Het BA-eindwerkstuk
De bacheloropleiding wordt afgesloten met het BA-eindwerkstuk. In het werkstuk laat een student zien dat hij of zij in staat is zelfstandig een kritische beschrijving te geven van de state of the art met betrekking tot een filosofisch probleem op het terrein van de gekozen specialisatie.
Het onderwerp van het BA-eindwerkstuk behoort behoort tot de gekozen specialisatie. In principe ligt het onderwerp van het BA-eindwerkstuk in het verlengde van een van de BA3-cursussen die de student heeft gevolgd. Studenten kunnen zelf een van de docenten van het Instituut voor Wijsbegeerte vragen als begeleider van hun eindwerkstuk. De student legt de keuze van onderwerp en begeleider voor het BA-eindwerkstuk vooraf ter goedkeuring voor aan de examencommissie.
Eindtermen
Uit het eindwerkstuk moet blijken dat de student voldoet aan de eindtermen die voor deze opleiding zijn vastgesteld voor zowel kennis als vaardigheden. Meer concreet moet uit het werkstuk en uit de werkwijze die tot dat werkstuk heeft geleid blijken dat de student in staat is om:
onder supervisie een werkplan te ontwikkelen, uit te voeren en te evalueren;
vakwetenschappelijke literatuur te selecteren en te verzamelen;
de in de opleiding verworven kennis en inzichten toe te passen bij het oplossen van problemen binnen het vakgebied;
zelfstandig een eigen standpunt te bepalen in een actuele filosofische discussie;
onderzoeksresultaten ordelijk, helder, toegankelijk en met argumenten omkleed in een schriftelijk verslag vast te leggen.
Afstudeerfase
De afstudeerfase start uiterlijk op het moment dat de student 150 EC van het bachelorprogramma heeft afgerond en niet eerder dan het moment waarop de student 120 EC van het bachelorprogramma heeft afgerond en ten minste één cursus uit het gekozen specialisatie succesvol heeft afgesloten. De mentor van de student ziet er op toe dat de afstudeerfase binnen deze grenzen start. Een student die 150 EC van het bachelorprogramma heeft afgelegd en die geen onderwerp voor een werkstuk heeft weten te kiezen binnen drie weken te rekenen vanaf het moment waarop 150 EC zijn behaald, maakt een keuze uit het standaardaanbod voor eindwerkstukken van de betreffende specialisatie.
Scriptieseminar
In het semester waarin het BA-eindwerkstuk wordt geschreven (semester 2) volgt de student tevens het verplichte scriptieseminar dat wordt verzorgd door de opleiding Wijsbegeerte. Het scriptieseminar is een integraal onderdeel van de fase waarin het BA-eindwerkstuk wordt geschreven (10 EC in totaal). Studenten die zijn vertraagd of om andere redenen het eindwerkstuk schrijven in semester 1, volgen het generieke scriptieseminar op faculteitsniveau.
Begeleiding
De student wordt bij het schrijven van het werkstuk begeleid door een docent van het Instituut voor Wijsbegeerte. De opleiding hecht aan duidelijke afspraken over de rechten en plichten van de student in deze belangrijke fase van de opleiding. Deze rechten en plichten, waaraan overigens ook de begeleider zich committeert, zijn vastgelegd in het Protocol afstudeerfase. De afspraken met betrekking tot de planning en begeleiding bij het schrijven van het eindwerkstuk worden door de student en de begeleider schriftelijk vastgelegd in het Afsprakenformulier BA-eindwerkstuk. De afspraken betreffen de keuze van het onderwerp van het werkstuk en de fasering van het onderzoek resulterend in het werkstuk. In de fasering zijn ten minste vier rapportage/feed back momenten opgenomen, en wel met betrekking tot:
de probleemstelling en voorlopige literatuurselectie;
de opzet van het onderzoek;
de pre-finale versie;
de eindversie
Formele eisen en beoordelingscriteria
Het afstudeerwerkstuk heeft een studielast van 10 EC en een omvang van maximaal 8.500 woorden inclusief noten, bibliografie en bijlagen. De vereisten waaraan het BA-eindwerkstuk moet voldoen en de criteria die worden gehanteerd bij de beoordeling van het eindwerkstuk zijn vastgelegd in het Protocol afstudeerfase.