspace zal gebruikt worden voor cursusinformatie en college samenvattingen

Literatuur

Relevante hoofdstukken uit het boek 'Biology' Campbell and Reece, 11e editie (zoals aangegeven door de docent), eventueel aangevuld met extra literatuur via Brightspace.

Aanmelden

Via Usis en enrollen in Brightspace