Toegangseisen
Bachelor notarieel recht.
Beschrijving
Kennis van het bestuursrecht is voor een masterstudent notarieel recht onontbeerlijk. Tijdens uw bacheloropleiding heeft u zich verdiept in het algemeen bestuursrecht. Het onderhavige vak bouwt hierop voort, maar stelt daarbij het bijzondere bestuursrecht centraal. Veel bijzondere publiekrechtelijke instrumenten zijn rechtstreeks relevant in de notariële praktijk. Dat geldt met name voor het omgevingsrecht. Dat is het recht dat betrekking heeft op de fysieke leefomgeving: de bodem, het water, de lucht, de flora en fauna en de gebouwde constructies. Het omgevingsrecht reguleert een veelheid aan activiteiten in de Nederlandse samenleving en beslissingen genomen op basis van het omgevingsrecht kunnen van grote invloed zijn op de gebruiksmogelijkheden en daarmee de waarde van onroerend goed. Kan een vuilstortplaats geschikt worden gemaakt als recreatiepark? In hoeverre is woningbouw langs de randen van Schiphol mogelijk? En hoe haalbaar is het om honderden windmolens te plaatsen op Urk op nog geen 800 meter afstand van woningen? Met betrekking tot veel omgevingsrechtelijke beslissingen is gegeven de notariële zorgplicht ook een rol weggelegd voor het notariaat.
Bij de behandeling van het omgevingsrecht zullen wij ons concentreren op het recht van de ruimtelijke ordening, het bouwrecht, het monumentenrecht en op de (overige) regelgeving betreffende grondzaken, die relevant is bij de uitvoering van (in het bijzonder) het plan dat primair bepalend is voor het gebruik dat van de grond mag worden gemaakt. Dat plan is nu nog het bestemmingsplan, maar het wordt het omgevingsplan.
Veel van de voor het notariaat relevante omgevingsrechtelijke regelingen, waaronder de Wet ruimtelijke ordening, de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht, de Wet voorkeursrecht gemeenten en de Belemmeringenwet privaatrecht, zullen binnen afzienbare tijd worden geïncorporeerd in de overkoepelende Omgevingswet, waarbij zij in meer of mindere mate zullen worden gewijzigd en waarmee zij als eigenstandige regeling zullen verdwijnen. De inwerkingtreding van de Omgevingswet is al vele malen uitgesteld, maar zij is thans voorzien voor 1 januari 2022. Bij de behandeling van de diverse onderwerpen zal daarom worden uitgegaan van het nieuwe (althans het aanstaande) recht.
Leerdoelen
Doel van het vak:
Het vak Bijzonder bestuursrecht voor notariëlen wil u wegwijs maken in de delen van het bijzondere bestuursrecht die voor u als masterstudent notarieel recht met name van belang zijn. Het wil u in staat stellen om de relevante wettelijke regelingen en jurisprudentie te vinden en zelfstandig toe te passen, zodat u aan de praktijk ontleende casus kunt oplossen.
Leerdoelen
U kunt bepalen welk grondgebruik er onder welke voorwaarden is toegestaan ingevolge een omgevingsplan als bedoeld in de Omgevingswet.
U kunt de overige tijdens het onderwijs aan de orde gestelde bestuursrechtelijke wetgeving betreffende grondzaken toepassen op aan de praktijk ontleende casus.
U kunt een beargumenteerd standpunt innemen aangaande vragen die de onderscheiden wettelijke regelingen doen rijzen, hetzij op zichzelf beschouwd, hetzij in onderling verband bezien.
U kunt uw antwoorden en standpunten goed gestructureerd en in goed Nederlands schriftelijk verwoorden.
Rooster
Zie MyTimetable.
Onderwijsvorm
Hoorcolleges
Aantal à 2 uur: 5
Namen docenten: Mr. J. Robbe
Vereiste voorbereiding door studenten: bestudering van de opgegeven literatuur en jurisprudentie
Werkgroepen
Aantal à 2 uur: 5
Namen docenten: Mr. J. Robbe
Vereiste voorbereiding door studenten: grondige bestudering van de opgegeven literatuur en jurisprudentie. Tevens moet u de weekopdrachten schriftelijk hebben voorbereid.
Tijdens de cursus maakt u ook een schrijfopdracht, samen met een van uw medestudenten. Deze opdracht wordt beoordeeld met een cijfer, dat voor 30% meetelt bij de bepaling van het eindcijfer. De opdracht moet worden ingeleverd via Brightspace. Via Turnitin vindt in de eerste plaats een plagiaatcontrole plaats. Tevens krijgt u via Turnitin feedback op uw werk.
Toetsing
Toetsvorm(en)
Deeltoets: schrijfopdracht (30%)
Deeltoets: tentamen (70%)
Het tentamen bestaat uit een aantal casusvragen.
Het cijfer voor de schrijfopdracht en het cijfer voor het tentamen vormen tezamen het eindcijfer, waarbij – zoals opgemerkt – het cijfer voor schrijfopdracht voor 30% meetelt en het cijfer voor het tentamen voor 70%. De schriftelijke opdracht geldt als een praktische oefening in de zin van de Onderwijs- en examenregeling voor uw masteropleiding. Dit betekent dat het voltooien van de opdracht een vereiste is voor deelname aan het tentamen. De schriftelijke opdracht kan niet worden herkanst. Het cijfer ervoor blijft staan voor het hertentamen en telt dan eveneens voor 30% mee.
Hertentamen (70%)
De herkansing zal in beginsel eveneens een schriftelijk tentamen zijn, bestaande uit casusvragen. In geval van een gering aantal ‘herkansers’ kan het hertentamen mondeling worden afgenomen.
Inleverprocedures
Nadere informatie wordt verstrekt via Brightspace.
Examenstof
Tot de examenstof behoort de verplichte literatuur en jurisprudentie en hetgeen behandeld is tijdens de hoorcolleges en de werkgroepen.
Regeling herkansen voldoendes
Op dit vak is de regeling herkansen voldoendes van toepassing (artikel 4.1.8.1 e.v. OER). Studenten die bij de eerste kans een voldoende eindcijfer hebben behaald, kunnen onder bepaalde voorwaarden het schriftelijke (eind)tentamen opnieuw afleggen op het reguliere herkansingsmoment. Om een voldoende te kunnen herkansen, dienen studenten eerst om toestemming te vragen bij het OIC. Kijk voor meer informatie op de studentensite onder ‘Inschrijven voor vakken en tentamens’ > ‘Toestemming voldoende herkansen’.
Literatuur
Verplicht studiemateriaal
De wettelijke regelingen, de literatuur en de jurisprudentie genoemd in het overzicht van het verplichte studiemateriaal dat vóór de aanvang van de cursus op Brightspace wordt gepubliceerd.
Actuele wetteneditie: Kluwer Collegebundel 2022-2023 of Sdu Wettenbundel 2022-2023.
Aanbevolen studiemateriaal
T. Barkhuysen, J.E. van den Brink, C. de Kruif, W. den Ouden, Y.E. Schuurmans & M.K.G. Tjepkema, Bestuursrecht in het Awb-tijdperk, Deventer: Kluwer, 8e druk, 2018.
(Tussentijdse) kennisname (van onderdelen) van dit boek wordt aanbevolen omdat kennis van het algemene bestuursrecht, opgedaan in de bachelor, onontbeerlijk is voor een goed begrip van het bijzondere bestuursrecht dat in dit vak wordt behandeld.
Aanmelden
Zie voor informatie over aanmelding de website onder het kopje “aanmelding onderwijs en tentamens”.
Contact
Vakcoördinator: Mr. J. Robbe
Werkadres: Steenschuur 25, kamer B4.28
Bereikbaarheid: per e-mail
E-mail: j.robbe@law.leidenuniv.nl
Instituut/afdeling
Instituut: Privaatrecht
Afdeling: Notarieel recht
Kamernummer secretariaat: B2.41
Openingstijden: 9.00 – 16.30 uur
Telefoon secretariaat: 071 – 527 7880
E-mail: notarieelrecht@law.leidenuniv.nl
Opmerkingen
Indien er van overheidswege (corona-)beperkingen worden opgelegd, is deze vakbeschrijving onderhevig aan wijzigingen.