Toegangseisen
Studenten die in de bachelor geen inleidend vak jeugdrecht hebben gevolgd, wordt dringend aangeraden van te voren een studieboek over dit onderwerp door te nemen, met name op het gebied van de hieronder beschreven thema’s, zoals de hoofdstukken over maatregelen van kinderbescherming en jeugdzorg uit Bruning/Liefaard/Vlaardingerbroek, Jeugdrecht en jeugdhulp, Reed Business Education (2016) of uit Vlaardingerbroek e.a., Het hedendaagse personen- en familierecht, Kluwer (2014).
Beschrijving
Alle kinderen en jongeren hebben recht op zorg als dit noodzakelijk is voor hun problemen. Dat zal zolang dat mogelijk is op vrijwillige basis worden aangeboden als een minderjarige of zijn of haar ouders met gezag of voogd een hulpvraag heeft. Maar als ouders of voogd zelf onvoldoende in staat zijn om een kind voldoende bescherming of hulp te bieden en vrijwillige hulp niet (meer) toereikend is, dan heeft de Staat de verplichting om kinderen te beschermen door gezinsbemoeienis in gedwongen kader. Dan kan een jeugdbeschermingsmaatregel worden opgelegd, ook als de minderjarige en zijn of haar ouders of voogd dit niet willen. Bij de uitvoering van een jeugdbeschermingsmaatregel kunnen vervolgens ook vormen van zorg worden ingezet.
In het kader van jeugdbescherming kunnen ingrijpende beslissingen worden genomen. Beslissingen die, wanneer zij niet zorgvuldig tot stand komen, schendingen van fundamentele mensen- en kinderrechten kunnen opleveren, zoals het recht op (ongestoord) gezinsleven of – bij niet-ingrijpen – het recht op bescherming tegen onmenselijke en vernederende behandeling. In het vak Jeugdbescherming en Jeugdhulp komen deze spanningen tussen wel of niet gedwongen ingrijpen in het gezinsleven en andere ethische vraagstukken aan bod en worden alle betrokken actoren, de organisatie van en de wet- en regelgeving omtrent de jeugdhulp en (internationale) jeugdbescherming inclusief het procesrecht behandeld, waarbij ook aandacht is voor rechtshistorische aspecten.
In de eerste week worden de actoren omtrent de jeugdhulp in Nederland inzichtelijk gemaakt (zoals de Raad voor de Kinderbescherming, Gecertificeerde Instellingen, jeugdhulpaanbieders), worden hun bevoegdheden besproken, en wordt aandacht besteed aan het historisch perspectief. Week 2 van dit vak zal in het kader staan van (de organisatie van) jeugdhulp zoals geregeld in de Jeugdwet en het Besluit Jeugdwet. Hierbij is onder meer aandacht voor de taken en bevoegdheden van het Advies- en Meldpunt Huiselijk Geweld en Kindermishandeling (AMHK: Veilig Thuis). Verder komen jeugdhulp, bezwaar en beroep tegen jeugdhulpbeslissingen, het toezicht op het jeugdhulpstelsel en het klachtrecht aan bod en zal worden ingegaan op de wisselwerking tussen de Jeugdwet en het jeugdbeschermingsstelsel. In week 3 staat het jeugdbeschermingsstelsel (de gedwongen hulpverlening) centraal. Hierbij worden de maatregelen van kinderbescherming zoals een ondertoezichtstelling met of zonder uithuisplaatsing uitvoerig behandeld en wordt ingegaan op de belangrijkste wijzigingen ten opzichte van de regeling zoals die tot 1 januari 2015 gold. Week 4 van dit vak bouwt voort op week 3 door specifiek in te gaan op de positie van uit huis geplaatste kinderen zoals kinderen in de pleegzorg, kinderen in een residentiële instelling en kinderen die verblijven in een accommodatie voor gesloten jeugdzorg en de wet- en regelgeving die hierop van toepassing is. In week 3 en 4 zal de procedurele positie van de minderjarige tevens uitgebreid aandacht krijgen. Tijdens de laatste week van dit vak wordt het thema belicht vanuit internationaal mensenrechtelijk perspectief. Aan bod komt de driehoeksverhouding tussen de minderjarige, zijn of haar ouders en de Staat aan de hand van de bepalingen uit het IVRK en het EVRM.
Tevens zal in het kader van dit vak een gastcollege worden verzorgd door een professional uit de jeugdbeschermingspraktijk en zal een documentaire over jeugdbeschermingszaken aanleiding vormen tot discussie.
Leerdoelen
Doel(en) van het vak:
Het doel van het vak is u bekend te maken met de wet- en regelgeving en jurisprudentie en de juridische knelpunten in de praktijk van de jeugdhulp en jeugdbescherming, inclusief het procesrecht, waarbij de taken en bevoegdheden van de Raad voor de Kinderbescherming, de Gecertificeerde Instellingen en de jeugdhulpaanbieders, de rechten van cliënten en de maatregelen van kinderbescherming vanuit de ontwikkelingen in de huidige samenleving (denk o.a. aan de discussie omtrent sneller of minder snel ingrijpen in het gezin en het centraal stellen van de eigen kracht van gezinnen) worden toegepast. Tevens is het doel om u inzicht te geven in de wijzigingen in het nieuwe jeugdhulp- en jeugdbeschermingsstelsel per 1 januari 2015 en u te leren reflecteren op deze wijzigingen en op maatschappelijke discussies en ethische dilemma’s ten aanzien van jeugdhulp en jeugdbescherming. Daarnaast herkent u in welke situaties de juridische discipline onvoldoende oplossing biedt en er hulp van experts uit andere vakgebieden nodig is.
Eindkwalificaties (eindtermen van het vak)
Na afronding van het vak hebben studenten de volgende kwalificaties verworven:.
Ten aanzien van het opleggen en uitvoeren van kinderbeschermingsmaatregelen en het inzetten van jeugdhulp;
Heeft u grondige kennis en diepgaand inzicht verworven;
Bent u in staat een casus op te lossen;
Bent u in staat juridische vraagstukken aan de hand van de jurisprudentie en huidige wetgeving te begrijpen, te analyseren en juridisch gefundeerd te beantwoorden;.
Bent u in staat kritisch te reflecteren op gangbare oplossingen en (mogelijke) toekomstige ontwikkelingen en herkent u de invloed van maatschappelijke ontwikkelingen op de wet- en regelgeving op het terrein van jeugdhulp en jeugdbescherming en vice versa.
Ten aanzien van de rechtspositie van de minderjarige, waaronder de procespositie bij jeugdhulp- en jeugdbeschermingszaken:
Heeft u grondige kennis en diepgaand inzicht verworven;
Bent u in staat een casus op te lossen.
Ten aanzien van de keten van organisaties op het terrein van de jeugdbescherming en jeugdhulp en het historisch perspectief:
Heeft u kennis en inzicht verworven
U bent tevens in staat om juridische kwesties op het gebied van jeugdhulp, jeugdbescherming waaronder jurisprudentie en wetgeving, voor juridische en niet-juridische lezers toegankelijk te maken.
Rooster
Kies voor bachelor en master.
Onderwijsvorm
Hoorcolleges:
- Aantal à 2 uur: 5
Vereiste voorbereiding door studenten: de in het werkboek opgegeven literatuur
Interactieve Hoorcolleges:
- Aantal à 2 uur: 5
Vereiste voorbereiding door studenten: de in het werkboek opgegeven literatuur
Werkgroepen:
Aantal à 2 uur: 5
Vereiste voorbereiding door studenten: zie Blackboard-omgevingExcursie (onder voorbehoud)
Aantal: 1
Toetsing
Toetsvorm(en)
30% paper van 2500 – 3000 woorden (2e college week 4)
NB onderdeel van de paper is een abstract voor de niet-juridische lezer, waarin onderwerp, vraagstelling en conclusies van de paper in max. 500 woorden worden uitgelegd.70% afsluitend schriftelijk tentamen, dat alleen mag worden gemaakt als voldaan is aan de aanwezigheidsplicht tijdens de werkcolleges.
Als u binnen het studiejaar niet voor alle onderdelen van het vak (evt na herkansing) een voldoende heeft behaald, verliezen eventuele voldoendes die u heeft behaald voor onderdelen hun geldigheid. U dient dan alle onderdelen in een volgend studiejaar te herkansen.
Examenstof
Wordt tijdens de colleges bekend gemaakt.
Regeling mbt deelcijfers en –toetsen
Om het vak te halen moet voor alle onderdelen van het vak een voldoende worden behaald (zowel voor het tentamen als voor de schriftelijke opdracht). Zie voor de uitgebreide regeling met betrekking tot het herkansen van onvoldoende deelcijfers de Regeling met betrekking tot deelcijfers die te vinden is op de algemene Blackboard omgeving van de master Jeugdrecht.
Blackboard
Bij dit vak wordt gebruik gemaakt van Blackboard.
Literatuur
Verplicht studiemateriaal
- Bruning, Liefaard en Vlaardingerbroek, Jeugdrecht en jeugdhulp, Amsterdam: Elsevier/Reed Business Education 2016.
Reader:
Reader met actuele wetenschappelijke artikelen en jurisprudentie.
Aanbevolen studiemateriaal
Asser/de Boer, Personen- en Familierecht, Kluwer 2010
Baestiaans ea., Kleine gids pleegzorg, Kluwer 2011
Kramer, Paraplu voor pleegouders, SWP 2016
Contact
Vakcoördinator: mr. K.A.M. van der Zon
Werkadres: Steenschuur 25, kamer B3.34
Bereikbaarheid: Per e-mail
Telefoon: 071 – 5271569
Instituut/afdeling
Instituut: Privaatrecht
Afdeling: Jeugdrecht
Kamernummer secretariaat: B2.43
Openingstijden: balie van maandag t/m vrijdag van 09.00 uur – 13.30 uur
Telefoon secretariaat: 071-527 6056
E-mail: jeugdrecht@law.leidenuniv.nl
Opmerkingen
Voor de werkcolleges en de interactieve hoorcolleges geldt een aanwezigheidsplicht en wordt actieve deelname verwacht. Studenten die met goede reden een werkgroep moeten missen, melden zich voorafgaand aan de werkgroep af bij de werkgroep-docent. Studenten die met goede reden een tweede werkgroep missen, moeten een vervangende opdracht maken. Van de studenten wordt actieve participatie verwacht. Dit houdt in dat de daarvoor opgegeven literatuur vooraf grondig wordt bestudeerd.