Toegangseisen
Bachelor Rechtsgeleerdheid (OER).
Beschrijving
De schuldenaar is met zijn gehele vermogen aansprakelijk voor zijn schulden, aldus het beginsel van het verhaalsrecht ex art. 3:276 BW. Maar wat nu als de schuldenaar betalingsproblemen voorziet of reeds in betalingsonmacht verkeert? Het insolventierecht treedt hierin regelend op met verschillende procedures: de surseance van betaling, het faillissement, de schuldsaneringsregeling natuurlijke personen en meer recent de wet homologatie onderhands (buitengerechtelijk) akkoord (WHOA).
In het vak insolventierecht ligt de nadruk op het faillissement. Verschillende aspecten komen aan de orde zoals het doel van het faillissement, de positie van de schuldenaar alsmede de taken en bevoegdheden van andere betrokkenen, waaronder de curator en de rechter-commissaris. Verder komen enkele belangrijke insolventierechtelijke leerstukken aan bod, zoals de faillissementspauliana, verrekening en aansprakelijkheid van curatoren en de positie van separatisten. Denk ook aan de rangorde van faillissements- en boedelschuldeisers en de gevolgen van het faillissement op bestaande overeenkomsten.
De gevolgen van insolventie beperken zich vaak niet tot het Nederlandse rechtsgebied, daarom wordt stilgestaan bij Europese en internationale instrumenten en regelingen. De laatste jaren is het insolventierecht in binnen- en buitenland in een stroomversnelling geraakt door diverse wetswijzigingen. Hoewel de Nederlandse Faillissementswet van 1893 de afgelopen decennia nog verrassend flexibel is gebleken, streeft de wetgever in het wetgevingsprogramma Herijking faillissementsrecht ernaar het Nederlandse insolventierecht (meer) toekomst zeker te maken. Daarbij wordt in het bijzonder gekeken naar mogelijkheden voor herstructurering. Deze ontwikkelingen worden mede belicht tegen de achtergrond van de Europese/internationale ontwikkelingen.
Gelet op de vele rechtsgebieden die bij insolventie samenkomen, kan het insolventierecht worden gezien als de lakmoesproef voor de jurist in de praktijk waarmee de houdbaarheid van tal van privaatrechtelijke constructies wordt getest. Zodoende is het vak bij uitstek geschikt voor de afrondende fase van de rechtenstudie. Gezien de beperkte hoeveelheid college-uren, zal het vak noodzakelijkerwijze niet het volledige insolventierecht kunnen bestrijken maar komt een aantal onderwerpen aan bod. Na een succesvolle afronding van het vak heeft de student een globale kennis van dit interessante rechtsgebied.
Leerdoelen
Doel van het vak:
Het vak insolventierecht beoogt inzicht te geven in de theorie en praktijk van de verschillende insolventieprocedures, in het bijzonder het faillissement. Studenten maken kennis met de conflicterende belangen van betrokken partijen en welke op basis van wet, rechtspraak en praktijk het sterkst staan, dit zowel in een nationale als ook internationale context. Na afloop van het vak zijn studenten in staat mee te denken met een juridisch adviseur dan wel een curator door (voor)genomen stappen te beoordelen in de afzonderlijke stadia van het insolventieproces.
Na afronding van het vak hebben studenten de volgende kwalificaties verworven:
U kunt de systematiek en grondslagen van het faillissementswet, in het bijzonder met betrekking tot een faillissement, verwoorden en toelichten en in een internationale context plaatsen;
U kunt regelgeving en rechtspraak op het gebied van het faillissementsrecht analyseren en toepassen, in het bijzonder met betrekking tot de positie van curator, rechter, rechter-commissaris, verschillende categorieën schuldeisers, schuldenaar en leerstukken betreffende de reconstructie van de boedel, de gevolgen voor wederkerige overeenkomsten en de rangorde van boedel- resp. faillissementsschuldeisers;
U kunt casusposities op het gebied van het insolventierecht – en in het bijzonder het faillissementsrecht – op basis van literatuur, wetgeving en jurisprudentie uitleggen en beoordelen;
U kunt de financieel-economische positie van de schuldenaar op hoofdlijnen toelichten aan de hand van een (eenvoudige) balans en de ratio’s solvabiliteit, liquiditeit en rentabiliteit. U kunt toetsen of de schuldenaar kan worden failliet verklaard en of enig rechtsmiddel kan worden ingesteld. U kunt het boedelactie op basis van het fixatiebeginsel indelen;
U kunt de positie van de curator en rechter-commissaris waarderen, de verschillende categorieën schuldeisers demonstreren, hun onderlinge verhoudingen analyseren en de gevolgen voor alle bij een faillissement betrokkenen vergelijken;
U kunt de verschillende manieren waarop de boedel kan worden gereconstrueerd – in het bijzonder de faillissementspauliana, de Peeters/Gatzenvordering en de bestuurdersaansprakelijkheid – onderscheiden en toepassen;
U kunt de gevolgen van een faillissement voor wederkerige contracten verduidelijken en beargumenteren. U kunt de positie van de verschillende schuldeisers schetsen en een rangorde van zowel boedelschuldeisers als faillissementsschuldeisers opstellen en hun onderlinge positie vaststellen en de gevolgen daarvan beoordelen;
U kunt het faillissementsrecht in een internationale context toepassen en internationale rechtsmacht bepalen.
Rooster
Beschikbaar via de website.
Onderwijsvorm
Seminars
Aantal à 2 uur: 10
Namen docenten: Prof.mr. R.D. Vriesendorp en NTB
Vereiste voorbereiding door studenten: bestudering van de te behandelen stof en uitwerking van casusposities voorafgaand aan de bijeenkomsten.
Toetsing
Toetsvorm(en)
- Schriftelijk tentamen (open vragen). Het kan voorkomen dat het hertentamen mondeling wordt afgenomen.
Examenstof
Tot de examenstof behoort de verplichte literatuur, het werkboek en hetgeen behandeld is tijdens alle bijeenkomsten van het vak en tijdens eventuele andere onderwijsvormen.
Regeling herkansen voldoendes
Op dit vak is de regeling herkansen voldoendes van toepassing (artikel 4.1.8.1 e.v. OER) voor zover dit vak onderdeel uitmaakt van het verplicht curriculum van de opleiding (d.w.z. geen vrij keuzevak). Studenten die bij de eerste kans een voldoende eindcijfer hebben behaald, kunnen onder bepaalde voorwaarden het schriftelijke (eind)tentamen opnieuw afleggen op het reguliere herkansingsmoment. Om een voldoende te kunnen herkansen, dienen studenten eerst om toestemming te vragen bij het OIC. Kijk voor meer informatie op de studentensite onder ‘Inschrijven voor vakken en tentamens’ > ‘Toestemming voldoende herkansen’.
Literatuur
Verplicht studiemateriaal
Literatuur:
R.D. Vriesendorp, Insolventierecht, Deventer: Kluwer (laatste druk).
Zie ook Brightspace en het werkboek voor aanvullende verplichte literatuur.
Werkboek:
- Wordt gepubliceerd op Brightspace.
Aanmelden
De aanmelding voor hoorcolleges en werkgroepen verloopt via uSis. Met deze aanmelding heeft u tevens toegang tot de digitale leeromgeving van dit vak in Brightspace. Aanmelden kan tot 5 kalenderdagen voor de eerste onderwijsbijeenkomst.
De aanmelding voor (her)tentamens (alleen bij vakken waarbij er sprake is van een tentamen) verloopt ook via uSis. Met deze aanmelding heeft u ook toegang tot de digitale leeromgeving van dit vak in Brightspace. Aanmelden kan tot 10 kalenderdagen voor het tentamen.
Contact
Vakcoördinator: via secretariaat Ondernemingsrecht
Werkadres: Kamerlingh Onnes Gebouw, Steenschuur 25, 2311 ES Leiden, kamer B2.43
Bereikbaarheid: telefonisch en per e-mail
Telefoon: 071 – 527 7235 / 7401
Instituut/afdeling
Instituut: Instituut voor Privaatrecht
Afdeling: Ondernemingsrecht
Kamernummer secretariaat: B2.43
Bereikbaarheid: maandag t/m vrijdag 9.00-17.00 uur
Telefoon secretariaat: 071 527 7235 / 7401