Toegangseisen
Bachelor Rechtsgeleerdheid (zie ook OER).
Beschrijving
Strafrecht wordt zowel in zijn theoretische basis als in zijn toepassing gekenmerkt door een inherente spanning tussen belangen van de gemeenschap als geheel en belangen van de individuele burger. De positie van de overheid en de legitimatie van het publiekrechtelijk karakter van ons strafrecht en onze strafrechtscultuur brengt met zich mee dat dit spanningsveld in de loop van de tijd niet minder is geworden, maar wel voortdurend van kleur verandert. In de loop van de geschiedenis is deze problematiek vooral aan de orde gesteld en bestudeerd vanuit het perspectief van de straf- en strafrechtstheorie. Deze benadering heeft onder meer bijgedragen aan een tamelijk rijk geschakeerd veld van straf(rechts)theorieën, waarin de rechtsstaatgedachte, de democratische beginselen en grondslagen van strafrecht en strafvordering, alsmede fundamenten voor al dan niet gedetermineerde persoonlijke en sociale verantwoordelijkheden centraal staan. In de huidige strafrechtspleging is noch de bedoelde spanning, noch de noodzaak van bestudering van en discussie over die spanning verdwenen. In de huidige tijd komt dit spanningsveld met name naar voren in reacties en kritiek op de ‘criminele politiek’, de wijze waarop de overheid, met het wettelijk kader van het formele en materiële strafrecht als basisinstrument keuzes maakt om beleid te realiseren en eventueel in wetgeving neer te leggen. Daarbij wordt ook de verschuivende positie van ons nationale stelsel naar dat van een EU lidstaat en tendensen in de richting van een adversaire procedure zoals in common law landen onder ogen gezien. Discussies over de legitimiteit van die keuzes vinden hun fundament in dezelfde waarden en normen die (destijds) vorm kregen in de straf(rechts)theorieën. Het vak omvat naar zijn aard zowel aspecten van materieel als van formeel strafrecht.
Leerdoelen
Doel van het vak:
Het doel van deze cursus is om met behulp van de ideeëngeschiedenis van het strafrecht de student een instrumentarium mee te geven voor een kritische beschouwing van de criminele politiek van vandaag en in de toekomst en de studenten vertrouwd te maken met een hedendaagse ‘vertaling’ van de in de ideeëngeschiedenis ontwikkelde opvattingen, posities, waarden en normen. Die vertaling zal zichtbaar worden gemaakt door actuele (deels internationale) crimineel-politieke ontwikkelingen (onder andere op het terrein van wetgeving, beleid en jurisprudentie) te plaatsen in het licht van de relevante strafrechtelijke ideeëngeschiedenis. Ter ondersteuning van deze doelstellingen wordt de student ook vertrouwd gemaakt met literatuur over en hoofdlijnen van ontwikkelingen en tendensen in het actuele crimineel-politieke klimaat.
Besloten in deze doelstelling ligt dat de student voldoende historische en rechtstheoretische kennis van het strafrecht verwerft om het juridisch discours binnen het vakgebied in zijn historische en huidige maatschappelijke context te kunnen plaatsen en daaraan zelf ook met gefundeerde argumenten te kunnen bijdragen.
De leerdoelen kort samengevat:
1. De student kan gefundeerd reflecteren op de relaties tussen onze strafrechtelijke ideeëngeschiedenis en de normen en waarden van de democratische rechtstaat;
2. De student kan in concrete(actuele) opvattingen of uitingen de daarin besloten abstracte concepten blootleggen en classificeren;
3. De student kan actuele crimineel-politieke vraagstukken beoordelen vanuit het perspectief van de normen en waarden van de democratische rechtstaat en de aan ons straf- en strafprocesrecht ten grondslag liggende beginselen;
4. De student kan ten aanzien van actuele crimineel-politieke keuzes beargumenteerd stelling nemen;
De verkregen basiskennis moet de student voldoende diepgang bieden voor het zich verplaatsen in de rol van de te onderscheiden actoren in het hedendaagse strafrecht en voldoende analytische vaardigheid om zorgvuldig beargumenteerde keuzes te maken ten aanzien van actuele strafrechtelijke en crimineel-politieke vraagstukken. De te verwerven kennis vormt een noodzakelijke voorwaarde voor een wetenschappelijke bestudering van, respectievelijk attitude ten aanzien van het strafrecht. Er wordt in het onderwijs zo veel mogelijk gewerkt met presentaties en de socratische methode.
Na afronding van het vak hebben studenten de volgende kwalificaties verworven:
kennis van strafrechtelijke ‘traditie’
academische attitude
vaardigheid om academische attitude en kennis van die strafrechtelijke ‘traditie’ te benutten ten behoeve van concrete en actuele strafrechtelijke vraagstukken.
De plaats van het vak binnen het curriculum en verhouding met andere vakken
Het vak vervult een verdiepende en verbredende rol binnen het curriculum door de in de Bachelor opgedane kennis te plaatsen, de verdiepen, te verbreden en te problematiseren. Ten opzichte van de andere vakken in de master Straf- en strafprocesrecht vervult het een faciliterende rol. Die rol ligt daarin dat de student een denkkader en instrumenten meekrijgt waarmee de studiestof van de daarop volgende vakken kan worden geplaatst in het bredere perspectief van de ontwikkeling van het strafrecht in het algemeen en de actuele maatschappelijke en crimineel-politieke context. Studenten die het vak Ideeëngeschiedenis hebben gevolgd zijn met behulp van de opgedane kennis en vaardigheden in staat om de studiestof van de vakken niet alleen in een breder context te plaatsen, maar de stand van het daarin aan de orde zijnde geldend recht ook kritisch te bevragen.
Rooster
Kies voor master
Onderwijsvorm
Hoor- en werkcolleges
5 aaneengesloten weken 2 uur hoorcollege en twee uur werkcollege Naam docent: prof. mr. C.P.M. Cleiren
Vereiste voorbereiding door studenten:
De studenten bestuderen voorafgaand aan het hoor- en werkcollege de voorgeschreven literatuur per week.
Het hoorcollege wordt nog op dezelfde dag gevolgd door een werkcollege. Dat werkcollege vangt aan met een opdracht waarbij de student zowel de bestudeerde literatuur als de stof van het diezelfde dag gegeven hoorcollege dient te benutten. De opdracht wordt tijdens de werkgroep schriftelijk gemaakt in dertig minuten. De opdracht maakt deel uit van tentamen. Vervolgens presenteren studenten afwisselend hun werk, overlopend in een gezamenlijke discussie met andere studenten en aangemoedigd via de socratische methode.
Andere onderwijsvorm(en)
Zelfstudie
Toetsing
Toetsvorm(en)
Vijf schriftelijke opdrachten die tijdens de vijf werkgroepen worden gemaakt – status: praktische oefeningen.
Deze bepalen elk voor 20% het eindcijfer voor het vak.
De opdrachten kunnen niet worden herkanst; eventuele onvoldoendes dienen te worden gecompenseerd met de overige te behalen cijfers.
Inleverprocedures
De tijdens de werkgroep gemaakte opdracht wordt direct na het maken van de opdracht ingeleverd.
Examenstof
Tot de examenstof behoort de verplichte literatuur, het werkboek en hetgeen behandeld is tijdens hoorcollege, werkgroep en tijdens eventuele andere onderwijsvormen.
Aanwezigheidsplicht
Aanwezigheid bij het hoorcollege en werkgroep is met het oog op de werkvorm en de daarin besloten toetsing (status: praktische oefeningen) verplicht. In geval van overmacht dient de student de afwezigheid en de daarvoor aangevoerde reden uiterlijk op de desbetreffende dag per mail te berichten aan de heer Bonis (w.bonis@law.leidenuniv.nl). In dat geval zal aan de student na afloop van de cursus een vervangende opdracht worden verstrekt.
Blackboard
Bij dit vak wordt gebruik gemaakt van Blackboard.
Literatuur
- Teksten in reader en deels via open access en/of online-beschikbaarheid.
Werkboek:
Handleiding op Blackboard.
Reader:
Ja
Aanmelden
De aanmelding verloopt via uSis
Contact
Vakcoördinator: prof. mr. C.P.M. Cleiren
Werkadres: Steenschuur 25, kamer C1.01 (secretariaat, mr. W. Bonis)
Bereikbaarheid: op afspraak
Telefoon: 071 – 527 7518 (mr. W. Bonis)
E-mail: c.p.m.cleiren@law.leidenuniv.nl
Instituut/afdeling
Instituut: Strafrecht & Criminologie
Afdeling: Strafrecht en Strafprocesrecht
Kamernummer secretariaat: C 1.01
Openingstijden: Maandag/dinsdag/donderdag/vrijdag: van 9.00 tot 17.00 uur
Telefoon secretariaat: 071 – 527 7518 (mr. W. Bonis)
E-mail: w.bonis@law.leidenuniv.nl
Opmerkingen
Het vak gaat uit van zelfstudie, reflectie en het ontwikkelen van het op een academisch verantwoorde wijze kunnen innemen van positie.