Toegangseisen
Student moet 15 ects van de minor Musea, Erfgoed en Collecties of van het Keuzepakket Kunstgeschiedenis waar de paper voor wordt geschreven met voldoende resultaat hebben afgerond
Beschrijving
De paper is een individueel werkstuk over een zelf gekozen onderwerp dat aansluit bij een hoor- of werkcollege van de minor of bij een verplicht themacollege uit het keuzepakket. Het beoogt verdieping door zelfstudie van literatuur.
Leerdoelen
- Zelfstandig leren werken met literatuuronderzoek en bibliografisch apparaat voor een onderwerp in de kunstgeschiedenis – Kritisch vergelijken van literatuur naar aanleiding van een zelf geformuleerde probleemstelling over musea, erfgoed of collecties (voor minor) of kunst, architectuur of vormgeving (voor keuzepakket). – Heldere verslaglegging van het onderzoeksresultaat in een paper
Rooster
Zelfstudie in periode februari-juni, Bachelor jaar 3
Onderwijsvorm
Zelfstandige literatuurstudie en schrijven van paper
Toetsing
Paper van 5 ects = ca. 3 weken fulltime
3000 woorden (= ca. 6-7 pagina’s), 1 ½ regelafstand, normaal 12 pt lettertype. Dit exclusief voet- of eindnoten, exclusief titelpagina, literatuurlijst, afbeeldingen (alleen relevante afbeeldingen, maximaal 8).
Op titelpagina van de paper vermelden: – naam – studentnummer – hoofdvakstudie – aantal ects: 5, niveau 300 – u-siscode van de paper – vermelding Minor Musea, Erfgoed en Collecties of Keuzepakket Kunstgeschiedenis
Een format van de titelpagina kun je downloaden van de Opleidingssite Kunstgeschiedenis onder werkstukken en papers.
Blackboard
Papers worden op plagiaat gecheckt in Blackboard. door Safe Assign
Literatuur
N.v.t.
Aanmelden
Via Usis
Contact
Dr. M.A. (Nana) Leigh, coördinator Minor Musea, Erfgoed en Collecties en Keuzepakket Kunstgeschiedenis
Opmerkingen
De paper zal worden beoordeeld door de coördinator van de minor Musea, Erfgoed en Collecties en het Keuzepakket Kunstgeschiedenis, dr. Nana Leigh, of een andere vakdocent van de Opleiding Kunstgeschiedenis.
Inleveren paper in postvak van de coördinator of andere begeleidende docent: – uiterlijk 8 juni 2013