Toegangseisen
Bachelor Rechtsgeleerdheid (zie ook OER).
Beschrijving
Corporate litigation heeft in Nederland een hoge vlucht genomen. Spraakmaken- de procedures hebben de afgelopen jaren in de publieke belangstelling gestaan. Het Practicum CL beoogt studenten inzicht te geven in de belangrijkste procesrechtelijke en materieelrechtelijke aspecten van geschillen in de vennootschap en de daarmee verbonden onderneming. Docenten met praktijkervaring belichten verschillende ondernemingsrechtelijke procedures. Komend practicum wordt gegeven vanuit een nieuwe opzet van het onderwijs. Uitgangspunt van dit practicum vormt een zgh. ‘organische casusbehandeling’, waarbij één casus centraal staat en tijdens elk volgend casuscollege nieuwe feiten en omstandigheden worden toegevoegd waarmee de huiswerkopdracht zal moeten worden voorbereid en gemaakt:
(1) procesadvies over de mogelijkheden en slagingskansen van een nader te bepalen procedure bij de civiele rechter,
(2) processtuk in de enquêteprocedure bij de Ondernemingskamer en
(3) processtuk of uitspraak in bodemzaak over bestuurdersaansprakelijkheid.
Net als bij Mootcourt in het tweede jaar van de Bachelor, kruipen de studenten in de huid van een advocaat die de belangen van de cliënt moet behartigen vóór een gerechtelijke procedure en in processtukken. Deze ‘organische casusbehandeling’ beoogt een realistische praktijksituatie na te bootsen waarmee de studenten kennismaken met voortdurende dynamiek binnen de procespraktijk van CL. Vóór, tijdens en na ieder casuscollege worden nieuwe feiten en nieuwe informatie toegevoegd die voor het maken van de betreffende huiswerkopdracht relevant zijn; voor deelname aan het practicum is het volgen van alle (vier) hoorcolleges en (drie) werkgroepen verplicht.
Leerdoelen
Het vak heeft tot doel u inzicht te geven in de belangrijkste procesrechtelijke en materieelrechtelijke aspecten van geschillen in de vennootschap en de daarmee verbonden onderneming, door u zelfstandig processtukken te laten schrijven op basis van aan de praktijk ontleende procesdossiers die u ter beschikking krijgt.
Na afronding van het vak kunt u:
(op hoofdlijnen) een processtrategie bepalen en adviseren;
de meest gerede rechtsgang kiezen;
processtukken (in ruime zin) concipiëren en beoordelen.
Rooster
Zie MyTimetable.
Onderwijsvorm
Hoorcolleges
Aantal à 2 uur: 4
Namen docenten: verschillende gastdocenten uit de praktijk van corporate litigation
Vereiste voorbereiding door studenten: bestudering van de voor deze colleges aanbevolen stof. Bij huiswerkopdrachten wordt de leerstof uit Verdieping Ondernemingsrecht (VOR) bekend verondersteld.
Studenten worden gevraagd eigen verantwoordelijkheid voor het leerproces te nemen. Daarbij staat het vrij voor de huiswerkopdrachten en tijdens de werkgroepen samen te werken. Ook tijdens de casuscolleges worden studenten per werkgroep begeleid door de vaste docent als moderator; actieve deelname leidt tot betere voorbereiding. Maar de huiswerkopdrachten blijven hun eigen eindproduct; plagiaat is uiteraard niet toegestaan.
Werkgroepen
Geen.
Andere onderwijsvorm(en)
Omschrijving: practica
Aantal à 2 uur: 3
Namen docenten: verschillende leden van de afdeling Ondernemingsrecht (vast)
Vereiste voorbereiding door studenten: iedere student maakt gedurende de cursus drie schriftelijke werkstukken, in de vorm van een conceptprocesstuk (in ruime zin) en een eindversie, op basis van een aan de praktijk ontleend “modeldossier”. Concept-opdrachten mogen geen voorlopige versies/reflecties zijn maar moeten reeds voldragen zijn. Bij definitieve versies moet een mark-up worden meegezonden waarin de latere wijzigingen en aanvullingen t.o.v. de conceptversie kenbaar/duidelijk zijn. Beperkte aanpassingen kunnen leiden tot het toekennen van bonuspunten die in het kader van de afronding van het eindcijfer kunnen worden betrokken.
Toetsing en weging
Toetsvorm(en)
Het maken van drie verplichte schriftelijke werkstukken.
Elk van de schriftelijke werkstukken wordt beoordeeld met een cijfer. Alle drie cijfers tellen gelijkelijk/evenredig mee (d.w.z. voor 33.33%), waarbij een onvoldoende voor één werkstuk dus kan worden gecompenseerd met een voldoende voor een ander werkstuk. Het gemiddelde van de cijfers vormt het eindcijfer voor het vak. (NB Er vindt geen afzonderlijk (eind-)tentamen plaats).
De deelcijfers blijven slechts gedurende het lopende academisch jaar geldig.
Inleverprocedures
De inleverprocedures van de practicumopdrachten staan in het werkboek
Literatuurlijst
Verplicht studiemateriaal
Literatuur:
Geen.
Werkboek:
Het materiaal voor practicumopdrachten wordt steeds op Brightspace geplaatst of als nieuwe feiten/informatie tijdens de casuscolleges en werkgroepen gemeld.
Reader:
Geen.
Aanbevolen studiemateriaal
Literatuur over civiel procesrecht, bijvoorbeeld H.J. Snijders, C.J.M. Klaassen & G.J. Meijer, Nederlands burgerlijk procesrecht, Deventer: Kluwer laatste druk of A.W. Jongbloed e.a., Burgerlijk procesrecht praktisch belicht, Deventer: Kluwer laatste druk.
Inschrijven
Inschrijving voor het onderwijs en het tentamen verloopt in principe via MyStudymap. Heb je geen toegang tot MyStudymap (gaststudent) of ben je propedeusestudent, kijk dan hier onder het tabblad Rechtsgeleerdheid voor meer uitleg over de inschrijfprocedure in jouw situatie.
Contact
Vakcoördinator: via secretariaat Ondernemingsrecht
Werkadres: Kamerlingh Onnes Gebouw, Steenschuur 25, 2311 ES Leiden, kamer B2.43
Bereikbaarheid: telefonisch en per e-mail
Telefoon: 071-527 7235 / 7401
E-mail: CL@law.leidenuniv.nl
Instituut/afdeling
Instituut: Instituut voor Privaatrecht
Afdeling: Ondernemingsrecht
Kamernummer secretariaat: B2.43
Openingstijden: Maandag t/m vrijdag van 9.00-17.00 uur.
Telefoon secretariaat: 071 – 527 7235 /7401