Toegangseisen
BSA-norm en beide propedeuse Themacolleges behaald.
Beschrijving
De Republiek was in veel opzichten een uitzondering in vroegmodern Europa. De meeste Europeanen leefden immers in vorstendommen waar koning en adel de dienst uitmaakten, slechts één religie was toegestaan, de meeste mensen leefden van de landbouw en op het platteland woonden, en waar slechts een kleine minderheid kon lezen. De Republiek daarentegen was een unie van souvereine gewesten, waarin vooral de stedelijke burgerlijke elites het voor het zeggen hadden; de samenleving was religieus veelkleurig, commercieel, verstedelijkt en geletterd. Zelfs de vrouwen waren er vrijer en de kinderen brutaler, zo wisten sommige tijdgenoten zeker. Maar wat betekende dit alles nu voor de politieke cultuur? Betekende het, bijvoorbeeld, dat bestuurders hun macht meer begrensd zagen dan elders het geval was?
In dit college onderzoeken we eerst op basis van literatuurstudie in hoeverre historici een oorzakelijk verband hebben gezien tussen de afwijkende manier waarop de Nederlanden werden bestuurd, en de andere karakteristieken van de Nederlandse samenleving. We gaan onze inzichten over Nederland vervolgens toetsen door ze te vergelijken met die over andere gebieden in Europa; hoe uitzonderlijk waren de Nederlandse politieke stelsel, de discussiecultuur, het burgerlijke actierepertoires, de politieke cultuur en religieuze veelvormigheid? In dit college gaan we, aan de hand van de casus van de Republiek, dus ook nadenken over de kunst van het vergelijken. Hoe maken we als historici een goede vergelijking? Welke vergelijkingen zijn zinnig, en welke onzinnig? Om die kunst in praktijk te brengen doe je een eigen literatuuronderzoek en schrijf je een werkstuk waarin je zelf vergelijkend literatuuronderzoek doet naar een aspect van de politieke cultuur in de Republiek en die in een ander Europees buitenland. Aan het einde van het semester maken we samen de balans op.
In dit college verdiep je dus in de eerste plaats de inzichten die je hebt opgedaan in het profielcollege Grenzen van de Macht, en je kennis van de vroegmoderne Nederlandse en Europese geschiedenis. Ten tweede ga je je bekwamen in een complexe historische methode, die van het vergelijken. Tenslotte vergroot je niet alleen je vaardigheden in het zoeken van literatuur, maar leer je die ook historiografisch te plaatsen. Je kunt zo een beredeneerde ‘bibliografie’ maken, die de basis wordt voor een selectie van de literatuur die voor jouw onderzoek relevant kan zijn, en die je uiteindelijk ook in staat stelt om jouw eigen bevindingen historiografisch te plaatsen. Dit zijn vaardigheden die je bijvoorbeeld weer nodig zult hebben in je Eindwerkstuk.
Leerdoelen
De student kan:
een gezamenlijke opdracht succesvol uitvoeren;
met enige begeleiding literatuur leren zoeken;
een beredeneerde bibliografie leren samenstellen;
een probleemgestuurd werkstuk schrijven en een referaat houden naar het format van syllabus Themacolleges, en daarvoor een onderzoek met een beperkte omvang opzetten en uitvoeren, daarbij;
- vakliteratuur zoeken, selecteren en ordenen;
- relatief grote hoeveelheden informatie organiseren en verwerken;
- een wetenschappelijk debat analyseren;
- het eigen onderzoek in het wetenschappelijk debat plaatsen.
reflecteren op de primaire bronnen waarop de literatuur is gebaseerd.
De student heeft:
inzicht in de historische discussie over de uitzonderlijkheid in staatsvorming in, en politieke cultuur van, de Republiek in de vroegmoderne tijd;
vermogen om een aspect van de politieke cultuur van de Republiek te vergelijken met de situatie elders in Europe;
inzicht in de discussie over de zin en onzin van vergelijken in de geschiedwetenschap.
Rooster
Zie Rooster Geschiedenis.
Onderwijsvorm
Werkcollege.
Studielast
Totale studielast 10 ec x 28 uur = 280 uur:
colleges (24 uur);
bestuderen verplichte literatuur (60 uur);
tussentijdse opdrachten en presentatie (40 uur);
eigen onderzoek opzetten, uitvoeren en werkstuk schrijven (156 uur).
Toetsing
We toetsen via het werkstuk, het referaat, en je participatie in de colleges of je:
inzicht hebt verworven in de discussie over de uitzonderlijkheid van de Republiek in de vroegmoderne tijd;
in staat bent om een aspect van de politieke cultuur van de Republiek te vergelijken met de situatie elders in Europe;
inzicht hebt in de discussie over de zin en onzin van vergelijken in de geschiedwetenschap.
We toetsen via opdrachten of je:
een gezamenlijke opdracht succesvol kunt uitvoeren;
met enige begeleiding literatuur kunt zoeken;
een beredeneerde bibliografie kunt samenstellen.
We toetsen via het werkstuk en referaat of je:
een probleemgestuurd werkstuk kunt schrijven en een referaat kunt houden volgens de regels van de syllabus Themacollege;
daarin een wetenschappelijk debat kunt analyseren aan de hand van zelf geïdentificeerde literatuur;
kunt reflecteren op de primaire bronnen waarop de literatuur is gebaseerd;
het eigen onderzoek in het wetenschappelijk debat kunt plaatsen.
Via:
werkstuk van 6000 woorden, inclusief noten en bibliografie (70%);
opdrachten, participatie en referaat (30%).
Het eindcijfer voor de cursus komt tot stand door (i) bepaling van het gewogen gemiddelde op basis van deelcijfers in combinatie met (ii) de aanvullende eis dat het werkstuk voldoende moet zijn om de cursus met een voldoende te kunnen afronden.
Herkansing
Alleen het werkstuk kan worden herkanst.
Blackboard
Bij dit college wordt gebruik gemaakt van Blackboard voor:
beschikbaar stellen van informatie;
literatuur;
het delen van onderzoeksresultaten
Literatuur
- Nader aan te kondigen.
Aanmelden
Via uSis.
Aanmelden Studeren à la carte en Contractonderwijs
Niet van toepassing.
Opmerkingen
Geen.