Studiegids

nl en

BLOK 6 Ecologie, Gedrag en Milieu

Vak
2011-2012

Toegangseisen

n.v.t.

Beschrijving

Ecologie bestudeert de interacties van organismen (ook van de mens) die bepalend zijn voor de veranderingen van hun aantallen, voor hun ruimtelijke verspreiding, voor de verandering van hun eigenschappen via natuurlijke selectie en evolutie en ook voor biodiversiteit. De interactieprocessen zijn onder meer eten en gegeten worden (ziekten, planteneters, rovers en aanpassingen daartegen zoals immuunsystemen), concurreren met soortgenoten en niet-soortgenoten (en specifieke aanpassingen ). Inzicht in deze processen vormt de basis voor duurzaam oogsten van populaties (visserij, jacht), maar ook voor biologische alternatieven voor chemische bestrijding van plagen en voor de onderbouwing van natuurbeheer.

Gedrag is een van de meest kenmerkende en complexe eigenschappen van dieren en mensen. De Gedragsbiologie heeft als doel inzicht te verkrijgen in de processen die een rol spelen bij de ontwikkeling, de regulering en de organisatie van gedrag, en ook in de adaptieve betekenis en de evolutie van gedrag. Ze doet dat door vanuit een natuurwetenschappelijke benadering beschrijvend en experimenteel onderzoek te doen. In dit cursusonderdeel worden een beknopt breed overzicht over de gedragsbiologie en voorbeelden van gedragsbiologisch onderzoek bij dier en mens gegeven.

Milieubiologie is biologie ten diensten van het voorkomen, verminderen of oplossen van milieu- en natuurproblemen. Ze is daarmee een op toepassing gerichte wetenschap die haar vraagstelling ontleent aan maatschappelijke problemen. De invloed van menselijke activiteiten op stoffencycli en energiestromen, en op het voorkomen van planten, dieren en gemeenschappen staat centraal. Maar ook het bestuderen van de betekenis die planten, dieren en gemeenschappen hebben voor mensen hoort tot het vakgebied.

Leerdoelen

Doelstellingen:

Ecologie: het verschaffen van een overzicht over en inzicht in basisconcepten en ecologische/evolutionaire theorieën (kosten en baten en mechanismen van aanpassingen (optimalisatie); mechanismen intra- en interspecifieke concurrentie; mechanismen van populatiefluctuaties en draagvermogen milieu; de betekenis en werking van dichtheidsafhankelijkheid; eilandtheorie/biodiversiteit; evolutie van resistentie). De maatschappelijke context van de wetenschap ecologie.

Gedrag: Verschaffen van een eerste overzicht over concepten en theorieën uit de gedragsbiologie, over de verschillende typen vragen die aan gedragsbiologisch onderzoek ten grondslag liggen en over hoe die experimenteel kunnen worden geanalyseerd.

Milieubiologie: In dit onderdeel Milieubiologie worden de eerste beginselen van de stoffencycli, energiestromen en ecotoxicologie behandeld, samen met de kennis die nodig is om de achteruitgang in soorten te stoppen en gemeenschappen te herstellen. Aan de hand van enkel voorbeelden wordt die achteruitgang geschetst en het beleid behandeld dat als een reactie daarop in gang is gezet.

Eindtermen:

Ecologie:

  1. In staat zijn met populatie- en concurrentiemodellen te werken.
  2. Onderscheid kunnen maken tussen proximate en ultimate mechanismen.
  3. In staat zijn hypotheses op te stellen over verwachte evolutionaire uitkomsten onder specifieke milieu-omstandigheden voor wat betreft a. de optimale combinatie zaadgrootte en zaadaantal; b. de optimale combinatie van de eigenschappen kiemrust en zaadverspreiding; c. de optimale life history.
  4. In staat zijn om op basis van de behandelde theorieën experimenten te ontwerpen om hypotheses te toetsen.

Gedrag: In staat zijn tot het onderscheid maken tussen verschillende typen vragen, m.n. proximate en ultimate vragen. Verwerven van inzicht in de aard van een aantal proximate en ultimate processen die een rol spelen bij het veroorzaken van gedrag. Het verkregen hebben van kennis over een aantal belangrijke concepten.

Milieubiologie: Voor Milieubiologie moeten de student kort de cyclus van enkele voor de levende natuur belangrijke stoffen kunnen weergeven en de energieoverdracht tussen trofische niveaus kunnen berekenen. Verder wordt bekendheid met de basisbegrippen uit de milieubiologie en het natuurbeleid verwacht.

Rooster

Zie studiegids

Onderwijsvorm

Colleges, zelfstudie, werkgroep

Toetsing

Multiple choice tentamen

Blackboard

Blackboard zal gebruikt worden

Literatuur

n.v.t

Aanmelden

n.v.t

Contact

Ecologie: Prof.dr.E.v.d.Meijden, email: e.van.der.meijden@biology.leidenuniv.nl
Gedrag: Prof.dr.C.J.ten Cate, email: c.j.ten.cate@biology.leidenuniv.nl
Milieubiologie: Dr.C.Musters, email: musters@cml.leidenuniv.nl

Opmerkingen

n.v.t