Studiegids

nl en

Neerlandistiek: Oudere Nederlandse letterkunde

Dit is een afstudeerrichting van de Master Neerlandistiek

Deze afstudeerrichting bestaat uit:

  • 20 EC scriptie op het gebied van de Oudere Nederlandse letterkunde

  • 20 EC vakken minimaal binnen de Oudere Nederlandse letterkunde

  • 10 EC in het verlengde van de Oudere Nederlandse letterkunde

  • 10 EC vrije keuzeruimte

De mastergroepen in het schema hieronder zijn de (keuze)vakken die binnen de specialisatie gegeven worden.

Zie voor de cursussen die in het kader van Masterlanguage worden aangeboden ook onder Master Neerlandistiek. Ook in het kader van Masterlanguage wordt een cursus aangeboden die specifiek de relatie Oudere Nederlandse letterkunde en het (middelbaar) onderwijs tot onderwerp heeft.

Hieronder volgen twee voorbeelden van specialisatiethema’s die studenten binnen de afstudeerrichting Oudere Nederlandse Letterkunde kunnen volgen. Deze thema’s zij niet dwingend, maar bedoeld als suggesties. Het gaat om:
1. Nederlandse literatuur van de Middeleeuwen (1100-1550)
2. Nederlandse literatuur van de Gouden Eeuw en de Verlichting (1550-1800)
3. Als derde suggestie kan gelden dat bij deze afstudeerrichting ook een ‘onderwijs’ variant mogelijk is, waarbij – in samenwerking met het ICLON – aan de masterthesis een onderwijskundige of een op het onderwijs toegesneden invulling wordt gegeven.
Als je belangstelling uitgaat naar beide periodes behoort ook een combinatie tot de mogelijkheden.

Nederlandse literatuur van de Middeleeuwen

In de middeleeuwse wereld van het handgeschreven woord was literatuur onderworpen aan heel eigen wetten. Zowel de vorm en de inhoud van teksten als de omgang met literatuur en de verwachtingen die men daarbij had, horen bij een cultuur waarin men nog aan het ontdekken was wat lezen en schrijven zoal konden inhouden.

Als je kiest voor de afstudeerrichting Nederlandse literatuur van de Middeleeuwen bestudeer je de eerste eeuwen van literatuur in het Nederlands in hun historische en internationale context van kunst, kennis en religie. Welke doelen diende literatuur in een ver verleden, en wat is er nu nog over van dit erfgoed – zowel materieel als ideologisch en retorisch?

Je onderzoekt hoe genres ontstonden en hoe men ideeën over literatuur in de eigen taal ontwikkelde en waarom teksten werden ingezet als transportmiddel voor meningen, ter bevordering van informatievoorziening en als uitdrukking van emoties.

Je leert hoe Middelnederlandse literatuur in verband stond met andere vormen van cultuuroverdracht in boeken, de beeldende kunst en het gesproken woord.

Nederlandse literatuur van de Gouden Eeuw en de Verlichting

Kies je voor literatuur van de Gouden Eeuw en de Verlichting dan specialiseer je je in de Nederlandse literaire productie ten tijde van de Republiek, een periode waarin het geschreven, gesproken en gezongen woord niet alleen cultureel, maar ook maatschappelijk een enorm belangrijke rol speelde.

Je leert een breed scala aan teksten uit die tijd zowel in hun religieuze, politieke en poëticale context als in een transnationaal perspectief te plaatsen. Van daaruit kun je verbanden leggen met de Klassieke Oudheid, Middeleeuwen, moderne tijd, didactiek, dramaturgie en uitvoeringspraktijk, muziek, (beeldende) kunst, retorica, boekwetenschap, religie of de literaturen uit andere talen, waarover je bij voorkeur ook college volgt.

Je maakt kennis met de hedendaagse literaire theorieën en met veel bekende en onbekende primaire literatuur. Daarnaast oefen je je vaardigheden in het lezen, analyseren en online beschikbaar maken van historisch bronnenmateriaal en archivalia.

Programmastructuur Oudere Nederlandse letterkunde

  • Je kiest twee specialisatiewerkgroepen binnen de opleiding. De eerste specialisatiewerkgroep valt in het eerste semester, de tweede in het tweede semester.

  • Daarnaast kies je een onderdeel dat aansluit bij je afstudeerrichting, binnen of buiten de opleiding (in Leiden of daarbuiten). Denk aan een college moderne Nederlandse letterkunde, historische taalkunde van het Nederlands, Vertaalwetenschap, Geschiedenis, Kunstgeschiedenis of een vak bij Engels, Frans, Duits, Italiaans etc., hetzij in Leiden of in het kader van het landelijke onderwijsaanbod Masterlanguage.
    Dit onderdeel kun je ook invullen met een wetenschappelijke stage bij een instituut of bibliotheek of een op je afstudeerrichting toegesneden studieopdracht.

  • Verder heb je nog een vrijekeuzeruimte. Daarbij kun je denken aan een college Geschiedenis, Kunstgeschiedenis of Boekwetenschap.