Toegangseisen
Het vak “Inleiding Godsdienstwetenschap” moet met succes zijn afgerond.
Beschrijving
Het doel van de vergelijkende godsdienstwetenschap is niet alleen het adequaat beschrijven van religieuze ideeën, handelingen en instituties, maar ook te onderzoeken welke geloofsvoorstellingen ondersteund worden door welke opvattingen, gebruiken en sociale instrumenten, en na te gaan onder welke omstandigheden dat gebeurt. Het gaat daarbij om ontwikkelingsperspectieven en veranderingsprocessen.
Blok 1: De vergelijkende methode. In dit deel van het college wordt een methodische hoofdvraag aan de orde gesteld: hoe en met welk doel te vergelijken? De omvangrijke cultuurgebieden van Indonesië en Marokko lenen zich voor een leerzame vergelijking omdat ze zowel overeenkomsten als verschillen vertonen. Dat maakt dat beide een soort toelichting op een ieders karakter vormen.
Blok 2: Trance en Bezetenheid. Allerlei vormen van extase en bezetenheid zijn onderzocht, maar zelden aan een kritisch vergelijkend onderzoek onderworpen. In dit deel van het college wordt nagegaan hoe deze ervaringen in hun sociale context geplaatst kunnen worden en wat daarvan de winst is. Ook hier gaat het dus opnieuw over de methodiek van het vergelijken en de theoretische implicaties daarvan.
Leerdoelen
Verdiepende kennis van de problematiek van het vergelijken in de godsdienstwetenschap.
Inzicht in theoretische en methodologische aspecten van godsdienstwetenschappelijk onderzoek.
De vaardigheid om gezaghebbende theorieën of onderzoekprogramma’s aan de hand van concrete case studies te beoordelen, toe te passen of te verfijnen.
Rooster
Roosters Instituut voor Godsdienstwetenschappen
Onderwijsvorm
Combinatie hoor/werkcollege.
Toetsing
Actieve deelname aan het college
Vijf essays voor blok I
Schriftelijk werkstuk voor blok II
Blackboard
Deze cursus wordt ondersteund door Blackboard
Literatuur
Blok I:
Clifford Geertz, Islam Observed: Religious Development in Morocco and Indonesia, Chicago/London: The University of Chicago Press, 1968 (en latere herdrukken)
Henry Munson, Jr., ‘Al-Yusi as Exemplar: Two Interpretations’, en ‘Conclusion: Rethinking Geertz’, in: H. Munson, Religion and Power in Morocco, New Haven 1993, pp. 1-34; 180-185
T. Asad, The Idea of an Anthropology of Islam. Washington, DC: Center for Contemporary Arab Studies, Georgetown University, 1986
Blok II:
I.M. Lewis, Ecstatic Religion: A Study of Shamanism and Spirit Possession, London: Routledge, 20033
J. Boddy, ‘Spirit Possession Revisited: Beyond Instrumentality’, Annual Review of Anthropology 23 (1994), 407-434
J. McIntosh, ‘Reluctant Muslims: Embodied Hegemony and Moral Resistance in a Giriama Spirit Possession Complex’, Journal of the Royal Anthropological Institute N.S. 10 (2004), 91-112
D.N. Gellner, ‘Priests, Healers, Mediums and Witches: The Context of Possession in the Kathmandu Valley, Nepal’, Man N.S. 29 (1994), 27-48
A. Ong, ‘The Production of Possession: Spirits and the Multinational Corporation in Malaysia’, American Ethnologist 15 (1988), 28-42
Aanmelden
Via uSis en blackboard