Studiegids

nl en

Sturing en regeling

Vak
2011-2012

Beschrijving

Het menselijk lichaam bezit een gecompliceerde structuur, bestaande uit cellen, weefsels en organen. Het functioneren van het lichaam berust op een fijn afgestemd samenspel van de verschillende onderdelen die vaak een regelkring vormen. De communicatie in een regelkring vindt plaats door middel van boodschappen in de vorm van elektrische signalen, zoals actiepotentialen door neuronen, of in de vorm van chemische signalen, zoals hormonen door kliercellen.

Sturing en regeling van uiteenlopende fysiologische grootheden zijn essentieel voor het overleven van het individu. Bij hormonale en neuronale regelingen vindt negatieve terugkoppeling of tegenkoppeling plaats, een mechanisme waarbij een verandering van de geregelde grootheid wordt teniet gedaan en dus constant blijft (homeostase). Tegenkoppeling leidt tot stabiele regeling van uiteenlopende fysiologische grootheden. Een defect in een onderdeel van de regelkring, bijvoorbeeld een hyper- of hypofunctie van het betrokken weefsel, kan een ernstige ziekte veroorzaken. Ter sprake zullen komen regeling en ontregeling van de lichaamstemperatuur, van de bloedspiegels schildklierhormoon en bijnierschorshormoon cortisol en van de koolhydraat- en vetstofwisseling. Ook de regelsystemen die een rol spelen bij de voorplanting, het overleven van de soort, zullen aan bod komen en met name de regeling en ontregeling van de geslachtshormonen, van de baring en van seksualiteit. De bouw van de bij genoemde regelingen betrokken weefsels en organen zal macroscopisch en microscopisch worden bestudeerd.

In dit blok zal tevens aandacht worden besteed aan de vaardigheid om computersimulaties uit te voeren en om mondeling te presenteren.

De stof uit dit blok wordt in de verdere studie bekend verondersteld en is vooral van belang in het blok Endocriene Stoornissen (jaar 3 Bachelor) en het blok Voortplanting en Seksualiteit in de geneeskunde master.

Doel

  • De student kan de basale principes van fysiologische regelkringen beschrijven en kan deze toepassen op regelsystemen die van belang zijn voor de handhaving van het milieu interieur en voor de voortplanting.

  • De student kan de macroscopische en microscopische bouw en ligging van de bij de regeling betrokken weefsels en organen beschrijven.

  • De student is in staat te beredeneren welke consequenties het abnormaal functioneren van een onderdeel van het regelsysteem heeft voor het systeem als geheel.

  • De student leert studieresultaten presenteren tijdens een voordracht voor een forum bestaande uit studenten en docenten.

Onderwijsvorm

Hoorcolleges en patientdemonstraties, werkgroepen, ensembles, practicum computersimulatie, twee microscopiepractica.

Toetsing

Toetsing vindt plaats middels een schriftelijk tentamen, bestaande uit meerkeuzevragen.