Studiegids

nl en

Apotheker en Maatschappij

Vak
2015-2016

Beschrijving

Dit inleidend vak geeft de student een zo compleet mogelijk beeld van het werkveld van de apotheker. Daarnaast krijgt de student inzicht in de plaats van de apotheker binnen de gezondheidszorg, de patiënt en zijn geneesmiddel, voor farmacie relevante wet- en regelgeving, psychologie van de patiënt en patiëntgerichte communicatie. Om inzicht te krijgen in deze onderwerpen worden gastdocenten met expertise van het betreffende vakgebied betrokken bij het geven van hoor- en werkcolleges. Naast hoor- en werkcolleges, maakt de student de stof eigen middels zelfstudie. Eveneens zal een discussiegroep ethiek worden georganiseerd, waarin eenvoudige ethische kwesties uit de apotheek worden behandeld. Patiëntgerichte communicatie wordt aangeleerd in de vorm van een communicatietraining en is bedoeld als opstap naar de meer klinisch georiënteerde masteropleiding (Medische) Farmacie.

Coordinator

Mevr. C.S. Blind, MSc

Doelgroep

BFW3

Toegangseisen

De vakken van het ‘Keuzevakkenpakket Farmacie’ zijn uitsluitend toegankelijk voor geselecteerde BFW studenten die voldoen aan de volgende criteria: in september 2013 gestart met hun opleiding BFW, aantoonbare motivatie, professionele studiehouding, goede communicatieve vaardigheden, goede beheersing van de Nederlandse Taal. De selectieprocedure voor het Keuzevakkenpakket Farmacie is in april 2015 afgerond.

Onderwijsvorm

Hoorcolleges en/of werkcolleges + zelfstudie

Literatuur

  • Het Geneesmiddel, 5e herziene druk (2009), Buurma et al.

  • Practical Pharmaceutics: An International Guideline for the Preparation, Care and Use of Medicinal Products; Editors: Bouwman-Boer et al., juni 2015. ISBN: 978-3-319-15813-6

  • Ethiek in praktijk – Bolt et al.

  • KNMP Kennisbank

h3, Leerdoelen:

Werkveld apotheker

  • De student heeft kennis van de werkzaamheden van de apotheker (o.a. diverse werkvelden, ontwikkeling beroep apotheker, farmaceutische patiëntenzorg, medicatiebegeleiding en –bewaking, bereiding, voorlichting en advies).

  • De student begrijpt de nevenprocessen binnen de apotheek: organisatie, bedrijfsvoering, administratie en automatisering.

  • De student heeft inzicht in het proces van voorschrijven en aannemen van een recept tot afleveren van het geneesmiddel.

  • De student begrijpt de rol van de apotheker binnen de maatschappij en gezondheidszorg (NL).

  • De student heeft inzicht in de relatie van de apotheker ten opzichte van andere zorgverleners.

  • De student heeft inzicht in communicatie tussen zorgprofessionals.

  • De student heeft inzicht in de rol van de KNMP (Koninklijke Nederlandse Maatschappij ter bevordering van de Pharmacie)

Patiënt en Geneesmiddel

  • De student heeft inzicht in de weg van de patiënt door de gezondheidszorg in Nederland.

  • De student heeft inzicht in de patiënt en zijn gedrag t.a.v. geneesmiddelengebruik.

  • De student heeft inzicht in het geneesmiddel als therapie.

  • De student heeft kennis van de functie van NPCF (Nederlandse Patiëntenfederatie).

  • De student heeft kennis van de functie van patiëntenverenigingen.

Wet- en regelgeving

  • De student heeft inzicht in de voor de apotheker relevante wet- en regelgeving (WOG/GW, WGBO, wet BIG, privacy, klachtenafhandeling, geneesmiddelenregistratie).

  • De student heeft kennis van de reguleringsinstrumenten (CBG, EMA, FDA).

  • De student heeft kennis en inzicht in het handelen naar de Opiumwet en vergiftenregeling.

Ethiek en recht

  • De student heeft inzicht in maatschappelijke en ethische aspecten ten aanzien van geneesmiddelengebruik.

Psychologie van de patiënt

  • De student heeft basaal inzicht in de psychologie van de patiënt.

  • De student heeft kennis van de verschillende patiëntpopulaties en benadering daarvan.

  • De student heeft basaal inzicht in de sociologie van diverse patiëntengroepen.

Patiëntgerichte communicatie

  • De student is in staat op correcte wijze te communiceren met een patiënt (verplaatsen in de doelgroep, empathische houding) / focus op luisteren-samenvatten-doorvragen.

  • De student kan een baliegesprek met de patiënt voeren.

  • De student kan zich verplaatsen in de rol (houding) van een apotheker tijdens een gesprek met de patiënt (toetsbaar, flexibel, praktisch, betrouwbaar en integer).

  • De student heeft kennis van de psychologie en sociologie van de diverse patiëntenpopulaties in relatie tot medicatiebegeleiding en farmacotherapeutisch advies omtrent geneesmiddelen en kan deze kennis toepassen in een baliegesprek met de patiënt.

Toetsing

Schriftelijk tentamen (100%) ≥ 5,5
Discussiegroep ethiek (aanwezigheidsplicht + actieve deelname)
Communicatietraining 1 en 2 – (aanwezigheidsplicht + actieve deelname)