Studiegids

nl en

Medievalismen: verwijzingen naar de middeleeuwen in de moderne cultuur

Vak
2018-2019

Toegangseisen

De propedeuse is voltooid en beide BA2 Werkcolleges zijn met een voldoende afgerond, waarvan één in dezelfde richting als het BA3 Seminar.

Beschrijving

‘Middeleeuwen’ is de specialisatie in de geschiedenisstudie die het minste in de belangstelling van studenten staat. Eigenlijk is dat vreemd, want de hedendaagse cultuur – ook jongerencultuur - zit vol ‘medievalismen’ ofwel verwijzingen naar de middeleeuwen. Tal van opera’s, speelfilms, historische romans, phantasy stories en computer games zijn gesitueerd in de middeleeuwen, verbeelden echte personen of gebeurtenissen uit de middeleeuwen of appelleren aan een imaginaire wereld die voor middeleeuws moet doorgaan. Waar komt die populariteit vandaan en hoe moeten we haar op een dieper, psychologisch niveau duiden? Welke vormen nemen medievalismen aan en in hoeverre hebben die bijgedragen aan de mythologisering van de middeleeuwen? Met welke waarden in de hedendaagse cultuur worden de middeleeuwen verbonden en hoe worden de middeleeuwen gebruikt (en misbruikt!) in nationalistische discours en politieke retoriek? Op dergelijke vragen zoekt dit college antwoorden aan de hand van zeer diverse bronnen, die met behulp van methoden uit verschillende disciplines moeten worden geanalyseerd.

Leerdoelen

Algemene leerdoelen

  • 1) een wetenschappelijk onderzoek met een beperkte omvang opzetten en uitvoeren, en daarbij:
    a. relatief grote hoeveelheden informatie organiseren en verwerken;
    b. vakliteratuur zoeken, selecteren en ordenen;
    c. een wetenschappelijk debat analyseren;
    d. het eigen onderzoek in het wetenschappelijk debat plaatsen.

  • 2) een probleemgestuurd werkstuk schrijven en een referaat houden naar het format van de eerstejaars Themacolleges, en daarbij:
    a. een realistische planning hanteren;
    b. een probleemstelling en deelvragen formuleren;
    c. een beargumenteerde conclusie formuleren;
    d. feedback geven en ontvangen;
    e. aanwijzingen van de docent verwerken.

  • 3) reflecteren op de primaire bronnen waarop de literatuur is gebaseerd.

  • 4) bronnen selecteren en gebruiken voor eigen onderzoek.

  • 5) bronnen analyseren, in een historische context plaatsen en interpreteren.

  • 6) participeren in de discussies tijdens colleges.

Leerdoelen, specifiek voor de afstudeerrichting

  • 7) De student heeft kennis opgedaan van de afstudeerrichting(en) waartoe het BA-Seminar behoort, meer specifiek bij de afstudeerrichting Middeleeuwse Geschiedenis: van de middeleeuwse grondslagen van de Europese geschiedenis; in het bijzonder van etniciteit, staatsvorming, internationale handel en scheepvaart, en contacten met de buiten-Europese wereld.

  • 8) De student heeft kennis van en inzicht in de kernbegrippen, de onderzoeksmethoden en –technieken van de afstudeerrichting, met speciale aandacht;
    -bij de afstudeerrichting Middeleeuwse Geschiedenis: voor het gebruik van laatmiddeleeuwse administratieve bronnen en geschiedschrijving met betrekking tot de Nederlanden in brede zin; paleografie, bronnenkunde.

Leerdoelen, specifiek voor dit college

  • 9) De student heeft kennisgenomen van de belangrijkste recente literatuur over het onderwerp en daardoor inzicht verworven in thema’s en debatten die daarin aan de orde zijn gesteld.

  • 10) De student heeft geleerd om systematisch te zoeken naar zowel (secundaire) literatuur als (primaire) bronnen over dit specifieke onderwerp.

  • 11) De student heeft kennisgemaakt met analytische methoden die specifiek zijn gericht op de analyse van het type primaire bronnen dat in de cursus wordt gebruikt, zoals speelfilms en historische romans.

  • 12) De student is in staat om op gestructureerde en heldere wijze en volgens de regels van de presentatie van historisch onderzoek zowel mondeling als schriftelijk verslag te doen van de belangrijkste bevindingen van haar/zijn eigen onderzoek.

Rooster

Zie Rooster BA Geschiedenis

Onderwijsvorm

  • Werkcollege met aanwezigheidsplicht
    Dit houdt in dat studenten bij alle werkcolleges aanwezig moeten zijn. Indien een student toch verhinderd is dient hij dit vooraf te melden aan de docent. De docent bepaalt vervolgens of, en zo ja, hoe het gemiste college door een vervangende opdracht kan worden ingehaald. Als er specifieke beperkingen zijn bij een college dan maakt de docent dat aan het begin kenbaar. Indien de student niet voldoet aan voornoemde voorwaarden, wordt deze uitgesloten van deelname.

Studielast

Totale studielast 10 EC x 28 uur = 280 uur.

  • Bijwonen college: 24 uur (12 x 2)

  • Voorbereiden college: 24 uur (12 x 2)

  • Maken opdracht(en) : 80 uur (40 x 2)

  • Schrijven werkstuk (inclusief bestuderen Literatuur): 150 uur

  • Bespreking tussentijdse opdrachten: 2 uur (2 x 1)

Toetsing

Toetsing

  • Werkstuk (6.000-7.000 woorden exclusief voorblad, inhoudsopgave, bibliografie en voetnoten; probleemgestuurd werkstuk op basis van primair bronnenonderzoek)
    getoetste leerdoelen: 1-5, 9-12

  • Mondelinge presentatie
    getoetste leerdoelen: 3-5, 9-12

  • Participatie
    getoetste leerdoelen: 6

  • Opdracht 1 (Literatuurrapport)
    getoetste leerdoelen: 10

  • Opdracht 2 (Korte bronanalyse)
    getoetste leerdoelen: 11

Weging

  • Werkstuk: 70%

  • Referaat: 15%

  • Participatie: 5%

  • Opdracht 1: 5%

  • Opdracht 2: 5%

Het eindcijfer komt tot stand op basis van het gewogen gemiddelde op basis van de deelcijfers, met daarbij als aanvullende eis dat het werkstuk voldoende moet zijn.

Deadlines

Voor het inleveren van opdrachten en werkstukken gelden de deadlines zoals aangegeven in het desbetreffende collegeschema op Blackboard.

Herkansing

Het werkstuk kan worden herkanst. Hiervoor geldt de deadline zoasls aangegeven het desbetreffende collegeschema op Blackboard.

Nabespreking werkstuk

Uiterlijk bij het bekendmaken van de uitslag van het werkstuk wordt aangegeven op welke wijze en op welk tijdstip de nabespreking van het werkstuk plaatsvindt.

Blackboard

Blackboard wordt gebruikt voor:

  • collegeschema

  • deadlines opdrachten en werkstuk

  • het aanbieden van en/of verwijzen naar literatuur en bronfragmenten

Literatuur

Aan te schaffen basisliteratuur:

  • Louise d’Arcens (ed.), Cambridge Companion to Medievalism (Cambridge: CUP, 2016).

  • Elizabeth Emery and Richard Utz (eds), Medievalism: Key Critical Terms (Woodbridge/Rochester NY: D.S. Brewer, 2014).

Andere standaardliteratuur zal, voor zover niet via de UB te raadplegen in digitale vorm, beschikbaar worden gesteld op een leesplank in de UB.

Aanmelden

Inschrijven via uSis is verplicht.

Algemene informatie over uSis vind je op de website.

Aanmelden Studeren à la carte en Contractonderwijs

Niet van toepassing

Contact

Prof. dr. P.C.M. Hoppenbrouwers

Opmerkingen

Geen