Studiegids

nl en

De Oudere

Vak
2014-2015

Beschrijving

In het blok wordt stilgestaan bij de vraag “waarom” en “hoe” wij oud worden en bij de diversiteit onder ouder wordende mensen. De evaluatie van de oudere patiënt is een kunst op zich en is een belangrijk onderdeel van het blok ‘De Oudere’. Klinische vraagstellingen die centraal staan zijn verwardheid, vallen, circulatiestoornissen en kanker bij ouderen. Na een kritische blik op de toepasbaarheid van de principes van de ‘Evidence Based Medicine’ wordt er ruim geoefend met de vraagstukken geriatrische farmacotherapie en multimorbiditeit bij ouderen. Ook wordt aandacht gegeven aan ethische dilemma’s, de organisatie van ouderenzorg, en aan preventieve strategieën.
Tijdens het blok worden met beeldmateriaal en ‘live’ patiënten gedemonstreerd. Deze presentaties zijn startpunt om een aantal facetten van ouderengeneeskunde toe te lichten zoals: de klinische evaluatie van een oudere patiënt, de geriatrische farmacotherapie en een aantal thema’s, ook wel ‘geriatrische reuzen’ genoemd. Binnen elke thema worden hoorcolleges gegeven die een verdieping geven op de informatie uit het kernboek. Het denken van de arts wordt bij veel thema’s geïllustreerd aan de hand van een schema en/of een tabel in het blokboek en/of kernboek. Een voor de vraagstelling typische casus is soms het startpunt voor een zelfstudieopdracht zoals het lezen van een richtlijn of een gezondheidsrapport. In de verschillende werkgroepen zal de verworven kennis op nieuwe casuïstiek worden toegepast. In de responsiecolleges is er ruimte voor discussie over de studiestof en over het proeftentamen. Tenslotte zijn er computeroefeningen o.a. over het rationeel voorschrijven van geneesmiddelen en over het herkennen van huidkanker.
In dit blok wordt er vanuit gegaan dat u de kennis van vorige jaren beheerst. De ziektebeelden zoals diabetes mellitus, ischemische hartziekten, chronisch obstructief longlijden, aandoeningen van het bewegingsapparaat en psychiatrische aandoeningen zijn een integraal onderdeel van de casuïstiek zoals die in het blok en in de tentamenvragen wordt gepresenteerd.

Doel

  • De student weet dat het functioneren van oude mensen het gevolg is van een samenspel tussen lichamelijke én psychische én sociale factoren.

  • De student kan de op elkaar ingrijpende pathofysiologische mechanismen beschrijven die leiden tot multimorbiditeit en dysfunctioneren van oude mensen.

  • De student kan de “typische” klinische demonstraties van zieke, dysfunctionerende oude mensen herkennen en benoemen.

  • De student kan in deze typische klinische demonstraties aangrijpingspunten vinden voor aanvullende diagnostiek, therapie en zorg.

Onderwijsvorm

Hoor- en responsiecolleges, ZSO’s, werkgroepen en e-learning.

Toetsing

Het drie uur durende schriftelijk tentamen bestaat uit diverse soorten inzicht- en toepassingsvragen zoals multiple choice vragen, extended matching vragen, open vraag ethiek, open 6Step-vraag. De vragen hebben als startpunt vaak voorkomende (klinische) casussen. Bij het maken van het tentamen is het gebruik van kernboeken en alle aantekeningen niet toegestaan. Het proeftentamen is vanaf het begin van het blok te zien op Blackboard.