Toegangseisen
BSA-norm en beide propedeuse Themacolleges behaald.
Beschrijving
Statelijke machthebbers hebben in de loop van de geschiedenis een gekleurd palet aan instrumenten ontwikkeld waarmee zijn hun macht konden bestendigen en uitbreiden. In de late negentiende en vroege twintigste eeuw kwamen daar de inlichtingen- en veiligheidsdiensten bij – ooit het grote ‘terra incognita tussen krijgsmacht en politie’ genoemd. In sommige landen en perioden ontwikkelden deze diensten zich tot instrumenten van terreur en vervolging; in andere landen bleven het tandeloze en brave knipseldiensten. Soms werden hun taken en bevoegdheden in de openbaarheid heftig bediscussieerd, terwijl de Britse regering pas in 1994 officieel het bestaan van één van haar geheime diensten toegaf.
Vanwege de zweem van geheimzinnigheid waarmee hun werk is omgeven, krijgen politiek en samenleving maar moeilijk grip op inlichtingen- en veiligheidsdiensten. Dat leidt tot op de dag van vandaag tot controverse. Zijn de geheime diensten een noodzakelijk kwaad om gevaarlijke elementen in de samenleving op het spoor te komen of verlaat de staat zich op niet te legitimeren ‘geheim gewroet in het duister’, zoals een communistisch Kamerlid het eens uitdrukte?
Hoewel inlichtingen- en veiligheidsdiensten lange tijd ‘de ontbrekende dimensie’ van de geschiedschrijving zijn geweest, is de bestudering ervan sinds de jaren tachtig in opmars. Inlichtingenhistorici richten zich niet alleen op het zichtbaar maken van de rol die inlichtingen speelden in grote gebeurtenissen en de besluitvorming van machthebbers. Zij beschouwen deze diensten ook als het brandpunt van bredere politieke, culturele, maatschappelijke en ambtelijke opvattingen over veiligheid en onveiligheid, over legitiem gezag en de bedreigingen daarvan en over de grenzen van de rechtstaat. Geheime diensten zijn in dat opzicht interessante organisaties.
In dit werkcollege zullen we verschillende inlichtingen- en veiligheidsdiensten met elkaar vergelijken. Op basis van uiteenlopende literatuur komen de werking en methodiek van inlichtingen- en veiligheidsdiensten aan bod, om daarna te verkennen hoe in onder meer Groot-Brittannië, Frankrijk, Duitsland, België en de Verenigde Staten inlichtingen- en veiligheidsdiensten van de grond kwamen. De focus ligt op de wisselwerking tussen dit soort diensten en hun politieke en maatschappelijke omgeving. Daarbij gaat het niet louter om de verschillende structuren, bevoegdheden en organisaties, maar vooral om de discussies rondom de oprichting en institutionalisering van dit soort diensten, het type medewerkers en hun kijk op de wereld, het oogmerk dat verschillende machthebbers met de oprichting van deze diensten hadden, de debatten voor en achter de schermen over hun functionaliteit en bevoegdheden, de inbedding in het overheidsbestel en eventueel het toezicht en de controle erop – kortom, ‘inlichtingenculturen’ in comparatief perspectief.
Leerdoelen
De student kan:
een gezamenlijke opdracht succesvol uitvoeren
een onderzoek met een beperkte omvang opzetten en uitvoeren, daarbij
- vakliteratuur zoeken, selecteren en ordenen
- relatief grote hoeveelheden informatie organiseren en verwerken
- een wetenschappelijk debat analyseren
- het eigen onderzoek in het wetenschappelijk debat plaatsen
een probleemgestuurd werkstuk schrijven en een referaat houden naar het format van syllabus Themacolleges, daarbij
- een realistische planning hanteren
- een probleemstelling en deelvragen formuleren
- een beargumenteerde conclusie formuleren
- feedback geven en ontvangen
- aanwijzingen van de docent verwerken
De student heeft:
kennis van een hoofdonderdeel, meer specifiek het hoofdonderdeel Algemene Geschiedenis; in het bijzonder de ontwikkeling en rol van politieke instituties en ambtelijke organisaties;
kennis van en inzicht in de kernbegrippen, de onderzoeksmethoden en –technieken van de inlichtingengeschiedenis;
kennis van en inzicht in de historiografie en de geschiedtheorie op het gebied van de inlichtingenstudies;
kennis van de rol en positie van inlichtingen- en veiligheidsdiensten in een statelijke omgeving, meer specifiek de rol van inlichtingen- en veiligheidsdiensten sinds eind negentiende eeuw in het veiligheidsbeleid van verschillende (Westerse) staten;
kennis van institutionaliseringsprocessen van inlichtingen- en veiligheidsdiensten;
kennis van de verhouding tussen inlichtingen- en veiligheidsdiensten en hun politieke en maatschappelijke omgeving, meer specifiek van de wijze waarop vraagstukken over macht en legitimiteit zich in het inlichtingen- en veiligheidsdomein
Rooster
Onderwijsvorm
- Werkcollege
Studielast
Totale studielast voor de cursus is 280 uur (10 EC);
uren die aan het volgen van college worden besteed zijn 26 uur;
tijd voor het bestuderen van de verplichte literatuur, inclusief lezen/voorbereiden referaat: 94;
tijd voor het schrijven van een werkstuk (inclusief inlezen/onderzoek) 160 uur.
Toetsing
Via:
werkstuk (70%)
referaat (20%)
participatie (10%)
Leerdoelen en toetsing:
Door op het terrein van de inlichtingengeschiedenis een werkstuk te schrijven, zal de student leren om op het gebied van inlichtingen- en veiligheidsdiensten vakliteratuur te zoeken, selecteren en ordenen. Aan de hand van een werkstukopzet zal de student een realistische planning, een probleemstelling, deelvragen, een literatuurinventarisatie en voorlopige indeling van het werkstuk maken. Daarop zal de docent feedback leveren die verwerkt moet worden. Ook zal een inleiding en eerste hoofdstuk beoordeeld worden. De student zal kennis nemen van de belangijkste begrippen en historiografische discussies – alsmede enkele theoretische noties – binnen de inlichtingenstudies. Aan de hand van de analyse van die wetenschappelijke discussies zal de student zijn of haar eigen onderzoek in dat debat positioneren.
Studenten moeten in koppels referaten voorbereiden. Daardoor zal de student niet alleen leren te presenteren, een duidelijk gestructureerd en geïllustreerd betoog op te zetten en spreekvaardigheid te oefenen, maar ook getraind worden in samenwerkingsvaardigheden. Ook zullen studenten leren feedback te formuleren op elkaars referaten en zelf die feedback te verwerken. Daarbij komen naast de historiografische debatten de belangrijkste inzichten aan bod in de oprichting en uitbreiding van inlichtingen- en veiligheidsdiensten in verschillende landen. Geheime diensten in hun politieke en maatschappelijke omgeving staan daarbij centraal.
Ten slotte zal de student in het college leren te discussiëren en deel te nemen aan het bespreken en interpreteren van literatuur op het gebied van staatsontwikkeling en inlichtingen- en veiligheidsdiensten.
Wat betreft de weging het volgende: het eindcijfer voor de cursus komt tot stand door de bepaling van het gewogen gemiddelde op basis van deelcijfers in combinatie met de aanvullende eis dat het werkstuk voldoende moet zijn.
Herkansing
Beide onderdelen kunnen worden herkanst: participatie en referaat kunnen (in overleg met de docent) in schriftelijke vorm worden herkanst. Ook voor het werkstuk zal een door de opleiding vastgesteld herkansingsmoment worden ingelast waarop in overleg met de docent een verbeterde versie kan worden ingeleverd.
Blackboard
Bij dit college wordt gebruik gemaakt van Blackboard voor:
- het beschikbaar stellen van studiemateriaal
Literatuur
Literatuur zal later (via de syllabus op blackboard) bekend gemaakt worden.
Aanmelden
Via uSis