Toegangseisen
—
Beschrijving
De derde eeuw geldt in de geschiedenis van het Romeinse Rijk als een eeuw van crisis. Men spreekt zelfs van ‘De crisis’ van de derde eeuw. Daarmee wordt aangeduid dat in die eeuw het Romeinse Rijk met diverse problemen te kampen had, problemen die op allerlei terreinen voor grondige veranderingen zorgden, zodat het rijk aan het einde van de eeuw er in veel opzichten heel anders uitzag dan aan het begin ervan. Toch wordt aan dat beeld ook wel getwijfeld. Kan men werkelijk spreken van ‘de’ crisis, of ging het niet veel eerder om een reeks van kleinere crises? Zeker lijkt in elk geval dat het Romeinse Rijk en zijn cultuur een sterke verandering doormaakten. Men zou kunnen zeggen dat rond het jaar 200 de klassieke Grieks-Romeinse wereld nog in grote lijnen bestond, terwijl rond het jaar 300 een andere wereld, die van de Late Oudheid, zich al manifesteerde. Op dit werkcollege zullen we ons met enkele van de grote transformaties of crises van die derde eeuw bezighouden. Allereerst met het keizerschap en het rijksbestuur; vervolgens met het stedelijk leven als basis van de antieke cultuur; tenslotte met de veranderingen op het terrein van religie, wereldbeeld en filosofie, waaronder de sterke opkomst in die eeuw van het christendom.
Leerdoelen
Enige kennis van en inzicht in de geschiedenis van het Romeinse Rijk in de derde eeuw, alsmede in het relevante bronnenmateriaal en in de moderne wetenschappelijke discussie daarover; voorts de vaardigheid om daarvan mondeling en in de vorm van een werkstuk verslag te doen.
Rooster
Semester 2, zie hier
Onderwijsvorm
Werkcollege. (NB. verplichte aanwezigheid zie studiereglement Instituut voor Geschiedenis, art 2)
Toetsing
werkstuk, paper e.d.
referaat, mondelinge presentatie
Blackboard
Ja, beperkt (het uitgereikte studiemateriaal, bibliografie, rooster e.d. ook op blackboard)
Literatuur
Bibliografisch materiaal wordt bij het werkcollege verstrekt.
Aanmelden
Zie aanmeldingsprocedure.