Toelatingseisen
Seminar Midden-Oosten 2 of buitenlandsemester BA 2.
Beschrijving
De cursus Seminar Midden-Oosten 3 heeft als thema de interactie tussen geschiedenis en cultuur (in de breedste zin van het woord) in het Midden-Oosten. Hierbij kan gedacht worden aan (politieke, sociale, etc.) gebeurtenissen, ontwikkelingen, veranderingsprocessen en de weerslag daarvan in cultuur, bijvoorbeeld in de taal en literatuur, gewoonten en gebruiken van de bevolking, kunst & materiële cultuur, etc. Uitgangspunt is dat een cultuur niet statisch, maar dynamisch is en niet uniform, maar pluriform en dat veranderingsprocessen een natuurlijk onderdeel van elke cultuur uitmaken. Belangrijk is te zien welke (interne/externe) factoren tot veranderingsprocessen in een cultuur leiden, wat de motivatie hiervoor is, wie/welke groepen hierbij een actieve rol spelen, en tot welke concrete gevolgen de veranderingen/veranderingsprocessen in samenleving en cultuur leiden. Een belangrijke rol is hierbij weggelegd voor ideeën. Historische ontwikkelingen kunnen leiden tot veranderingen in ideeën van een cultuur (bijvoorbeeld over de eigen cultuur), maar een cultuur kan ook vanuit de eigen (traditionele) ideeën bepaalde (nieuwe) ontwikkelingen beoordelen (of veroordelen).
Het eerste deel van de cursus bestaat uit een reeks werkcolleges waarin het opzetten van een (literatuur)onderzoek en het verwerken van de resultaten daarvan in een (powerpoint) presentatie en een schriftelijk werkstuk centraal staan. In de daarop volgende colleges wordt het thema van de cursus uitgewerkt. In het tweede gedeelte van de cursus verzorgen de studenten (powerpoint) presentaties over een onderwerp naar eigen keuze dat aansluit bij de thematiek van de cursus. Studenten sluiten het seminar af met een beredeneerde bibliografie over het gekozen onderwerp dat tevens het onderwerp van het afsluitende BA werkstuk is.
Leerdoelen
De student verdiept de kennis van de (cultuur)geschiedenis van het Midden-Oosten opgedaan in BA cursussen uit het eerste en tweede jaar. De studenten leren om zelfstandig een onderwerp uit te diepen. Zij leren om de gebruikte literatuur kritisch te benaderen en zijn in staat om een overzicht te verschaffen over de stand van het onderzoek met betrekking tot dit onderwerp. De cursus Seminar Midden-Oosten 3 is gekoppeld aan het schrijven van het BA eindwerkstuk van Midden-Oostenstudies. In het kader van Seminar Midden-Oosten 3 participeert de student(e) in een groepspresentatie over het thema van de cursus en houdt de student(e) een presentatie over een zelf gekozen onderwerp. Het seminar wordt afgesloten met een beredeneerde bibliografie over dit onderwerp (ca. 5000 woorden) waarover ook het BA werkstuk zal worden geschreven. Het eindwerkstuk heeft een omvang van ca. 10.000 woorden. Het BA werkstuk moet aansluiten bij het thema van Seminar 3.
De studenten die de cursus volgen worden ingedeeld in verschillende parallelle groepen elk met een eigen (thematisch/talig) accent en een andere docent. Deze indeling gebeurt op basis van het gekozen track (in 18-19: Arabisch/Turks). Studenten Modern Midden-Oosten en Islam volgen één van deze drie groepen.
Studenten van Track Turks volgen Seminar Midden-Oosten 3 bij Dr. H.P.A. Theunissen. Het thema van deze versie van Seminar Midden-Oosten 3 (Theunissen) is in 2018-2019: sociale geschiedenis.
Studenten van Track Turks moeten als onderdeel van hun Seminar 3 en BA eindwerkstuk een redelijke hoeveelheid (ca. 50-70 pagina’s) Turkstalig (primair/secundair) bronnenmateriaal gebruiken. Deze verplichting geldt niet voor studenten van Track Modern Midden-Oosten die aan Seminar Midden-Oosten 3 (Theunissen) deelnemen.
Studenten van Track Arabisch volgen Seminar Midden-Oosten 3 bij Dr. J. Bruning. Het thema van deze versie van Seminar Midden-Oosten 3 (Bruning) is in 2018-2019: (un)freedom.
Studenten van Track Arabisch moeten als onderdeel van hun Seminar 3 en BA-eindwerkstuk een redelijke hoeveelheid (ca. 50-70 pagina’s) Arabischtalig (primair/secundair) bronnenmateriaal gebruiken. Deze verplichting geldt niet voor studenten van Track Modern Midden-Oosten die aan Seminar Midden-Oosten 3 (Arabisch) deelnemen.
De derde groep wordt gegeven door Dr. A.A. Yenen met als voertaal Engels. Het thema is: revolt and resistance.
De keuze van het onderwerp en de aanpak van het onderzoek worden vastgesteld in overleg met de seminar docent(e) die ook als begeleider van het eindwerkstuk optreedt.
Academische vaardigheden die getraind worden:
Mondelinge presentatievaardigheden | ||
---|---|---|
1 | onderzoeksresultaten helder en beargumenteerd uiteenzetten | |
2 | een antwoord formuleren op vragen betreffende (een onderwerp in) het vakgebied | |
a | in de vorm van een heldere en goed opgebouwde mondelinge presentatie | |
b | overeenkomend met de criteria die het vakgebied daaraan stelt | |
c | met gebruikmaking van moderne presentatietechnieken | |
d | dat gericht is op een specifieke doelgroep | |
3 | actief deelnemen aan een vakinhoudelijke discussie |
Samenwerkingsvaardigheden | ||
---|---|---|
1 | sociaal-communicatief optreden in samenwerkingssituaties | |
2 | constructieve kritiek geven en ontvangen en gegronde kritiek verwerken tot een herziening van het eigen standpunt | |
3 | zich houden aan overeengekomen planningen en prioriteringen |
Elementaire onderzoeksvaardigheden, waaronder heuristische vaardigheden | ||
---|---|---|
1 | vakwetenschappelijke literatuur verzamelen en selecteren met behulp van traditionele en digitale methoden en technieken | |
2 | deze analyseren en beoordelen op kwaliteit en betrouwbaarheid | |
3 | op basis hiervan een goed afgebakende probleemstelling formuleren | |
4 | onder begeleiding een onderzoek van beperkte omvang opzetten en uitvoeren met inachtneming van de voor het vakgebied relevante traditionele en digitale methoden en technieken | |
5 | op basis daarvan een beargumenteerde conclusie formuleren | |
6 | ook buiten zijn eigen vakgebied gebruik maken van zijn verworven onderzoeksvaardigheden |
Schriftelijke presentatievaardigheden | ||
---|---|---|
1 | onderzoeksresultaten helder en beargumenteerd uiteenzetten | |
2 | een antwoord formuleren op vragen betreffende (een onderwerp in) het vakgebied | |
a | in de vorm van een heldere en goed opgebouwde schriftelijke presentatie | |
b | overeenkomend met de criteria die het vakgebied daaraan stelt | |
c | met gebruikmaking van relevante illustratie- of multimediale technieken | |
d | dat gericht is op een specifieke doelgroep |
Rooster
Onderwijsvorm
Werkcollege
Voor werkcolleges geldt een aanwezigheidsverplichting. Studenten dienen actief en goed voorbereid deel te nemen aan alle werkcolleges. Afwezigheid moet vooraf worden gemeld bij de docent (bijvoorbeeld door onvoorziene omstandigheden, zoals ziekte, familieomstandigheden, problemen met het spoor enz.). In deze gevallen bepaalt de docent of, en zo ja hoe het gemiste college door een vervangende opdracht kan worden ingehaald. Er mogen maximaal twee colleges worden gemist. Afwezigheid zonder kennisgeving en/of meer dan twee keer kan leiden tot uitsluiting van de tentamen(s) en toekenning van een onvoldoende voor de cursus.
Studielast
5 EC x 28 uur = | 140 uur |
---|---|
Colleges (13 x 2) | 26 |
Voorbereiden colleges (12 × 4) | 48 |
Presentaties en beredeneerde bibliografie | 66 |
Toetsing en weging
Onderdeel | Weging |
---|---|
Actieve deelname, inleveren opdrachten en presentaties | 40% |
beredeneerde bibliografie | 60% |
De cijfers voor de actieve deelname, ingeleverde opdrachten en de presentaties kunnen niet worden herkanst.
Inleveren van de eerste definitieve versie van beredeneerde bibliografie wordt gezien als eerste tentamengelegenheid. Studenten die hiervoor een onvoldoende halen of de deadline niet hebben gehaald, krijgen eenmaal de gelegenheid beredeneerde bibliografie te herschrijven of alsnog in te leveren.
Deadlines: zie de uitgebreide cursusopzet per Track.
Literatuur
Artikelen en/of (delen van) boek(en) afhankelijk van het thema van de cursus. Wordt via Blackboard opgegeven.
Aanmelden
Inschrijven via uSis is verplicht.
Contact
Dr. J. Bruning Dr. H.P.A. Theunissen Dr. A.A. Yenen
Opmerkingen
Studenten met een functiebeperking
De Universiteit Leiden wil studenten met een beperking zoveel mogelijk gelijke kansen bieden. Dit protocol beschrijft de mogelijkheden van het studeren met een functiebeperking, schetst een aantal speciale voorzieningen en bakent verantwoordelijkheden af, zowel van de studenten als de universiteit.
Academische integriteit
Studenten worden geacht bekend te zijn met de regels van de universiteit aangaande plagiaat. Plagiaat wordt in geen geval getolereerd. Al het werk dat je onder je naam inlevert wordt beschouwd als jouw eigen werk. Voor vragen dient de student de docent te benaderen.