Studiegids

nl en

Seminar OCMW 2

Vak
2014-2015

Toegangseisen

Egypte onder de farao’s, Van Sumer tot Babylon, Geschiedenis van het Oude Israël, Oude Geschiedenis (Griekenland en Rome)

Beschrijving

De kennis van de materiële cultuur in de landen van de Oude Mediterrane Wereld berust op archeologische gegevens en de interpretatie van schriftelijke bronnen. Het college bestaat uit 13 wekelijkse sessies van elk 2 uur. Voorafgaand aan elk college levert een van de studenten een schriftelijke samenvatting van opgegeven literatuur in bij de docent en geeft aan het begin van het college hierover een presentatie. Na een theoretische inleiding (4 sessies) volgen verschillende case studies uit de Egyptologie (3 sessies), Assyriologie (3 sessies), en Syro-Palestijnse archeologie met bijzondere betrekking op het oude Israel (3 sessies), waarin nader wordt ingegaan op specifiek archeologische aspecten van de materiële cultuur in deze gebieden. De presentatie en de schriftelijke samenvatting van literatuur maken deel uit van de toetsing.

Leerdoelen

  • Een goed beeld krijgen van de huidige stand van zaken binnen de archeologie van Egypte, het oude Syrië-Palestina, en Mesopotamië door middel van de geselecteerde archeologische literatuur.

  • In staat zijn huidig onderzoek en literatuur van een onderwerp uit de literatuurlijst kritisch te analyseren en een eigen, beargumenteerde mening daarover te vormen en deze schriftelijk weer te geven (omvang 2-3 A4).

  • Deze mening mondeling (10-15 minuten) op een heldere manier te presenteren.

  • Gebruik van het apparaat.

Rooster

Collegerooster

Onderwijsvorm

Hoor-/Werkcollege met verplichte aanwezigheid.

Studielast

De studielast van dit college bedraagt 140 uur:

  • college: 13 × 2u = 26 uur

  • 3x maken van schriftelijke samenvatting van literatuur en mondelinge presentatie: 12 uur

  • na blok 4: schriftelijk tentamen met open vragen: 102 uur (waarvan 50 uur voor literatuur over theoretisch fundament en 52 uren voor case studies).

Toetsing

  • Tussentijds: Schriftelijke samenvatting van literatuur en mondelinge presentatie van drie sessies (30%)

  • Afsluitend schriftelijk tentamen (70%)

De weging van beide cijfers vindt alleen plaats met een voldoende voor het tentamen.

  • Herkansing: schriftelijk tentamen (100%)

Literatuur

Theorie en methodologie:

  • D.L. Clarke, Analytical Archaeology. Revised edition (London 1978), xv-xviii; 1-41.

  • C. Renfrew, P. Bahn, Archaeology. Theories, Methods and Practice, (London na 2010!), Introduction (9-18), hoofdstukken 3 (71-120), 4 (121-166), 5 (167-222), 10 (381-420), 12 (463-492) en 14 (535-548).

  • S. Shennan, Quantifying Archaeology (Edinburgh 1997), 1-70.

Case study Egypte

  • B Kemp, The city of Akhenaten and Nefertiti. Amarna and its people, (London 2012), Introduction (14-21), hoofdstukken 1 (23-47), 5 (155-195), 6 (197-229), 8 (265-300).

  • Collegestof (overige op college behandelde case studies).

Aanmelden

Usis

Contact

J.G. Dercksen

Opmerkingen