Toegangseisen
Voor deze cursus is geen ingangsniveau vereist.
Voor deze cursus geldt een maximum van 25 studenten, hoofdvakstudenten hebben voorrang op keuzevakstudenten.
Beschrijving
Inleiding in de taalkundige diversiteit van het Nabije Oosten van de vroegste geschreven talen, zoals het Sumerisch en oudegyptisch tot het Arabisch. Er wordt specifiek gelet op de verwantschap tussen talen en hoe zij zich ontwikkelen en uitsterven. De cursus bevat ook een inleiding in taalkundige begrippen en methoden van taalclassificatie.
Blok I bestaat uit 5 colleges van 2 uur. Deze colleges vallen samen met het college Linguistic History of the Middle East, en dit gedeelte zal in het Engels worden gegeven. Per college zullen een aantal linguïstische concepten worden geïntroduceerd, die in de tussentoets terugkomen.
Blok II bestaat uit 7 hoorcolleges en 7 werkcolleges (4 uur per week) waarin de diverse talen van het oude Nabije Oosten aan bod zullen komen met het oog op de taalkeuze tijdens het vervolg van de studie OCMW.
Leerdoelen
Verkrijgen van taalkundige basiskennis in relatie tot het oude Nabije Oosten, noodzakelijk voor de taalkeuze die gemaakt moet worden in het vervolg van het programma.
Rooster
Onderwijsvorm
Blok 1: hoorcollege
Blok 2: werkcollege
Studielast
Toetsing
deeltoets (30%), praktijkopdrachten (40%) en schriftelijk eindtentamen (30%).
De deeltoets en de praktijkopdrachten kunnen niet worden herkanst. Het schriftelijk tentamen kan één keer worden herkanst (en geldt dan ook voor 30%).
Literatuur
Literatuur bij de eerste acht college’s wordt bekendgemaakt via Blackboard en tijdens de college’s.
Bij colleges 9-13:
J. Loose (red.), De talen van het oude Nabije Oosten; Mededelingen en verhandelingen van het Vooraziatisch-Egyptisch Genootschap “Ex Oriente Lux” 32; pp. 1-120
Aanvullende literatuur en praktijkopdrachten worden via Blackboard en tijdens de colleges bekend gemaakt.
Aanmelden
Aanmelden via uSis
Contact
Blok 1: Dr. Ahmad Al-Jallad
Blok 2: Mw Dr. W.J.I. Waal