Studiegids

nl en

Handhavingsstrategieën

Vak
2018-2019

Toegangseisen

Studenten die dit vak willen volgen, dienen te zijn toegelaten tot de master Criminologie en Veiligheidsbeleid.

Beschrijving

Rechtshandhaving gaat over de manier waarop de overheid zorgt dat het gedrag van burgers en bedrijven binnen de wettelijke regels blijft. In dit vak staat de volgende vraag centraal: hoe kan de overheid deze gedragsbeïnvloeding optimaal aanpakken? Deze basisvraag genereert allerlei nieuwe vragen: Waarom leven de meeste mensen meestal de wet na? Kunnen we hier iets van leren om overtreders aan te pakken? Is er verschil tussen naleving van de wet door individuele burgers en door bedrijven? Welke rol spelen individuele werknemers bij regelnaleving/ het melden van regelnaleving? Een belangrijk deel van het vak richt zich op de aanpak van rechtshandhaving door de overheid. Welke interventies heeft de overheid tot zijn beschikking om gedrag te beïnvloeden? Welke plaats neemt straffen daarbij in? Hoe kun je een interventiestrategie ontwikkelen voor een maatschappelijk probleem? In het verlengde hiervan wordt de vraag besproken hoever de overheid kan gaan met onbewuste beïnvloeding van het gedrag van burgers.
We kijken in de cursus ook buiten de strafrechtketen naar de organisatie en aanpak van bestuursrechtelijke handhaving. De rol van gemeenten, rijksinspecties en andere toezichthouders komt naar voren. Vanuit sociaalwetenschappelijk, juridisch en bestuurskundig perspectief worden uiteenlopende praktijkvoorbeelden behandeld (zoals prostitutie, drugshandel en milieucriminaliteit).

De cursus heeft een theoretisch deel dat wordt afgesloten met een tentamen. Daarnaast wordt in groepen een specifiek terrein van handhaving op basis van literatuur, beleidsstukken en – vooral – interviews met sleutelfiguren uit de praktijk geanalyseerd. Hierover wordt een onderzoekspaper geschreven.

Leerdoelen

Na afloop van dit vak heeft u de volgende kwalificaties verworven:

  • U kunt vanuit een gedragswetenschappelijk perspectief analyseren op welke wijze de overheid het gedrag van burgers en bedrijven kan beïnvloeden om naleving van de regels te bevorderen;

  • U kunt identificeren en benoemen welke juridische basis hiervoor bestaat;

  • U kunt de principes van bestuursrechtelijke handhaving op een specifiek handhavingsterrein toepassen;

  • U kunt (actoren binnen) het netwerk van overheidsinstanties met handhavingstaken in een specifieke voorbeeldsituatie herkennen en evalueren;

  • U kunt zelfstandig een eenvoudig, kwalitatief empirisch onderzoek opzetten en uitvoeren naar een handhavingssituatie en de resultaten hiervan mondeling en schriftelijk rapporteren; bij de conclusies worden voorstellen voor verbetering opgenomen.

Rooster

Beschikbaar via de website.

Onderwijsvorm

Hoorcolleges

  • Aantal à 2 uur: 9

  • Namen docenten: dr. M.H.A. Kluin en dr. M.P. Peeters

  • Vereiste voorbereiding door studenten: U dient voor de hoorcolleges de betreffende literatuur gelezen te hebben. De hoorcolleges zijn een aanvulling op en geen vervanging van intensieve zelfstudie. Via de leidraad op Blackboard kunnen studenten nagaan om welke literatuur het gaat.

Werkgroepen

  • Aantal à 2 uur: 9

  • Namen docenten: dr. M.H.A. Kluin en dr. M.P. Peeters

  • Vereiste voorbereiding door studenten: wekelijks worden opdrachten gegeven; wekelijks worden casussen uit het nieuws besproken; de literatuur van die week moet gelezen zijn, hierover worden vragen gesteld.

  • NB: de werkgroepen hebben de status van een praktische oefening.

Andere onderwijsvorm(en)

  • Omschrijving: besprekingen voorbereiding paper met de onderzoeksgroepjes

  • Vereiste voorbereiding door studenten: tijdige rapportage over de voortgang van het onderzoek

Toetsing

Toetsvorm(en)

  • Tentamen, bestaande uit open vragen (50%)

  • Onderzoekspaper, alsmede een mondelinge presentatie van de resultaten (50%)

  • Beide cijfers moeten voldoende (minimaal 5,5) zijn om het vak met goed gevolg te kunnen afronden. Als dit niet het geval is, wordt het laagste cijfer aan het OIC doorgegeven als eindcijfer.

  • Beide onderdelen kunnen –bij een onvoldoende resultaat bij de eerste toetsmogelijkheid- worden herkanst.

  • Herkansing: bij een klein aantal deelnemers bestaat de mogelijkheid dat het hertentamen mondeling wordt afgenomen

  • Werkgroepverplichting: aangezien dit vak een praktische oefening bevat,is deelname aan de werkgroepen verplicht. Voor de werkgroepen geldt een voorbereidingsplicht, er moet een kleine opdracht gemaakt worden. Bij meer dan één werkgroep afwezig volgt een alternatieve opdracht, die met goed gevolg afgerond moet worden om het vak af te sluiten.

  • De resultaten van de deeltoetsen die met goed gevolg zijn afgelegd, blijven geldig tot en met het collegejaar volgend op dat waarin zij zijn behaald. Hierop bestaat één uitzondering: Wanneer de leerdoelen, inhoud, opzet of toetsing van het vak verandert, kan de vakcoördinator besluiten dat de geldigheid van de betreffende deeltoets op didactische gronden dient te vervallen. Dit zal dan worden aangegeven in de vakbeschrijving van het collegejaar waarin de verandering(en) word(t)(en) doorgevoerd.

Regeling herkansen voldoendes
Op dit vak is de regeling herkansen voldoendes van toepassing (artikel 4.1.8.1 e.v. OER) voor zover dit vak deel uitmaakt van het verplicht curriculum van de opleiding (d.w.z. geen vrije keuzevak is). Studenten die bij de eerste kans een voldoende eindcijfer hebben behaald, kunnen onder bepaalde voorwaarden het schriftelijke (eind)tentamen opnieuw afleggen. Raadpleeg hiervoor het OIC.

Inleverprocedures
Onderzoekspaper: op papier in tweevoud, digitaal via Blackboard (SafeAssign), eisen en tijdstippen worden tijdens de cursus bekend gemaakt.

Examenstof
Tot de examenstof behoort de verplichte literatuur en hetgeen behandeld is tijdens hoorcollege, werkgroep en tijdens eventuele andere onderwijsvormen. Beide onderdelen moeten voldoende beoordeeld worden om het vak te halen.

Arbeidsmarktvoorbereiding en (studie)loopbaan

Op verschillende momenten in het vak wordt aandacht besteed aan actuele casus, relevante politieke en bureaucratische context waarin het handhavingsveld zich altijd bevindt, de vraag komt aan de orde wat je in concrete situaties kunt doen als beleidsadviseur. Het onderzoekspaper wordt meestal in opdracht van een toezichthoudende instantie verricht. Een onderdeel van de schriftelijke toetsing is altijd de behandeld van een (min of meer) fictieve casus. De volgende concrete vaardigheden die in het vak centraal staan, zijn van belang ter voorbereiding op de arbeidsmarkt:

  • schrijfvaardigheden
  • presentatievaardigheden
  • kritisch denken
  • toepassing op casuïstiek

Blackboard

Bij dit vak wordt gebruik gemaakt van Blackboard.

Literatuur

Verplicht studiemateriaal

  • De verplichte literatuur wordt in een leidraad op Blackboard aangekondigd. Studenten zijn zelf verantwoordelijk voor het opzoeken hiervan.

Contact

  • Vakcoördinator: dr. M.H.A. Kluin

  • Werkadres: Steenschuur 25

  • Bereikbaarheid: Op afspraak

  • Telefoon: 071 – 527 7462

  • E-mail: criminologie@law.leidenuniv.nl

Instituut/afdeling

  • Instituut: Strafrecht & Criminologie

  • Afdeling: Criminologie

  • Kamernummer secretariaat: B3.11

  • Openingstijden: maandag t/m vrijdag, van 09.00 tot 12.30 uur

  • Telefoon secretariaat: 071 – 527 7462

  • E-mail: criminologie@law.leidenuniv.nl