Toegangseisen
Bachelor rechtsgeleerdheid (zie ook OER).
Beschrijving
Het privatissimum is een onderwijsvorm waarbij de zelfwerkzaamheid van de deelnemers centraal staat. Het zijn de deelnemers zélf die samen, met en voor elkaar diverse strafrechtelijke thema’s, zowel op het gebied van het materiële als het formele strafrecht, vanuit verschillende invalshoeken bestuderen. Deze bestudering geschiedt door het schrijven van schriftelijke opdrachten, het houden van een referaat en het deelnemen en voorzitten aan discussies over de verschillende onderwerpen. Bij het privatissimum staat centraal het (verder) ontwikkelen en toepassen van een wetenschappelijke attitude en vaardigheden die gedurende de studie zijn opgedaan.
Deze vaardigheden betreffen in het bijzonder:
mondelinge vaardigheden, die worden ontwikkeld door het houden van een referaat en het actief deelnemen aan en voorzitten van discussies;
onderzoeksvaardigheden, die worden ontwikkeld door het zoeken naar relevante wetgeving, jurisprudentie en literatuur ter ondersteuning van een referaat en de schriftelijke opdrachten;
schrijfvaardigheden, die worden ontwikkeld door het schrijven van het referaat en de schriftelijke opdrachten. Het gaat bij het privatissimum niet zozeer om het ontwikkelen van praktische schriftelijke vaardigheden (zoals bij practicum), maar meer om het ontwikkelen van wetenschappelijke schriftelijke vaardigheden met een hoger abstractieniveau, zoals het schrijven van een commentaar op wetsvoorstellen, een annotatie, een artikel en een essay.
Binnen het vak worden diverse privatissima aangeboden die nauw aansluiten bij het profiel van de afdeling straf- en strafprocesrecht in het algemeen en de wetenschappelijke expertise van de docenten in het bijzonder. De onderwerpen worden ieder jaar daarop afgestemd en kunnen per jaar verschillen.
Leerdoelen
Doel van het vak:
Het doel van het vak is de student vertrouwd, kundig en vaardig te maken met het doen van rechtswetenschappelijk onderzoek.
Eindkwalificaties (eindtermen van het vak)
Door het privatissimum bent u in staat om op abstract niveau verbanden te leggen tussen actuele ontwikkelingen op een specifiek deelterrein van het straf(proces)recht en de daaraan ten grondslag liggende beginselen, dogmatiek en/of wetssystematiek. Door het verrichten van een verdiepende studie, het maken van de opdrachten en het presenteren van de onderzoeksresultaten zijn in het bijzonder de volgende algemene vaardigheden (verder) ontwikkeld:
Het zelfstandig kunnen verrichten van onderzoek naar en selecteren van bronnen (regelgeving, literatuur en rechtspraak);
Het kunnen toepassen van het uit verschillende bronnen gevonden materiaal op fundamentele vraagstukken van een specifiek deelterrein van het straf- en strafprocesrecht;
Het kunnen maken van een verslag van het verrichte onderzoek, waarin de resultaten, voorzien van bronvermelding worden gepresenteerd aan de hand van een duidelijke vraagstelling, een heldere opbouw en kwalitatief goede argumentatie en taalgebruik; * Het kunnen formuleren en uitspreken van een betoog waarin een beschouwing over het deelonderwerp wordt gehouden en een zelf geformuleerd standpunt wordt verdedigd ten overstaan van medestudenten;
Het kunnen deelnemen aan een wetenschappelijke discussie;
Het kunnen voorzitten van een wetenschappelijke discussie;
Academische attitude.
Rooster
Kies voor propedeuse of bachelor en master.
Onderwijsvorm
Hoorcolleges
Geen.
Werkgroepen
LET OP: Alle werkgroepen zijn verplicht
Aantal à 2 uur: 11
Namen docenten: n.n.b.
Vereiste voorbereiding door studenten: Studenten dienen zich voor elke werkgroep te hebben voorbereid door het bestuderen van de eventueel voorgeschreven stof, het zelf opzoeken van relevante (aanvullende) literatuur, jurisprudentie, wetgeving etc. en het maken van van (of, in geval van een betoog: voorbereiden van) de voor die week voorgeschreven opdracht.
Toetsing
Toetsvorm(en)
Het eindcijfer wordt gevormd door de resultaten van vier schriftelijke opdrachten (70%), het referaat (20%) en de mondelinge bijdrage aan en het voorzitten van de discussies (10%).
Inleverprocedures
Op papier, via safe-assign.
Examenstof
De voor de opdracht benodigde literatuur, zoals aangewezen in het onderwijsprogramma van het betreffende privatissimum, alsmede de door studenten zelf vergaarde literatuur.
Opmerkingen
Blackboard
Bij dit vak wordt gebruik gemaakt van Blackboard.
Literatuur
Verplicht studiemateriaal
De ‘Stamliteratuur’ van de Masterspecialisatie Strafrecht, te weten:
G.J.M. Corstens/M.J. Borgers, Het Nederlands Strafprocesrecht, Deventer: Kluwer (laatste druk)
J. de Hullu, Materieel Strafrecht, Deventer: Kluwer (laatste druk).
Werkboek:
De informatievoorziening over de opbouw en de inhoud van de privatissima verloopt via Blackboard en de respectievelijke werkgroepen.
Reader:
- Op Blackboard te plaatsen Leidraad Privatissimum straf- en strafprocesrecht.
Aanmelden
Aanmelding is mogelijk voor een specifieke werkgroep. De aanmelding verloopt via uSis.
Contact
Vakcoördinator: prof. mr. C.P.M. Cleiren
Werkadres:Steenschuur 25, kamer B1.45
Bereikbaarheid: op afspraak
Telefoon: 071- 527 7518 (secretariaat)
E-mail: c.p.m.cleiren@law.leidenuniv.nl
Instituut/afdeling
Instituut: Strafrecht & Criminologie
Afdeling: Strafrecht en Strafprocesrecht
Kamernummer secretariaat: C 1.01
Openingstijden: Ma/di/do/vr van 9.00 tot 17.00 uur
Telefoon secretariaat: 071 – 527 7518
E-mail: w.bonis@law.leidenuniv.nl